De laatste reünie van de dinsdag-oldtimers van Alliance

De Oldtimers klinkt als een vereniging voor autoliefhebbers, maar ook het hockey kent een ‘club’ met die naam. De dinsdag-veterinnen van Alliance komen al decennia lang samen. Eerst om te hockeyen, later om bij te praten en herinneringen op te halen. Afgelopen week deden ze dat, bij het vieren van hun vijftigjarige jubileum, voor het laatst.

Anneke van Doorn-van Schagen (bijna negentig) is in hart en nieren verbonden met Alliance. ‘Ik werd lid in 1946 en schopte het tot het eerste damesteam. Nadat ik gestopt was en jaren later weer op de vereniging kwam omdat mijn zoon hier ging spelen, begon het weer te kriebelen. Een veterinnenteam was er toen niet. Wel bij nabijgelegen clubs als Rood-Wit en Bloemendaal, maar daar had ik totaal geen binding mee. Toen besloot ik zelf iets op te zetten.’

Van Doorn plaatste in september 1971 een oproep in het clubblad ‘Alliance Nieuws’: Gezocht… dames die vroeger gehockeyd hebben en het weer eens willen proberen. ‘Het leverde maar drie aanmeldingen op. Lang niet genoeg voor een team natuurlijk. Ik moest het anders aanpakken. Met vergeelde ledenlijsten in de hand stond mij maar één ding te doen: bellen, bellen en nog eens bellen. Dat had meer succes. Op een informatieavond later die maand kwamen 22 geïnteresseerde vrouwen samen. Mijn oude coach van dames 1 was bereid ons te trainen, samen met voormalig teamgenoot Margot van Daal. Zo kwam het eerste dinsdag-veterinnenteam van Alliance toch ineens van de grond.’

Competitie speelden de vrouwen in het eerste jaar nog niet. Van Doorn: ‘We hadden in december wel een oefenwedstrijd georganiseerd, tegen het sterke HDM. In geleende rokjes wonnen we in de vrieskou in Den Haag. Met 6-1!’

De dinsdag-veterinnen van Alliance bij hun allereerste (oefen)wedstrijd tegen HDM in december 1971 (Anneke van Doorn zit precies in het midden). Eigen foto

De grootste veterinnenafdeling van Nederland

Vanaf seizoen 1972-1973 draaide Alliance wél volop mee in de competitie.  Van Doorn: ‘Al vrij snel hadden we drie teams. Daar kwamen in de jaren tachtig nog twee ploegen bij. In die tijd hadden we de grootste dinsdag-veterinnenafdeling van Nederland. Als fanatieke hockeysters deden we altijd ons uiterste best, maar uiteindelijk ging het vooral om de gezelligheid, bijpraten en lief en leed met elkaar delen.’

In de jaren negentig stopte Van Doorn zelf met het veterinnenhockey, maar daarmee was het contact met haar vroegere teamgenoten niet ineens voorbij. ‘Jaarlijks kwamen we bij elkaar. Dat was altijd één groot feest. We hebben zoveel meegemaakt samen en kennen elkaar zo goed.’

Vorig jaar was het een halve eeuw geleden dat Van Doorn haar oproepje plaatste. De jaarlijkse reünie kon toen, vanwege Covid, niet doorgaan. Nu lukte dat wel. Van Doorn: ‘We hadden besloten dat dit de laatste keer zou zijn. Na vijftig jaar organiseren is het mooi geweest. De afscheidsreünie was geweldig. Alleen de opkomst al was indrukwekkend, met vijftig vrouwen uit alle delen van het land. Er waren speeches, aan de muur hingen posters met anekdotes en foto’s, er lagen fotoboeken en bovenal was het fantastisch om elkaar te zien. We memoreerden ook dat er inmiddels al 35 van ons zijn overleden.’

De voormalig veterinnen van Alliance vierden hun vijftig jaar samenzijn. In het midden in het blauw zit Anneke van Doorn-van Schagen.

Hoewel een dergelijk samenzijn in principe niet meer plaatsvindt, treurde Van Doorn verre van. ‘Je hoort de afgelopen jaren best veel over eenzaamheid bij ouderen, maar daar hoef ik nooit bang voor te zijn. Ik heb heel veel vriendinnen overgehouden aan mijn tijd bij Alliance. Die band blijft voor altijd.’


Wat vind jij? Praat mee...