PK (H): Verlies Schaerweijde, ‘maar geen sprake van alarm’

SCHC heeft op de tiende speeldag de koppositie in de Promotieklasse overgenomen van Schaerweijde. Schaerweijde ging op bezoek bij Laren met 3-1 onderuit, terwijl SCHC in en tegen Nijmegen met 3-2 won. hdm steeg naar de tweede plaats dankzij een 5-0 zege op Victoria. Schaerweijde staat nu derde op drie punten van koploper SCHC.

Geen paniek in het kamp van Schaerweijde, vindt Ronald Brouwer na de verloren wedstrijd tegen Laren, ‘maar ik ben niet heel blij met het resultaat. Voor ons blijft het uitgangspunt om een zo goed mogelijke tweede helft van de competitie te spelen, maar daarvoor staat ons nog wel het één en ander te doen. Om te beginnen zullen we zeer goed voorbereid uit de winterstop moeten komen.’

Wat dat laatste betreft slaat Brouwer de spijker op zijn kop. Laten we aannemen dat Schaerweijde volgende week weet te winnen van laagvlieger Were Di. Direct na de winterpauze speelt het team van coach Suzan Veen-van der Wielen namelijk tegen de twee ploegen die nu de eerste twee plaatsen in bezit hebben: SCHC en hdm. Het waren uitgerekend twee duels die Schaerweijde begin dit seizoen verloor.

Kortom, de druk zal er direct vol op staan en tegen deze achtergrond kwam het verlies tegen Laren dan ook belabberd uit. Een mooi buffertje slonk als sneeuw voor de zon. In plaats van eerste staat de ploeg nu derde met Laren, twee punten er achter, als stugge achtervolger.

‘Na de 1-1 deden we het niet handig’

Brouwer stelde na afloop dat Schaerweijde een goede eerste helft speelde met zodanig veel kansen, dat het de wedstrijd in die fase eigenlijk al had moeten beslissen.

‘Dat deden we echter niet en uit een verdwaalde situatie maakte Laren de 1-1. Daarna deden we het niet handig. Laren was heel effectief en ze hadden bovendien een goede keeper op doel staan. Dit is een goede les voor ons geweest, maar liever heb je die niet. Het onderstreept dat ook wij nog stappen moeten maken. Elke week moeten we een hoog niveau laten zien om te winnen. We hebben nu voor de derde keer verloren, maar wat mij betreft is er geen sprake van alarm. We moeten ervoor zorgen dat we in een zo goed mogelijke positie voor de tweede competitiehelft komen.’

‘Je speelt niet elke week tegen Brouwer’

Doelman Joppe Boerstra van Laren zag zijn team om te beginnen ‘een stuk beter’ spelen dan vorige week toen het onderuit ging tegen HIC.

‘Wanneer iedereen zich aan zijn taak zou houden, wisten we dat er kansen zouden komen tegen Schaerweijde. Ik heb bijvoorbeeld Pieter Paul Houting, Robbert van de Peppel, Maarten de Nie en Floris van der Wal een uitstekende wedstrijd zien spelen. Verdedigend hadden we het goed staan, ook bij de strafcorners die we tegen kregen. Dat was ook nodig, want je speelt niet elke week tegen een Ronald Brouwer. We deden dat prima en daardoor werd het mij als keeper ook gemakkelijker gemaakt.’

‘Meer druk naar voren’

Boerstra vond dat zijn team niet in de stress schoot na de snelle 0-1 door Pieter Jan Voerman. ‘Tijdens de rust hebben we het één en ander omgezet, waardoor we met meer druk naar voren konden spelen. Dat pakte goed uit. Via een counter kwamen we op 2-1 en daarna kregen we al eerder de mogelijkheden om op 3-1 te komen, dan de corner waaruit vlak voor tijd de 3-1 werd gemaakt. Al met al een heerlijke overwinning. Donderdag spelen we om de Gold Cup tegen Pinoké en daarna trekken we naar Stichtsche. Het zijn twee duels die wij nu vrijuit kunnen spelen. Heerlijk is dat!’

HIC stapte met een flinke kater van het veld. In de laatste minuut van de wedstrijd wist Were Di de 2-2 aan te tekenen en daarmee gingen twee kostbare punten verloren voor het team uit Amstelveen. Aanvoerder Mats Prins stelde na afloop dat zijn ploeg de drie punten zeker verdiend had, ‘maar na de 1-2 van Were Di ging het spoken en toen zag ik de bui al een beetje hangen.’

Zo’n twintig minuten voor tijd leek er geen vuiltje aan de licht voor HIC, dat toen op een 0-2 voorsprong kwam. Het team leek daarmee de stijgende lijn van de afgelopen weken, met onder meer een overwinning op Laren, voort te zetten.

Prins: ‘Het was op zich een leuk duel met veel kansen voor beide doelen, waarbij wij iets meer in balbezit waren. Er zit veel kwaliteit in onze ploeg en wij willen ook onder alle omstandigheden blijven hockeyen. Er was geen sprake van dat wij na die 0-2 de bus gingen parkeren. Were Di speelde vrij defensief, vond ik, maar na die 0-2 kwamen ze er wel meer uit.’

‘Even slikken om puntenverlies te nemen’

De 1-2 kregen HIC vrij eenvoudig tegen, aldus Prins. ‘Maar doordat Were Di ging aandringen ontstonden er voor ons aanvallend mogelijkheden. Dat hebben we niet goed uitgespeeld en dat is meteen een leermoment voor ons. Het is gewoon doodzonde dat wij hier niet winnen. Het is even slikken om dit puntenverlies te nemen. Volgende week spelen we thuis tegen hdm, dat zijn altijd beladen en open potjes. Morgen moeten we ons tijdens de training herpakken, maar ik zie tegen hdm zeker mogelijkheden.’

‘Na rust domineerden wij gewoon’

Coach Sven van der Most van Were Di zat met hetzelfde katerige gevoel als Mats Prins, waarbij hij er een andere lezing van de wedstrijd op na hield.

‘Tijdens de eerste helft gaat het gelijk op, maar na rust domineerden wij gewoon. Met negen strafcorners en een handvol kansen hadden we er meer uit moeten halen. Van HIC kan ik zeggen dat hun rendement met twee goals na rust hoog was. De spanning zat erop, want beide ploegen wilden winnen. Aan een gelijkspel hadden we eigenlijk beide niets. Het enige voordeel is nu dat HIC niet verder bij ons wegloopt.’

‘Wij horen niet bij onderste twee’

Nu de eerste helft van de competitie bijna ten einde is, constateert Van der Most dat zijn team vooral in verdedigend opzicht nog meer stappen moet maken. ‘Ik zie vooruitgang, maar in het hockey is het vandaag de dag zo dat hoe hoger je speelt, des te beter je moet verdedigen. Ik moet nu oppassen met wat ik zeg, want anders word ik afgeschoten, maar Were Di hoort zeker niet bij de twee ploegen die onderaan moeten eindigen. Alleen, het geloof daarin moeten mijn spelers ook gaan krijgen.’

Je mag de huid niet verkopen voordat de beer geschoten is, maar HBS lijkt zich voor de winterstop al een aardig eind op weg te hockeyen naar een veilige positie. En dat is pure winst in Bloemendaal, want vorig seizoen wist het team ternauwernood directe degradatie te ontlopen. Via de play-outs tegen Groningen bleef het toen behouden voor de Promotieklasse.

Na tien duels staat HBS op een zevende plaats, nadat het zondagmiddag met 3-2 won van Qui Vive. Dat ging vooral in de slotfase gepaard met veel kunst- en vliegwerk, want Qui Vive kreeg levensgrote kansen op de gelijkmaker. HBS had in deze fase echter het profijt van vorig seizoen door taai te verdedigen en, eerlijk is eerlijk, het geluk zat de mannen van Thomas Immink ditmaal niet tegen. ‘Ik zag Qui Vive zeker twee of drie kansen voor open doel missen, dus dan mag je niet klagen’, aldus de trainer-coach van HBS. ‘En vlak voor tijd mochten ze een paar keer aanleggen voor een strafcorner.’

‘We worden wat kritischer’

Dat HBS er een stuk beter voorstaat dan vorig jaar, is volgens Immink te danken aan de kickstart die zijn ploeg had. ‘Tijdens de eerste vier duels verzamelden we al aardig wat punten en dan heeft dat meteen zijn uitwerking op de moraal. Er is wat minder druk en het is dan niet erg als je in een serie tegen SCHC, Schaerweijde en Cartouche geen punten pakt. Sterker, doordat we vrijuit speelden, hadden we zelfs kansen om tegen twee van deze ploegen een puntje te pakken. We verloren van Stichtsche, terwijl wij toch 32 keer in de cirkel kwamen. Daar moet wat mee te doen zijn de volgende keer. Kortom, we worden wat kritischer.’

‘Niet rijk rekenen’

Komende zondag sluit HBS de eerste competitiehelft af met een uitduel tegen Victoria. Het perspectief voor HBS kan nog florissanter worden als het deze wedstrijd wint.

Immink: ‘Dat klopt, maar wij gaan er niet van tevoren vanuit dat we van Victoria winnen, ondanks dat ze onderaan staan. Het is een team dat veel wedstrijden nipt verliest, dus wij rekenen ons zeker niet rijk.’