Bij fusieclub Oranje-Rood wilden ze het Calimero-effect voorkomen

In Limburg komt een fusie tussen Tegelen, Blerick en Venlo steeds dichterbij. In de serie ‘Fusieclubs’ onderzoeken we hoe clubs die al zijn gefuseerd gevoelig liggende obstakels hebben overwonnen. Dit keer Oranje-Rood, waar ze vrijwel alles anders hebben gedaan dan bij Schiedam, dat vorige week in deze serie aan bod kwam.

Schiedam koos er bewust voor om het verleden van Asvion en Spirit zoveel mogelijk uit te wissen. Ze verhuisden naar een volledig nieuwe locatie en kozen een nieuw tenue met nieuwe clubkleuren. Daarmee omzeilden ze het probleem dat de één niet in de kleur van de ander wil spelen.

‘Het Calimero-effect wilden we voorkomen’

Oranje-Rood koos voor een andere aanpak. Neem alleen de naam al. Een mengeling van het oranje van Oranje Zwart en het rood van EMHC, iets wat ook voor het tenue geldt. Het logo lijkt een beetje op het schild van Oranje Zwart, met daarin het jaartal 1921, een duidelijke verwijzing naar het oprichtingsjaar van EMHC. ‘Maar daar heb ik nooit iemand over horen klagen. Ik denk dat de meesten leden het eerder interessant vinden dat we over drie jaar een honderdjarig jubileumfeestje vieren’, zegt voorzitter Joep de Groot lachend. Duidelijk is dat het doel is geweest een balans te creëren.

Werd er misschien gevreesd dat met name de leden van het kleinere EMHC (900 leden om 1600 van Oranje Zwart) de fusie als een overname zouden ervaren? ‘Dat moesten we natuurlijk voorkomen’, erkent De Groot. ‘Ook het Calimero-effect wilden we voorkomen. Daarom hebben we hardop uitgesproken dat we de sterke kanten van beide partijen wilden behouden. Het tophockeybeleid van Oranje Zwart en het breedte- en jeugdbeleid van EMHC, bijvoorbeeld. The best of both worlds. Geen van de clubs mocht zich achtergesteld voelen.’

Foto: Willem Vernes

‘Bij de EHL kon je echt niet meer zien wie er ook alweer van EMHC vandaan komt’

De fusie is inmiddels meer dan anderhalf jaar geleden (juli 2016). Op dat moment was De Groot nog geen voorzitter, dat werd hij in 2017, maar toentertijd behoorde hij wel tot de organisatiewerkgroep van EMHC. Op de vraag waarom de fusie tussen de twee buren nodig was, antwoordt hij: ‘Nodig? Dat viel wel eigenlijk wel mee. Logisch is een beter woord. Vooral omdat beide clubs behoefte hadden aan een nieuw clubhuis. Zo is het eigenlijk begonnen.’

Met het onderzoeken van de mogelijkheid om één nieuw, gedeeld clubhuis te bouwen, ontstond al snel de vraag of er niet beter gefuseerd kon worden. Beide clubs deelden toen al een veld. Er werd een werkgroep in het leven geroepen, die concludeerde dat een fusie mogelijk zou moeten zijn, zeker met de financiële steun van de provincie Noord-Brabant voor de bouw van het nieuwe clubhuis. Toen de leden van beide clubs voor stemden, was de vorming van de fusieclub een feit.

Tot de winterstop van het eerste kalenderjaar was het wennen, geeft De Groot toe. Een nieuw clubhuis. Een nieuw bestuur. Een nieuwe organisatie. ‘Maar naarmate het seizoen vorderde, stonden er bij Heren en Dames 1 week in week uit meer toeschouwers langs de lijn. Dat we vorig seizoen de KO16 van de EHL hebben georganiseerd, heeft een hoop goeds gedaan voor de eenheid binnen de club. Heren 1 presteerde geweldig en daardoor was het één groot feest. Toen kon je echt niet meer zien wie er ook alweer van EMHC vandaan komt.’

Foto: Willem Vernes

‘Op trainingsavonden zie je dat steeds meer leden gezellig blijven hangen’

De Groot: ‘Van EMHC hebben we vooral het breedtesport- en het jeugdbeleid overgenomen. We proberen bijvoorbeeld zoveel mogelijk goede trainers op de jeugd te zetten. En we willen spelers zelf laten aangeven of ze het liefst met hun vriendjes willen spelen of juist op een zo’n hoog mogelijk niveau. Daarnaast hebben we natuurlijk regelmatig een Super Sunday en boeken we soms een artiest. Op trainingsavonden zie je dat steeds meer leden gezellig blijven hangen. Dat is het voordeel van een grote club (2500 leden, red.); hoe meer leden blijven hangen, hoe groter de kans dat je dat zelf ook doet.’

Nadelen van de fusie kan De Groot eigenlijk niet opnoemen. Alhoewel, eentje dan. ‘Op clubniveau zie ik eerlijk gezegd geen nadelen. Met de kennis van nu zou ik een paar jaar geleden nóg harder hebben geroepen dat we moesten fuseren. Maar goed, individueel zijn er natuurlijk wel mensen die liever het kleinschalige van EMHC hadden behouden, of die het bij Oranje Zwart goed vonden zoals het was. Dat is nu eenmaal zo. Maar we hebben niet meer opzeggingen gehad dan normaal.’


Wat vind jij? Praat mee...