Roelant Oltmans over de backhand die het hockey transformeerde

In de serie ’40 jaar Champions Trophy’ blikken we terug op de mooiste momenten van het beroemde toernooi, dat in Breda voor de laatste keer gespeeld wordt. De Maleisische hockeyer Mirnawan Nawawi scoorde de eerste lage backhand ooit uit de historie van het hockey, toen Maleisië en Pakistan in 1993 hun poulewedstrijd (2-2) speelden op de Champions Trophy.

De spelers van Oranje, onder leiding van bondscoach Roelant Oltmans, keken vanaf hun zitje in het stadion in Kuala Lumpur naar een wonder. De ‘hoge’ backhand, die je net zo sloeg als een hoge forehand, werd in de jaren negentig weleens geslagen. Maar de lage backhand raakte je met de zijkant van je stick en was tot dan toe geen gangbare manier om op de goal te slaan. De houten sticks konden al snel de prullenbak in als je vaak met de backhand sloeg. In de jaren negentig draaiden hockeyers in de cirkel vooral naar hun forehand om te kunnen scoren, zoals sommige voetballers nog steeds naar hun favoriete been kappen.

‘Wij kenden die backhand niet’

‘Wat gebeurt er nu? Ik vond het echt schitterend. We wilden het ’s avonds meteen terugzien op video. De Pakistanen protesteerden. Maar de scheidsrechters reageerden al snel dat het was toegestaan, wat Nawawi deed. Wij moesten in die tijd net wennen dat de ‘afhoudregel’ wat ruimer geïnterpreteerd werd en je de bal meer mocht afschermen en korter kon draaien. Dus wij waren minder bezig met die nieuwe backhand’, zegt Oltmans, die in 1993 bondscoach was van de Nederlandse mannen bij de Champions Trophy. Vijfentwintig jaar na die mokerslag van Nawawi is de backhand van veel hockeyers de favoriete slag.

‘Je had natuurlijk een jongen als de Duitser Andreas Becker die ongelofelijk hard met de ‘hoge backhand’ kon slaan. Daar stonden we bij het inspelen met open mond daarnaar te kijken. Maar wat Nawawi deed met dat doelpunt hadden we echt nog nooit gezien.Wij dachten vanaf de tribune dat het ‘bolle kant’ was’, analyseert sterspeler Taco van den Honert achteraf.

Mirnawan Nawawi, de Maleisische backhand held.

Robbert Kemperman is de specialist

De ‘Argentijnse forehand’ werd ook nog geoefend – de bal met de platte kant, zoals met de backhand slaan – maar die slag was gevaarlijk voor iedereen en schoot alle kanten op. Deze slag werd door de FIH in 2006 officieel verboden. De lage backhand werd omarmd en is niet meer weg te denken uit het huidige hockey. Nederland heeft met specialisten als Robbert ‘Mister Backhand’ Kemperman, Billy Bakker en Valentin Verga (backhand passes) genoeg spelers die deze techniek tot in de puntjes beheersen.

Dat is nog niet eens zo logisch, vindt Oltmans, die na jaren in India onlangs is gestart als bondscoach van Pakistan, de bedenkers van de Champions Trophy, die de uitnodiging om mee te doen in Breda dankbaar aanvaarden.

‘Ik denk dat er in het internationale tophockey nog veel backhands verkeerd gaan. Het is technisch ontzettend moeilijk. Bij de ene speler ziet het er heel gracieus uit. Voor de andere speler is het een marteling om het onder de knie te krijgen. In die periode leerde Marc Delissen een prachtige backhand. Niet hard, maar vooral goed geplaatst. Recenter zijn Robert van der Horst en Moritz Fürste voorbeelden van hele mooie backhands. Die slag heeft het hockey sinds die Champions Trophy in 1993 echt een nieuwe dimensie gegeven. Die ontwikkeling moeten we koesteren.’

Robbert ‘Mister Backhand’ Kemperman. Foto: Koen Suyk

‘Soms levensgevaarlijk voor je medespelers’

Zelfs de technisch briljante Van den Honert – een van de uitvinders van de sleeppush – lukte het niet om die slag onder de knie te krijgen: ‘Uiteraard zijn we het allemaal gaan oefenen na die Champions Trophy, ook veel op de training in Amsterdam. Maar het was in het begin vooral levensgevaarlijk voor je medespelers. Het was ook niet helemaal mijn techniek. Een teamgenoot als Marten Eikelboom leerde het wel snel en was daar ook heel succesvol mee.’

Na die Champions Trophy onstonden langzaam steeds meer specialisten. Zo werd in Nederland krachtmens Remko van Wijk bekend vanwege zijn snoeiharde backhand. De Duitse aanvaller Oliver Domke scoorde in Utrecht op het WK in 1998 meerdere keren op schitterende wijze met die backhand, die vooral door een nieuwe generatie hockeyers werd beoefend. Hoewel er in 2002 discussie ontstond of de backhand niet moest worden afgeschaft, vanwege ernstig letsel bij international Karel Klaver na een backhand van zijn teamgenoot Van Wijk.

Vooral heel laag zitten bij de backhand

Oltmans coachte Pakistan aan het begin van deze eeuw, onder andere op de Olympische Spelen van Athene in 2004. Nog steeds sloegen die Pakistanen geen overtuigende backhands, moest Oltmans constateren. Het was voor de Aziaten geen techniek die bij hun manier van hockeyen paste. Misschien heeft het er mee te maken dat de Pakistanen – zeker toen – vooral heel erg rechtop hockeyden. Terwijl je voor een succesvolle backhand vooral heel laag moet komen met het lichaam. Of misschien zijn de echte grote pielkoningen, de mensen met de fluwelen techniek gewend de bal juist bij zich te houden, in plaats van in de ruimte te duwen, zoals bij een goede backhand hoort.

Taco van den Honert tegen Pakistan op de Champions Trophy in 1993. Foto: Jeroen van Bergen/KNHB

Nawawi werd The Boss genoemd

Het zijn slechts theorieën, van toepassing op die oude generatie spelers. Want tegenwoordig hoort de backhand – zowel als pass of scoringsmiddel – standaard tot het repertoire van de succesvolle tophockeyer. Hockey innoveert razendsnel, waarbij tradities relatief snel in het badwater worden gegooid, maar de lage backhand heeft de sport aantrekkelijker en veelzijdiger gemaakt. Je hóórt het publiek in een stadion nog steeds ‘oh’ en ‘ah’ kirren als Robbert ‘Mister Backhand’ Kemperman zijn favoriete slag met ongelofelijke snelheid perfect raakt.

Voor altijd het hockey veranderd

Kemperman (1990) was drie jaar oud toen de Maleisiër Mirnawan Nawawi, die drie Olympische Spelen speelde met Maleisië, voor het eerst de techniek gebruikte waarmee Kemperman later ook beroemd zou worden. In zijn laatste Olympische Spelen in Sydney was Nawawi voor Maleisië de vlaggendrager. Die speler werd in zijn eigen land ‘The Boss’ genoemd, onder andere dankzij 250 doelpunten in 327 interlands, maar ook vanwege zijn persoonlijkheid. Maleisië eindigde in 1993 in eigen land als zesde en laatste op de Champions Trophy, maar verrijkte dankzij Nawawi voor altijd het hockey.


Wat vind jij? Praat mee...