Lars Balk: de mug, het on-Nederlandse klootzakje van Oranje

Ze noemen WK-debutant Lars Balk (22) een speler waar er niet veel van zijn in Nederland. ‘Ze vergelijken me vaak met een Duitse hockeyer. Een irritante gast, die iemand kan uitschakelen. Als ik een opdracht meekrijg, dan voer ik die uit.’

Op de trainingen van Oranje en Kampong maakt Lars Balk vaak dezelfde grap. ‘Gaan jullie maar aanvallen, ik blijf wel lekker verdedigen’, vertelt Balk over zijn rol op de hockeyvelden, tussen balverliefde medespelers. Hij is een van de frisse gezichten in de WK-selectie van Oranje. Balk heeft zich de afgelopen jaren geleidelijk ontwikkeld tot volwaardige international (25 interlands, 1 goal). In het Nederlands elftal is hij verdediger. Bij Kampong is hij de controleur op het middenveld, die elk jaar sterker wordt aan de bal. Omdat hij ook aan de bal groeide, is hij nu geselecteerd voor het WK, verklaarde bondscoach Max Caldas eerder.

Ook Balk voelt zich steeds meer op zijn gemak, als de bal en zijn stick contact maken. ‘Vroeger dacht ik, als ik de bal had: ik geef ‘m wel af aan Kempi (Robbert Kemperman, red.). Dan kan hij er wat goeds mee doen.’ .

Lars Balk reikt naar de bal, in de wedstrijd tegen Argentinië tijdens de HWL Final in Bhubaneswar, 2017. Foto: Koen Suyk

Een van de belangrijkste soldaten in het Utrechtse leger

Op 17-jarige debuteerde Balk bij het Kampong van coach Alexander Cox, als rechtsachter. Al snel werd de harde werker een van de oogappeltjes van de coach. Een speler naar zijn hart, geboetseerd naar zijn spelopvatting. Tactisch en verdedigend ijzersterk. ‘Hij had meteen iets anders dan alle andere spelers. Het vermogen om in dienst van een elftal te hockeyen. In zijn denkwijze kan hij zich wegcijferen voor het grotere geheel’, verklaart Cox zijn bewondering over een van de belangrijkste soldaten in zijn Utrechtse leger.

Lars Balk is de stofzuiger van elk team: ‘Toeschouwers zien vaak niet wat voor rommel hij allemaal opknapt. Hij kan een tegenstander helemaal doodleggen in de wedstrijd. En als het moeilijk wordt in de wedstrijd verschuilt hij zich niet.’

Er zijn weinig Nederlandse hockeyers zoals Balk, dus zoekt Cox noodgedwongen naar een vergelijking met een voetballer, om uit te leggen wat de international typeert. Hij komt uit op oud-international Nigel de Jong, die bekend staat als die harde speler op het middenveld. Die in de WK-finale in 2010 met een karatetrap zijn noppen in de borst van de Spaanse voetballer Xabi Alonso plantte en er zonder rode kaart vanaf kwam. ‘Stiekem is Nigel de Jong een hele goede voetballer. Een gouden speler in je team, waar er niet veel van zijn. Die wil je niet tegenkomen in het veld.’

Lars Balk tijdens het EK met Jong Oranje in Valencia. Foto: Frank Uijlenbroek/Worldsportpics

In Valencia sloot Balk de periode met Jong Oranje af

Het interview met Balk vindt plaats in Valencia, op de knusse tribune van het Virgen Del Carmen – Beteró hockeycomplex. Balk zat op de tribune tijdens de wedstrijden op het vierlandentoernooi, omdat hij nog herstelde van een hamstringblessure, die hij opliep in oktober op de training van Kampong. Sinds deze week doet hij in Nederland weer mee met de trainingen van het Nederlands elftal. Dat hij ondanks zijn blessure werd geselecteerd voor het WK in India, zegt veel over het vertrouwen van de begeleiding in Balk. Terwijl ook de verdediger zelf bang was dat hij op die blessure zou worden afgerekend. Het was ook op dit veld in Valencia, waar Balk vorig jaar als aanvoerder van Jong Oranje Europees kampioen werd en zijn tijd daar afsloot.

Dat EK behoorde hij samen met Thijs van Dam (ook geselecteerd voor het WK in India) tot de leiders van Jong Oranje. Dat gewonnen EK was een mooie manier om de bittere teleurstelling van het missen van het ‘grote’ EK in het Wagener Stadion, waar Oranje Europees kampioen werd, weg te spoelen.

‘Ik denk dat ik wel anders ben’

‘Ik heb mooie en goede herinneringen aan dat EK. Het was zo’n domper dat ik destijds was afgevallen. Maar het was terecht. Ik zat er niet lekker in. Ik was te veel bezig met de uiteindelijke selectie. Toen werden Thijs en ik gebeld, dat we het EK niet zouden halen, maar een belangrijke rol in Jong Oranje moesten vervullen in Valencia. Dat is voor mij goed geweest. Ik ben daar sterker uitgekomen. Het is ook normaal niets voor mij om me zo bezig te houden met de selectie. Ik heb alleen invloed op mijn eigen spel. Dat heb ik echt geleerd.’

Aan de bal wordt Balk steeds beter, maar zijn kwaliteit op het hoogste niveau blijft het betere sloopwerk. In een aanvallend ingesteld Oranje kan Balk in Bhubaneswar voor de nodige balans zorgen. Als ‘de mug’ van het Nederlands elftal. Als die on-Nederlandse speler, die van nature niet denkt in balbezit, maar in niet-balbezit. ‘Ik denk wel dat ik anders ben ja. In het veld ben ik een klootzakje. Vali (Valentin Verga, red.) noemt me altijd de mug. Omdat ik altijd alle spelers achtervolg en met ze meeloop. Fysiek hockey, daar geniet ik van.’

 

 


Wat vind jij? Praat mee...