De droom was prachtig. Na jaren van afwezigheid op het hoogste hockeypodium mochten de mannen van Almere in de finale van de Gold Cup weer even terugdenken aan de gouden periode uit de clubgeschiedenis. In Den Bosch liep de bekereindstrijd voor de promotieklasser donderdagavond echter uit op een teleurstelling. De plaatselijke hoofdklasser won afgetekend met 6-2 en mag zich in ieder geval een jaar lang bekerwinnaar noemen.
Natuurlijk vierde de ploeg van coach Marc Lammers na afloop feest en werd de gouden beker met trots getoond aan de prima bevolkte tribune aan de Oosterplas. Maar omdat de finale nooit een wedstrijd werd, snapten de spelers van de geelzwarte brigade ook wel dat al te uitbundig juichen wat overdreven was de zege op een team van duidelijk minder allooi.
Terwijl Den Bosch-captain Jasper Tukkers de grote cup in ontvangst nam, keken de spelers van Almere van een afstandje gelaten toe. Natuurlijk hadden zij maar wat graag hockeygeschiedenis geschreven door als eerste ploeg uit de Promotieklasse de cup te winnen. Het zou een mooie bekroning zijn voor het werk van coach Alex Verga. De clubman keerde aan het begin van het seizoen terug op het oude nest na een uitstapje van enkele jaren bij Kampong.
Sinds zijn rentree in de dug-out van de Flevolanders is de hoop terug dat oude tijden herleven in de polder. Tijden waarin Almere vanuit de kelder van het hockey doorstootte naar de Hoofdklasse en met Terrance Pieters en Jonas de Geus twee internationals afleverde. Het was in september 2018 De Geus die Almere na de enige overwinning (1-0) uit de clubhistorie op Den Bosch schoot. Een herhaling van dat kunststukje zat er donderdagavond geen moment in.
Verlosser Verga
Het vertrek van Pieters en De Geus naar Kampong luidde in 2019 ook het verval in van Almere. Met als roemloos dieptepunt de puntloze degradatie, na het voortijdig beëindigde coronaseizoen 2019/2020, in 2021. Een leegloop aan spelers volgde. Almere worstelde vorig seizoen op het tweede niveau van Nederland, maar inmiddels is de rust in de gelederen teruggekeerd. En gloort er met de komst van Verlosser Verga weer een beetje hoop in de Almeerse harten.
In de competitie moet de ploeg van Verga vooralsnog genoegen nemen met de vijfde plek. De play-offs zitten er dit seizoen niet in, maar stiekem droomden de spelers wel van een stunt in de finale van de Gold Cup. Die wordt immers door veel Hoofdklasse-clubs (te) weinig serieus genomen vanwege de extra belasting in het toch al overvolle programma.
Maar ja, geen ploeg die het in een finale rustig aan gaat doen. Zeker Den Bosch niet, dat nog slechts outsider is voor een plek in de play-offs van de Tulp Hoofdklasse en bovendien in 2018 al eens een Gold Cup-finale (van Pinoké) verloor.
Tijdens de finale van donderdagavond bestond er al snel geen twijfel wie de opvolger zou worden van KZ, dat vorig seizoen HDM (toen ook promotieklasser) versloeg. Den Bosch heerste vanaf de eerste minuut. Met snel en agressief hockey maakte de ploeg van Lammers al snel duidelijk dat er maar een ploeg aanspraak mocht maken op de gouden cup zonder grote oren. Dat was ook niet zo gek, want relatief onbekende lokale Almeerse helden als Quinten Teiwes en Daan Hoepman moesten het opnemen tegen een ploeg met gelouterde internationals als Koen Bijen en de Australiër Jeremy Hayward.
Fakkel-brigade huiswaarts
Het eerste vuurwerk bij de wedstrijd kwam overigens vanaf de tribune, waar enkele ‘fans’ van Almere ondanks een verbod met Bengaalse fakkels het stadion aan de Oosterplas in de rook legden. De daders werden door een KNHB-functionaris zonder pardon van het terrein verwijderd. Voor de fakkel-brigade uit Almere was het een korte bekerfinale na een lange reis.
Op het veld waren de acteurs het vuurwerk al snel vergeten en trok Den Bosch ten aanval. De aanvalsgolven resulteerden na zes minuten in de eerste corners voor de thuisploeg. Die werden goed gepareerd door de gasten, die na tien minuten ook zelf mochten aanleggen vanaf de kop van de cirkel. Daar heeft Almere sinds deze winterstop een oude vertrouwde specialist voor: Stijn Jolie. Hij bleek het slepen nog niet verleerd, maar goalie Jan van Groesen redde met zijn voet. Zo viel er in de openingsfase genoeg te genieten en kregen de toeschouwers ook nog doelpunten voorgeschoteld.
Den Bosch opende de score door een doelpunt van Fabian Unterkircher, die een flats in de cirkel heel licht aanraakte. Tenminste, volgens de arbitrage. Almere betwistte dat, maar kreeg nul op het rekest: 1-0. Wie dacht dat de Flevolanders bij de pakken neer gingen zitten, had het mis. Ze trokken ten aanval, kregen een corner die door topschutter Joep Troost op de plank werd geramd: 1-1. Met die stand gingen beide ploegen voor het eerst naar de kant.
Verzet gebroken
Terwijl Lammers mokte tegen zijn spelers, moedigde Verga zijn volgelingen aan om door te gaan. Amper begonnen aan het tweede kwart was het echter al 2-1 voor de thuisploeg. Een fraaie solo van Bijen werd door de Almeerse defensie beloond met een tackle. Strafbal. Een klus die door Hayward bekwaam werd geklaard.
Toen diezelfde Hayward twee minuten later ook een strafcorner benutte (3-1), was het verzet van Almere eigenlijk al gebroken. Dat was jammer voor de finale en honderden enthousiaste Almeerse fans, die zag dat hun helden door treffers van Austin Smith (strafcorner) en Jasper Tukkers (fraaie solo) na 20 minuten al tegen een 5-1 achterstand aan keken.
Voor Den Bosch het sein om een versnelling of twee terug te schakelen. Zondag om 14.45 uur wacht ten slotte Klein Zwitserland. Een duel dat moet worden gewonnen om nog uitzicht te houden op de play-offs. Den Bosch kan dan niet, zoals donderdagavond in de tweede helft, op halve kracht spelen. In de Gold Cup-finale was dat voldoende om uit te lopen naar een 6-2 eindstand. Hayward benutte nog een strafcorner, Joep Troost namens Almere een strafbal.
Den Bosch was daarmee een beker rijker en Almere een illusie armer.
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.