Eric Welvaart, LOHC: ‘Haal de keepers van hun eiland’

Eric Welvaart heeft er, als voorzitter van de keeperscommissie van LOHC, zijn persoonlijke missie van gemaakt: een professionele aanpak van het keepersvak, over de gehele linie. Dat betekent een duidelijk selectiebeleid, aandacht voor keepers ook tijdens de teamtrainingen én het imago van keepen veranderen. ‘Als je keepersbeurt hebt ben je niet het lulletje van de week, maar juist heel belangrijk voor je team.’ En dat positieve imago wil Welvaart al van jongs af aan meegeven: de E-jeugd en nu zelfs ook de F-jeugd krijgen bij LOHC al keepersclinics.

2 Keer per jaar organiseert de Leidse en Oestgeester Hockeyclub (LOHC) een viertal keepersclinics op zondagen voor de E-jeugd, en sinds kort ook voor de F-jeugd. Hordes aan kleine keepertjes komen er op af. ‘We willen vooral laten zien dat keepen leuk is en ze tegelijkertijd de basis van het keepen in 4 trainingen bijbrengen’, stelt Welvaart. Daarin neemt hij de ouders bewust mee. ‘Zij zien in die clinics dat keepen ook heel intensief is. Ouders zien hun kinderen vaak liever spelen dan keepen, en het grootste argument is daarvoor dat keepen niet intensief zou zijn.’

Gebrek aan keepers

De selectieteams zijn meestal wel voorzien van keepers en keepsters, maar in het breedtehockey is een vaste keeper niet altijd gemakkelijk te vinden, ziet Welvaart. ‘Op LOHC missen we voor volgend seizoen nog 23 keepers. Dat is wel echt een uitdaging.’

Al is het nadrukkelijk niet Welvaarts bedoeling om van de E-tjes en F-jes al vaste keepers te maken. ‘Er zijn altijd uitzonderingen, maar in principe willen we pas vaste keepers vanaf 2^e jaars D-jeugd. De jongere jeugd wil je liever ook binding laten houden met het hockeyspel, simpelweg omdat je ook een betere keeper bent als je het spel eerst goed snapt.’

Imago verbeteren

Wat hij met de clinics wel wil bereiken is het imago van keepen verbeteren. Want dat is, vooral in de breedte-teams in de jeugd, niet al te best. ‘We willen laten zien dat keepen leuk is. Dat je als je keepersbeurt hebt niet het lulletje van de week bent, maar juist een heel belangrijk onderdeel van het team.’

Dat blijkt goed te werken: het enthousiasme tijdens de clinics is groot en ook binnen de club worden de keepertjes opgemerkt. ‘De E-keepertjes zijn verkozen tot ‘team van het jaar’ op LOHC’, vertelt Welvaart trots. Dat houdt in dat er een grote canvasfoto van het ‘team’ achter de bar van de club prijkt.

Schietschijf

Maar, het clinic-succes alleen is niet genoeg, vindt Welvaart. ‘Er wordt, in het gemiddelde team, weinig aandacht geschonken aan de keeper. Bijzonder weinig breedtecoaches en trainers hebben ook maar enig verstand van keepen, waardoor een keeper in de training vooral een opgetuigde schietschijf is waar het team op kan rammen.’

Er wordt wel tegen de keeper gezegd: ‘Coach je verdediging’, stelt hij. ‘Maar dat is moeilijk, voor een keep in de C-leeftijd bijvoorbeeld, om te zeggen: ‘Jantje, doe dit’. En dan is nog de vraag of Jantje wel luistert en of de keeper wel de goede aanwijzingen geeft. Daar moet je tijdens de teamtraining heel goed op trainen.’ Keeperstraining is heel belangrijk voor de techniek, maar keeperstraining alleen is dus niet genoeg, vindt Welvaart. Om dat over te brengen organiseerde hij gisteren nog een overleg met de coaches van de A-, B-, C- en D-teams.

Selectiebeleid

Inmiddels staat er bij LOHC ook een duidelijk selectiebeleid op papier, onderverdeeld in punten waarop wordt geselecteerd, door een speciale keepers-selectiecommissie. ‘Ik wil niet zeggen dat het voorheen willekeur was, maar dit is wel voor het eerst dat er een duidelijk beleid is.’

Iedere keeper moet kunnen knokken voor zijn plek, net zoals een speler. Moet op zijn eigen niveau kunnen keepen en het vooral leuk vinden: daar zet Welvaart zich voor in. Aandacht is volgens hem het toverwoord. ‘Haal die keepers van hun eiland. Een keeper hoort evenveel aandacht te krijgen als een rechtsachter of een linksvoor.’