Haagse rivalen slaan handen ineen voor innovatieve trainingslocatie

HGC, hdm en KZ: drie grote hockeyclubs in Den Haag, binnen een vierkante kilometer van elkaar. Het zijn van oudsher rivalen, die in de jaren 80 allemaal bovenin de Hoofdklasse te vinden waren. Maar de tijden zijn veranderd. Met hulp van de gemeente leggen de clubs nu een gezamenlijke innovatieve trainingslocatie aan. Het doel: hockeyend Den Haag terug naar de top brengen. Sámen. ‘We liggen zo dicht bij elkaar. Er zit een slootje tussen, en aan de andere kant gaat het opeens heel anders. Dat heb ik nooit goed begrepen.’ 

‘Het is voor het eerst in 100 jaar dat we écht iets samen doen’, lacht voorzitter van de stichting Let’s Stick Together Edwin van der Heide. Zelf is hij ‘mister hdm’, maar de stichting runt hij samen met afgevaardigden van HGC en KZ. Samen zijn ze bezig, met financiële steun van de gemeente Den Haag, om een innovatief trainingsveld plus clubhuis te realiseren. Of, zoals ze het zelf noemen: een High Performance Tophockey Training Centre. Gemakkelijk af te korten tot HPTTC.

Veld niet gesproeid maar van onderaf bewaterd

Begin 2016 werd het plan gemaakt. De drie clubs werkten samen met de wethouder, kochten de golfclub uit en hadden te maken met een tennisclub, die de grond bezat. Al met al had het een hoop voeten in aarde (‘Oh schei uit’, zucht Van der Heide), maar inmiddels wordt er aan het veld, op de voormalige driving range naast hdm, gewerkt. De drie clubs namen ook het clubhuis van de golfclub over. Van der Heide: ‘Daar gaan we video-ruimtes in maken, waar teams kunnen bespreken. Op het veld kunnen ze hun training opnemen.’ De Haagse clubs willen zelfs dat je de opgenomen beelden ook buiten direct op beeldschermen kan terugzien. ‘Zodat je als speler niet alleen hoort wat je beter moet doen en denkt ‘dat zal wel’, maar dat je meteen kan terugzien wat je dan verkeerd deed.’ Ook nemen de clubs een gezamenlijk talenten volgsysteem in gebruik om snelheid, kracht en trainingen per speler bij te houden.

Ook het veld zelf wordt erg innovatief. Het wordt niet van bovenaf besproeid, maar van onderaf bewaterd. Van der Heide legt uit hoe dat kan: ‘Er zit een betonnen bak met water onder. Op het veld meten sensoren of het veld nat genoeg is. Is het te droog? Dat komt de bak iets omhoog.’ Volgens Van der Heide is het dé toekomst voor de watervelden. En al is dit nog een pilot, innoverend is het in ieder geval.

Groter denken en krachten bundelen

Dat dit allemaal in samenwerking zou gebeuren had een paar jaar geleden niemand gedacht. ‘Aanvankelijk gingen de drie voorzitters van de clubs bij elkaar zitten, maar die kwamen er niet uit’, vertelt Van der Heide. Daarna zijn het drie mensen uit de drie verenigingen geworden. Dat lukte uiteindelijk wel. ‘We liggen vlak bij elkaar. Iedereen is teveel met zijn eigen sores bezig,  is naar zijn eigen narigheid aan het kijken. Maar intussen vissen we in dezelfde vijver, qua sponsors, qua spelers. We moeten de krachten bundelen, dát maakt ons sterker.’

Van der Heide praat wel over ‘ons’, maar er staan geen fusies op de planning. HGC, hdm en KZ blijven dus wel gewoon concurrenten. ‘Ja, dat natuurlijk wel.’ Van der Heide denkt even na en lacht: ‘Maar we kunnen wel ‘leuke concurrenten’ zijn. We hebben dezelfde ideeën en ik vind dat we groter moeten denken. Voor Den Haag moeten denken. Drie grote clubs op een vierkante kilometer, dat is veel.’ Volgens hem is deze nieuwe gezamenlijke trainingslocatie een opstap naar meer samenwerking. ‘Over tien jaar, wie weet waar we dat staan. Misschien komt er dan wél een fusie.’

‘Wedstrijden worden kapot geanalyseerd. Trainingen niet’

Eerst maar eens die trainingslocatie. Volgens de clubs een mooie stap. Van der Heide: ‘Wedstrijden worden kapot geanalyseerd, maar trainingen niet. Dat is eigenlijk zonde, daar laten we dingen liggen.’ In juni moet het veld klaar zijn, de zomerstop wordt dan nog gebruikt om alles zo goed mogelijk in te delen om elke club er met dames en heren 1 en de eerste A- en B-teams te kunnen laten trainen. ‘Met drie clubs zou je in ieder geval elk twee dagen kunnen trainen op het veld. Maar eigenlijk ben ik er niet voor om het zo op tourbeurt te gaan doen. Ik zie liever dat bijvoorbeeld keeperstrainingen of spitsentrainingen gezamenlijk opgepakt worden. Het medische deel is ook goed om samen te doen.’ De voorzitter heeft ook al in zijn achterhoofd wat er allemaal nog meer kan op de trainingslocatie. ‘Een Haags kampioenschap bijvoorbeeld. Of het Nederlands Elftal kan er trainen. Het moet een speciaal punt worden in Den Haag.’

Dat speciale punt heeft als eerste doel om Den Haag terug naar de hockeytop te brengen. ‘We schurken er met zijn allen een beetje tegenaan’, vindt Van der Heide. Ik denk dat één goed Haags team de toekomst gaat zijn, maar dat gaan we zien. Feit is nu in ieder geval dat talenten soms weglopen. We willen de faciliteiten hebben waardoor dan minder snel gebeurd.’

Den Haag terug naar de top

Van der Heide, die al jaren betrokken is bij hdm, spreekt niet één keer vanuit zijn eigen club. Hij lacht. ‘Er zit een slootje tussen, en aan de andere kant gaat het opeens heel anders. Dat heb ik altijd vrij onbegrijpelijk gevonden. Ik heb mijn hele leven bij hdm gespeeld, maar ik vind dat we om ons heen moeten kijken. Samen strijden om Den Haag weer naar de top te krijgen.’


1 Reactie

  1. jdk

    mooi initiatief maar volgens mij komt het concept van bewateren van onderuit uit de koker van Herman Kruis (die het weer vanuit de paardensport heeft opgepikt) en ligt er bij Push in Breda een “aquapush” (mini) veld met zo’n systeem. De innovatie heeft daar dus al een paar jaar geleden plaatsgevonden. Neemt niet weg dat het mooi is dat er op dit nieuwe complex een vervolg aan wordt gegeven!


Wat vind jij? Praat mee...