Het Spelregelantwoord: wanneer wel of geen corner?

We namen je voor onze Spelregelvraag afgelopen week mee naar een fragment uit de Commonwealth Games. Een aanval van India werd onderbroken en een vrije bal – binnen het 23 metergebied – werd snel genomen.  

Vervolgens kwam een speelster van tegenstander Engeland naar de bal toe. Dat leidde tot de vraag of dit een corner of een ‘gewone’ vrije bal moest opleveren. Het antwoord komt ditmaal van internationaal toparbiter Coen van Bunge.

‘De verdediger staat bij het nemen van de vrije slag niet op 5 meter afstand’, constateert Van Bunge. ‘Dat is een overtreding en in dit geval is het een strafcorner.’

Met welke gedachtegang zou Van Bunge dan deze beslissing maken, die afwijkt van het besluit in het fragment? ‘De verdediger die niet op 5 meter afstand stond mag pas zich weer met het spel bemoeien zodra de bal 5 meter is verplaatst of is aangeraakt door een andere speler die wél op die afstand stond wanneer de vrije slag genomen is.’

Lang verhaal kort: dit spelmoment had India eigenlijk een corner op moeten leveren.