Hockeyers in Nairobi willen samenwerken met Nederlandse club

Wat hockeyclub Rijswijk doet met Jambo Hockey Tanzania, wil Hurley Heren 1-speler Rogier Rombouts (27) bewerkstelligen in Kenia. Maar hij kan dat niet alleen. Net terug van een 9-daagse trip naar Nairobi om daar de – nu losse – hockeyteams te trainen en te coachen, is Rombouts op zoek naar een Nederlandse club die samen wil werken met een op te richten hockeyclub in Nairobi.

Rombouts – op dit moment een van de spelers bij het verrassend goed presterende Hurley (5e) en eerder uitkwam voor Den Bosch en hdm – adviseert en investeert voor Rabobank in banken in ontwikkelingslanden. Een collega in Kenia bracht hem in contact met een paar fanatieke hockeyers die een hockeyclub willen oprichten. Naar Nederlands model. Rombouts: ‘Het is een ambitieus plan waar ik me graag aan wil verbinden door gebruik te maken van mijn netwerk binnen het Nederlandse hockey. Om een idee te krijgen van de lokale situatie en een eerste stap te zetten, ben ik gevraagd om naar Nairobi te komen.’

Kluitjeshockey

‘Vooraf had ik niet zulke hoge verwachtingen. Er is in Nairobi een oud waterveld, met een betonplaat eronder. Dus als het regent dan staat het veld meteen blank (zie ook video). Omdat ze slechts af en toe daarop terecht kunnen, spelen ze meestal op een gravel-zandveld. Maar het niveau, de techniek en de snelheid waren verrassend goed, ongeveer niveau 3e klasse in Nederland. Het spel was alleen totale chaos, geen plan of structuur: echt kluitjeshockey.’

‘Odiero’ of ‘Blanke’

Eén van de eerste, concrete stappen die Odiero (zo spraken ze Rogier uit) of Mzungu (Blanke) kon doen, was trainingen en clinics geven aan de seniorenteams (heren en dames), aan de jeugd en aan de hele kleintjes. ‘Het zijn superleuke en enthousiaste mensen met een enorme drive. Ze zouden flink geholpen zijn met beter trainingsmateriaal en spullen zoals bijvoorbeeld goede schoenen, veilige lockers of vervoer. Nu zijn ze soms anderhalf uur onderweg. Uitwisseling van kennis (en spullen) met een Nederlandse club, zoals meisjes B2 en enkele trainers van Rijswijk doen in Tanzania, zou hier dus enorm bij helpen.’

Sporten, eten en Spelen

Rombouts vertelt dat Kenia in 1971 4e werd tijdens de Wereldkampioenschappen in Spanje. ‘Het hockey is enorm veranderd, dus voor Kenia is zo’n hoge ranking nog ver weg, maar het geeft aan dat op een structurele manier hockeyen voor Keniaanse kinderen hoop kan bieden: op sporten en regelmatig, goed eten. Maar óók op bijvoorbeeld het bereiken van de Olympische Spelen op de lange termijn.’

De eerste stap is volgens Rombouts al gezet. De 2 oprichters, die voor Chase Bank werken, was het gelukt om een paar sponsors te vinden en enkele teams op te richten: de Chase Bank Sailors. Daarmee spelen ze nu in de 2e league in Kenia. Rombouts: ‘Ze staan nu ongeslagen bovenaan en hun doel is om te promoveren naar de 1e league om hopelijk de Afrikaanse Champions League te spelen, tegen de top-3’s uit landen als Ghana, Tanzania en Zuid-Afrika.’

Droom

Tot slot doet Rombouts nog een oproep aan de vele hockeyclubs die ons land rijk is: ‘Het is de droom van de Chase Bank Sailors om hun teams op te schalen naar een echte club, door ze te laten partneren met een Nederlandse club. Een gave en realistische droom om de kennis die we hier hebben over te brengen op de hockeyers in Nairobi. Dus ik hou me aanbevolen voor een enthousiaste club die hier in mee wil gaan.’