Local Hero #1: ‘Ik check iedere week of het scorebord werkt’

In de rubriek ‘Local Hero’ wordt wekelijks een clubheld geïnterviewd. De rubriek is voor iedereen die hockeyt of van hockey houdt. Deze week is het de beurt aan manager Peet Maat. Opgegeven door zijn team Schiedam dames 1. Maat is namelijk al aan zijn negentiende en tevens laatste seizoen als manager bezig. Ken jij ook een lokale held? Mail ons dan!

Ha Peet, op welke locatie ben je nu?
Peet Maat: ‘Ik zit thuis. Aan mijn bureau. Ben aan het werk. Ik ben in mijn vrije tijd vaak op de club te vinden, meestal drie of vier keer per week. Bij trainingen en wedstrijden ben ik altijd aanwezig en op zaterdag ben ik er ook vaak om naar mijn kleinkinderen te kijken. Ik heb inmiddels vijf kleinkinderen die bij Schiedam hockeyen. In totaal heb ik er zeven, maar de jongsten zijn nog wat te jong. Die zullen uiteindelijk ook wel gaan hockeyen.’

Waarom denk je dat mensen jou een held vinden?
‘Ik denk dat ik al vele jaren de continuïteit in het team bewaar. Ik voel me ook wel een soort vertrouwenspersoon tussen de speelsters en de begeleiding. Ik ben er altijd als vast aanspreekpunt en probeer het team zoveel mogelijk te ontzien. Zo organiseer ik met een aantal speelsters de jaarlijkse teamtrip, regel ik de oefenwedstrijden en scheidsrechters, zorg ik dat de kleding op orde is, communiceer ik met de coaches van de ballenkinderen en regel ik dat de wedstrijdbeelden online komen.’

Peet Maat (Schiedam). Foto: Mischa Keemink

Als ik het goed begrijp ben jij dus al een aantal jaar de stabiele factor binnen het team?
‘Ja, zo kan je het zeker noemen. Al die jaren heb ik een lijst bijgehouden van speelsters die in dames 1 hebben gespeeld. Er staan 91 namen op die lijst. Dat valt over 19 jaar genomen best mee. Er is weinig verloop. De meeste speelsters blijven langer dan vijf jaar in het team. Ik heb zelfs een speelster gehad die vijftien jaar bij het eerste dames elftal heeft gespeeld. Sommige speelsters die vroeger als mini van de week de bal mochten afslaan, zitten nu zelf in dames 1. In mijn periode als manager heb ik in totaal met zeven hoofdcoaches samengewerkt.’

Wat is in die negentien jaar jouw mooiste hockeymoment geweest?
‘Wat ik een mooie periode vond, was toen we vier speelsters uit het buitenland in Schiedam hebben kunnen laten spelen. Zij wilden ervaren hoe het is om in Europa te hockeyen. De speelsters zijn ieder afzonderlijk een seizoen bij ons in het gezin komen wonen. Dit was een enorm leuke periode waaruit mooie vriendschappen zijn ontstaan. Verder gaan we elk jaar in februari op teamtrip naar het buitenland. Zo zijn we bijvoorbeeld naar Barcelona, Rome, Sevilla, Valencia en Málaga geweest. Ook staat onze promotie naar de Overgangsklasse, nu 5 jaar geleden, hoog op het lijstje. Een unicum voor onze club.’

Je hebt zelf niet gehockeyd, hoe ben je ooit op het hockeyveld terecht gekomen?
‘Mijn dochters zijn gaan hockeyen, hierdoor leerde ik de club kennen. Na een aantal jaar ben ik gestart met vrijwilligerswerk in verschillende commissies. Uiteindelijk werd ik voorzitter van de seniorencommissie van Spirit, (wat later fuseerde met Asvion en Schiedam werd). Toenmalig coach, Niels Heck, vroeg mij als manager bij dames 1. Destijds was een manager nog helemaal geen functie binnen onze club. Nu niet meer voor te stellen, tegenwoordig is een manager echt een ‘must’. Dit begint al bij de jeugdteams. Toen ik begon bij dames 1 waren zij net gepromoveerd uit de derde klasse. We hebben veel successen beleefd en zijn zo steeds hogerop gekomen. Inmiddels kunnen we trots zeggen dat we Overgangsklasse spelen.’

Schiedam Dames 1

Heb jij een speciaal ritueel?
‘Als we op zondag thuis spelen, verzamelen we in principe om half twaalf. Toch kan ik het niet laten om al eerder aanwezig te zijn, meestal rond half tien. Dan begint voor mij de spanning. Ik controleer dan alles. Ik check bijvoorbeeld altijd het scorebord werkt. Die spanning is iets wat ik wel ga missen na die negentien jaar.’

Waarom ga je na negentien jaar stoppen als manager?
‘Ik heb zeven kleinkinderen en een groot gezin waar ik ook de nodige tijd in wil steken. Het is niet zo dat ik nu niet doe, maar ik zou dat graag nog meer doen. Ook word ik dit jaar ook 60 en denk ik dat het een mooi moment is om te stoppen. Jaarlijks peil ik binnen het team of ze mij nog niet zat zijn, gelukkig wilden ze altijd met mij door. Toch komt er nu echt een eind aan. Het fijne van dit besluit is dat ik nu andere mooie bezigheden kan gaan verzinnen voor op de zondagen. Maar natuurlijk zal ik nog regelmatig op de club te vinden zijn om te gaan kijken.’

Wie is het grootste talent met wie jij ooit hebt samengewerkt?
‘Bij Spirit (voorloper Schiedam) hadden we destijds maar twee hockeyvelden, waardoor veel talenten vertrokken naar andere clubs om hogerop te spelen. Jessica van Rumpt, Bo Jaeger en Rosanne Gatsonides bijvoorbeeld. Een aantal van hen zijn op onze club begonnen, toen overgestapt naar een hoger niveau en is nu weer terug bij Schiedam. Als je grote talenten hebt die echt potentie hebben om hoog te spelen, vind ik dat je ze met een goed gevoel weg moet laten gaan. Dan moet je trots zijn. Hopelijk zien wij hen ooit met een berg ervaring terugkomen bij Schiedam. Wat dat betreft hebben nu veel meer te bieden dan in het verleden.’

Wanneer is jouw seizoen geslaagd?
‘De doelstelling dit seizoen is handhaven in de Overgangsklasse. Ik twijfel er geen moment aan of dit wel gaat lukken met zoveel talent. Dit is voor mij het ultieme doel en ik denk dat dat voor iedereen uit het team geldt. Een tijd geleden hebben we ervoor gekozen om van drie keer per week trainen naar twee keer te gaan. Je merkt dat zeker na corona de meesten ook andere interesses hebben. Hockey staat nou eenmaal niet meer bij iedereen op nummer één. Tegenwoordig heeft iedereen het zo druk, dat kan je ze ook niet opleggen. Ze moeten vooral plezier hebben en niet op hun tandvlees lopen.’

Peet Maat (Schiedam)

Over plezier gesproken: hoe zit het bij jullie met de derde helft?
‘Oh, die is er zeker. De eerste competitiewedstrijd na de winterstop is er meteen een TD. Schiedam is een familieclub, wat de sfeer heel erg leuk maakt. Ik ben ook altijd aanwezig, maar als de late uurtjes aanbreken is het voor mij wel tijd om te gaan. De jongeren blijven dan over, maar op mijn leeftijd is het beter dat het op een gegeven moment klaar is. Het scheelt dat ik op loopafstand van de club woon, hierdoor kan – bij wijze van spreken – ik rollend naar huis.’

Tot slot Peet: hoe nu verder?
‘Ik ga zelf op zoek naar een vervanger in overleg met het team en de club. Ik ben hier en daar al aan het polsen. Ik weet zeker dat we iemand gaan vinden binnen de club. Wellicht dat er een oud-speelster deze prachtige talentvolle groep wil gaan managen. Het is absoluut de moeite waard.’

 


3 Reacties

  1. ruud-stork

    Held 👊

  2. ronald-tegelaar

    Werkelijk een Topper iedere club zou willen dat ze zo iemand zouden hebben,

  3. jeroenschrasgmail-com

    Fantastisch Peet al die jaren bijzonder trouwe dienst. Met recht een topper!! Geniet van je managerspensioen!


Wat vind jij? Praat mee...