Nummer 13: ‘Raakte geblesseerd tijdens het kampioensfeestje’

Spelen met het ongeluksgetal op je rug. Je moet het maar durven. In deze nieuwe serie maken we kennis met de hockeyende nummer 13 van Nederland. We slaan af met Suzanne Tacx, aanvaller van Hermes.

Suzanne, wat betekent nummer 13 voor jou?
‘Veel. Heel veel. Ik ben op de dertiende geboren. Geen vrijdag trouwens, maar een donderdag. Maar ik ben niet de enige in de familie die op die dag ter wereld is gekomen. Mijn oudste zusje ook, wel in een andere maand trouwens. Dat mijn jongste zusje ooit op de 20ste is geboren was dus eigenlijk wel een teleurstelling voor ons gezin. De dertien is mijn geluksgetal geworden. Ik heb een paar jaar geleden ook een tattoo laten zetten op mijn arm met de dertien in Romeinse cijfers.’

Ben je een geboren pechvogel?
‘Heb je even? Ik heb een keer een bal weggekopt, waardoor ik met een hoofdwond naar de huisartsenpost moest. Maar het knulligste was ons kampioenschap, toen ik een jaar of dertien was. Dat was in de C- of in de B-jeugd. In een zaal in Amsterdam werden we kampioen met Hermes. Iedereen helemaal blij natuurlijk. Maar tijdens het juichen zag ik de balken over het hoofd. Ik struikelde en viel op mijn arm. Elleboog gebroken. Ik werd er gelijk misselijk van. Terwijl het team het kampioenschap vierde, moest ik naar het ziekenhuis. Ik moet het even afkloppen, maar sinds ik nummer dertien draag, ben ik nog niet geblesseerd geweest. Op een gebroken stick na, is mij niets overkomen.’ 

Hoe werd je de trotse eigenaar van nummer 13?
‘Toen we in de Jong Dames kwamen, kregen we voor het eerst rugnummers. Ik wilde natuurlijk maar één nummer. De dertien. Die was voor mij, geen twijfel over mogelijk. Mijn oudere zus wilde ‘m eigenlijk ook, maar gunde het uiteindelijk aan mij. Zij heeft nu nummer zestien kreeg. Of zoals we zeiden: dertien plus drie.’

Wat is jouw mooiste hockeymoment?
‘Als toeschouwer het bezoek van afgelopen zomer aan het WK in Amstelveen. We waren met een aantal meiden van mijn team bij Nederland-Ierland. Heel speciaal, om een vol Wagener mee te maken. Ook toen had ik een shirt aan met nummer dertien. Eentje van het Nederlands elftal, die ik heb laten bedrukken met mijn nummer en mijn achternaam. Mijn mooiste moment als speelster was ook in het Wagener. Daar werden we vorig seizoen met Hermes kampioen tegen het zoveelste Jong Dames-team van Amsterdam. Supermooi dat het daar gebeurde en niet op een bijveld.’

De dertien, voor altijd zichtbaar op de arm van Suzanne. Foto: privé-archief

Waarom kan jij niet zonder hockey?
‘Natuurlijk vind ik het spelletje leuk. Maar is het ook mijn uitlaatklep en een heel belangrijk sociaal moment. Om met die eerste te beginnen: ik vind dat ik best een druk leven heb. Ik studeer Sport & Bewegen, heb een bijbaantje als bezorger van pakketjes en loop op dit moment stage bij een asielzoekerscentrum. Ik vind het leuk en dankbaar om daar de vluchtelingen de mogelijkheid te geven om te sporten. Maar natuurlijk hoor je ook veel heftige verhalen, bijvoorbeeld van de mensen die nu uit Turkije en Syrië zijn gekomen. Daarnaast is het dus een plek waar ik vriendinnen zie die ik al mijn hele leven ken. Sommigen komen vanuit hun studentenstad terug naar Den Helder om samen te hockeyen. Diep in mijn hart weet ik dat dit een keertje stopt. Dat we niet altijd samen zullen blijven. Ik vraag me af of ons team over twee, drie jaar nog bestaat. Daar wil ik niet te lang bij stilstaan.’

Wat is jouw hockeydroom?
‘Dat is een hele simpele. Nog een keer kampioen worden met Hermes, maar dan op ons eigen veld. Met onze eigen toeschouwers, bij ons clubhuis.’

Zie jij jezelf ooit met een ander nummer spelen?
‘Haha, nee. Nooit. Als ik in een ander team kom, waarin nummer dertien al bezet is, dan ga ik alles doen om ‘m toch te krijgen. Ik ben zelfs bereid om ervoor te betalen.’ 

<< Ben jij (of ken jij) ook een nummer 13 met een bijzonder verhaal? Meld je dan vooral via redactie@hockey.nl >>


Wat vind jij? Praat mee...