Pinoké-coach Justus: ‘Ik hoop dat we op tijd wakker zijn’

De dames van Pinoké leden zondag tegen Laren (2-3) alweer hun 5e nederlaag van dit seizoen. De Steekneuzen, die dit seizoen vooral inzetten op de eigen jeugd, staan samen met Bloemendaal puntloos onderaan. ‘Die meiden doen heel erg hun best, ze werken hard, maar af en toe moeten ze een schop onder hun hol krijgen’, zegt coach Robert Justus.

Toch had een gelijkspel tegen Laren volgens hem zeker niet mistaan. Nadat Pinoké na slordig balverlies enkele tellen voor het rustsignaal totaal onnodig de 0-3 om de oren kreeg, knokte het zich in de 2e helft knap terug tot 2-3 en kreeg het zelfs kansen op de gelijkmaker. Justus: ‘Tot aan de 2e helft waren we in niet-balbezit veel te lief. Je moet erin kleunen, je moet net zoveel uitdelen als je krijgt. Na rust klapten we er wel in. Dát is de passie die nodig is om punten te pakken en als je met die passie speelt, blijkt dat je het Laren moeilijk kunt maken.’

Gebrek aan ervaring

Desondanks staat Pinoké er na 5 wedstrijden niet goed voor. Het verschil met vorig seizoen is volgens Justus vooral het gebrek aan ervaring. Pinoké moet dit seizoen onder meer Argentijns international Florencia Habif, voormalig internationals Merel de Blaey en Roël Kuyvenhoven, aanvoerder Saskia Reuhman en keepster Rachelle Groot missen. ‘Ik denk dat de speelsters die gestopt zijn gezamenlijk 60 of 70 jaar hoofdklasse-ervaring hadden’, zegt Justus. ‘We zijn nu wel wat dynamischer, jonger en fitter dan vorig jaar, alleen qua duelkracht zijn het nog allemaal kleine, jonge meisjes, om het zo maar te zeggen. En gogme, daar ontbreekt het ook nog aan. Bovendien moeten we sneller leren dan we nu doen. Ik hoop dat we op tijd wakker zijn.’

Eigen jeugd

Toch vindt Justus dat Pinoké de goede weg is ingeslagen. ‘Pinoké is een familieclub, die altijd met veel eigen jeugd speelt. Daarnaast is dit mijn 4e jaar bij de club en zijn er in die tijd veel spelers geweest die er voor de ervaring bij waren gekomen en na een jaar alweer weggingen. Dat is niet goed voor de continuïteit. Nu proberen we met deze groep in de Hoofdklasse te blijven, om iedereen vervolgens bij elkaar te houden en stappen te zetten.’

Daar hoort nu eenmaal soms een schorre stem bij. ‘Ik heb 70 minuten staan te blèren. Daar waar ik kan, probeer ik te helpen. Maar het liefst zit ik natuurlijk de hele wedstrijd op de bank om te kijken hoe de wedstrijd zich ontwikkelt en dat we daarna met 3 punten naar binnen gaan. Alleen die luxe hebben we niet.’

Lees ook


Wat vind jij? Praat mee...