Stefan Duyf weigert handdoek in de ring te gooien

Wachtend op de eerste overwinning van het seizoen neemt de druk op Oranje-Rood, de huidige nummer twaalf van de Hoofdklasse, elke week verder toe. Hoe kijkt coach Stefan Duyf tegen de situatie aan, na de zorgelijke 1-2 nederlaag tegen concurrent Kampong?

Copypaste, dat was het weer’, zijn de eerste woorden van de 38-jarige coach, wanneer hem gevraagd wordt wat hij van de wedstrijd vond. Interviews moeten voor hem tegenwoordig voelen als een deja vu. Vrijwel wekelijks is zijn analyse vergelijkbaar met die van de week daarvoor. En van de week dáárvoor.

Ook nu zegt hij: ‘Ik heb het gevoel dat we onszelf tekort hebben gedaan. Ik heb maar één ploeg gezien die aanspraak maakte op de winst en dat was Oranje-Rood. Alwéér.’

Aanvoerder Lisa Scheerlinck houdt het niet droog na de nederlaag tegen Kampong. Foto: Willem Vernes

De klap kwam hard aan

Bij aanvoerder Lisa Scheerlinck rolden de tranen over haar wangen. Talent Trijntje Beljaars verstopte haar gezicht in haar handen. Aanvaller Sian Keil keek verslagen voor zich uit, zittend in de dug-out. Oranje-Rood, dat het gat met de elfde plaats zag groeien naar drie punten, hing na het degradatiegevecht met Kampong zwaargewond in de touwen.

De laatste plaats symboliseert de val van Oranje-Rood, dat in 2017 de traditionele top drie nog wilde aanvallen en enkele speelsters van Den Bosch, onder wie dribbelkoningin Lidewij Welten, probeerden te verleiden tot een transfer naar Eindhoven. Drie seizoenen geleden haalde Oranje-Rood de play-offs nog.

Nadat de coronacrisis uitbrak, en met Yibbi Jansen, Laura Nunnink en Freeke Moes de beste speelsters al waren vertrokken, schroefde de club het budget voor Dames 1 terug. Vorig seizoen leidde dat al tot een val naar de negende plaats. Inmiddels zijn de problemen voor Oranje-Rood, dat Pauline Leclef, Janneke van de Venne en Kim Janssens geblesseerd moet missen, nog veel groter.

De teleurstelling is groot bij Sian Keil. Foto: Willem Vernes

 

Hoeveel zorgen baart de situatie je?
Duyf: ‘Op dit moment best veel, natuurlijk. Ons geduld wordt op de proef gesteld. Dat valt niet mee, daar ben ik heel eerlijk in. Maar ik denk dat wij de langste adem hebben.’

Dit is niet de plek waarop jullie horen te staan.
‘Nee. Daar ben ik het mee eens. Op dit moment laat ik me niet uit over waar ik vind dat we wél thuishoren. Momenteel moeten we alleen bezig zijn om van die laatste plek af te komen. Maar heel eerlijk? Van alle teams waartegen we tot nu toe hebben gespeeld, was ik alleen onder de indruk van Den Bosch en van HGC. Van alle andere ploegen hadden we kunnen winnen.’

Is het pech, is het een gebrek aan kwaliteit? Wat is het?
‘Een combinatie, denk ik. Al gooi ik het niet graag op pech. Daar kan ik niks mee. Ik houd me alleen bezig met zaken waarop ik wel invloed heb. Kijk, je kunt op twee manieren naar de situatie kijken. Aan de ene kant is het natuurlijk heel zuur en baal ik ervan dat we op de laatste plaats staan. Tegelijkertijd zie ik, op basis van het veldspel, genoeg aanknopingspunten. Het is niet zo dat we elke week van het kastje naar de muur worden gespeeld. Alleen: we moeten volwassen worden en leren om wedstrijden in het slot te gooien.’

Als je vrijwel wekelijks op dezelfde manier verliest, wordt het dan niet tijd om een ander strijdplan te bedenken?
‘De afgelopen weken hebben we echt wel aanpassingen gedaan. We gooien elke week wel een roertje om. Maar over het algemeen gaan we door op de lijn die we zijn ingezet. Ik geloof heilig in wat we aan het doen zijn. We zijn op 95 procent van waar ik hoop dat we zijn. Ik zal nooit de handdoek in de ring gooien.’

Trijntje Beljaars staart beduusd voor zich uit. Foto: Willem Vernes


Wat vind jij? Praat mee...