‘Wat Jip Dicke kan, zie je amper in het vrouwenhockey’

Slechts twee speelsters maakten dit seizoen in de Hoofdklasse meer veldgoals dan Jip Dicke. De teller van de pas achttienjarige, schietgrage aanvaller van hdm staat al op acht. En dat na een jaar waarin ze zolang aan de kant stond.

Ze had zich er veel van voorgesteld. Het seizoen 2019-2020. Haar eerste seizoen in dames 1, in de Hoofdklasse. Als megatalent mocht ze een jaar vervroegd door. Haar leeftijdgenootjes liet ze achter in de A1. ‘Jippie’ kreeg een ingelijste foto met mooie teksten. Niets leek een schitterend eerste jaar in de hoofdmacht in de weg te staan.

Totdat haar knie tegen begon tegen te werken. ‘Bij Nederlands A ben ik daar een paar keer op gevallen. Er ontstond een rare bult. Zal wel wegtrekken, dachten we in het begin. Maar dat gebeurde niet. Het ging niet weg. Telkens als ik dacht dat ik er klaar voor was, kwam die bobbel terug. Ik heb drie wedstrijden meegedaan, ook omdat ik geen pijn had. Uiteindelijk besloten we dat ik niet langer zo door kon sukkelen. Die knie was en bleef te dik. Ik moest geopereerd worden.’

Foto: Bart Scheulderman

Pittige periode

Het was een pittige tijd voor Dicke. ‘Ik weet nog hoe ik erdoorheen zat bij de fysio. Ik zag mijn team buiten rennen, terwijl ik zelf binnen aan het revalideren was. Gelukkig was ik niet alleen. Julie van Dam, mijn beste vriendin en teamgenootje, was ook geblesseerd. We konden het dus samen doen. Elkaar oppeppen en door blijven gaan.’

Haar seizoen had ze toen eigenlijk al opgegeven. ‘Ik hoopte voorzichtig dat ik de laatste wedstrijden nog mee kon doen. Maar toen de competitie door corona werd stilgelegd, wist ik dat ook dat niet doorging. Ergens was dat misschien wel goed. Ik kon rustig opbouwen, zonder naar mijn team te kijken. Ik wist waar ik naartoe werkte. Naar het nieuwe seizoen.’

Daarin gaat Dicke als een speer. Eind september vestigde ze haar naam door een hattrick te maken tegen Victoria. Een dag die haar – naast veel berichtjes – ook een nominatie voor het Doelpunt van het Jaar opleverde. Inmiddels staat de teller dus op acht, allemaal veldgoals. Meer dan bijvoorbeeld Lidewij Welten. Evenveel als Ginella Zerbo, om maar een paar grote namen te noemen.

Dicke (rechts) viert een goal met Eva van ’t Hoog tegen Amsterdam. Foto: Bart Scheulderman

Groeibriljant

Verrassend? Niet voor haar coach Ivar Knötschke. Die wist al dat hij een groeibriljant in handen had. ‘Ik ken Jip al vanaf de D’tjes. Jaar in, jaar uit scoort ze erop los. Ze heeft een geweldige oog-hand-coördinatie. Daardoor kan ze precies uitvoeren wat ze bedenkt.’

‘Waar andere speelsters in de Hoofdklasse de bal nog even goed moeten leggen, kan Jip kort draaien en heel snel uithalen. Dat zie je amper in het vrouwenhockey. Dat is niet aangeleerd, dat is talent.’ Lachend: ‘Daar heb ik niets mee te maken.’

Knötschke ziet haar op trainingen en in wedstrijden uit alle hoeken en standen op goal schieten. ‘Dan denk je: uit die hoek kan-ie er niet in. Maar dan lukt het haar toch. Ze lijkt daarin op Mirco Pruyser, die heeft dat ook.’

Coach Ivar Knötschke bij hdm. Links op de bank Dicke. Foto: Orange Pictures

Dicke is ook nog een strafcornerspecialist-in-ontwikkeling. ‘Daar hebben we de eerste maanden van het seizoen bewust wat minder tijd in gestoken’, zegt Knötschke. ‘We wilden eerst dat ze met haar spel aan de slag ging. Maar inmiddels laten we haar wel eens pushen en traint ze met Bram Lomans (voormalig specialist bij Oranje, red.). Ook van hem hoor ik goede verhalen. Al heeft ze bij ons natuurlijk nog wel Pien van Nes voor zich.’

De hoofdpersoon van dit verhaal is zelf vooral kritisch. ‘Ik kan wakker liggen van kansjes die ik niet benut’, vertelt ze na afloop van het gelijkspel tegen Kampong. Daarin schoot de spits in de laatste minuut een backhand net naast. ‘Die had erin gemoeten, maar ik raakte ‘m niet vol. Ik vind van mezelf dat ik nu moet blijven scoren. Daarvoor sta ik daar ook, toch? En ja, misschien vraag ik veel van mezelf. Mag ik soms wel wat tevredener zijn met wat ik doe.’

‘Het zusje van’

De vergelijking met haar zus Pien wordt vaak en snel gemaakt. ‘Al zijn dat twee compleet verschillende speelsters’, zegt Knötschke. ‘Pien is veel allrounder en is verder in haar spel buiten het 23-metergebied. Zij kan lange rushes maken, heeft power over een grotere afstand. Jip kan dat nog gaan ontwikkelen. Logisch hoor, ze is pas achttien.’

Dicke verricht haar verdedigende arbeid tegen Kampong. Foto: Orange Pictures/Kees Kuijt

‘Natuurlijk vind ik het wel eens vervelend om als ‘het zusje van’ te worden gezien’, zegt de jongste Dicke. ‘Maar ik ben er ook trots op. Pien is ook mijn voorbeeld. Dat zal ze ook altijd blijven. Ook zij heeft met tegenslagen te maken gehad. Ik vind het knap wat ze heeft bereikt en hoe ze het nu bij SCHC doet.’

Zoals het er nu naar uitziet, staan beide Dickes straks in de play-offs. Het gat tussen hdm en nummer vijf Pinoké is inmiddels gegroeid tot elf punten. ‘We spelen nog wel tegen de top-drie en moeten nog uit naar Pinoké’, waarschuwt Dicke. ‘Dat gaat de beslissende wedstrijd worden. We zijn er nu zo dicht bij, het zou heel zonde zijn als we het nu toch laten liggen.’

Succes brengt ook altijd interesse van andere clubs met zich mee. Voor komend seizoen kan hdm in ieder geval nog op Dicke rekenen, haar contract loopt nog een jaar door. ‘We moeten haar blijven uitdagen’, stelt Knötschke. ‘Hopelijk kunnen we dit seizoen al laten zien dat je ook hier de play-offs kunt halen. We willen de ambities van Jip en de andere speelsters laten matchen met die van ons.’

Tijdens één van de eerste wedstrijden van dit seizoen, tegen Bloemendaal. Foto: Orange Pictures

Oh ja. Die twee speelsters die meer veldgoals maakten? Allereerst Hoofdklasse-topscorer Frédérique Matla. En daarnaast? Precies. Pien Dicke.


1 Reactie

  1. mennoboermans

    Topper!!!


Wat vind jij? Praat mee...