Pinoké heeft de nieuwe buitenlanders nodig om richting top-4 te gaan

Middenmotor Pinoké heeft onlangs met het aantrekken van de Australische middenvelder Aran Zalewski en de Duitse aanvaller Niklas Wellen duidelijk gemaakt wat de ambities zijn. Een serieuze gooi naar plek vier van de ranglijst, en de eerste playoff-deelname ooit. Coach Jesse Mahieu reageert, en relativeert.

Voorlopig staan volgend seizoen op de loonlijst van Pinoké de volgende buitenlandse toppers: strafcornerkanon Alexander Hendrickx en de Argentijnen Agustin Mazzilli, Martin Ferreiro en Agustin Bugallo. De teller staat daarmee op zes. Het is opvallend dat een club die geroemd wordt om hun jeugdopleiding, met grof geschut wereldspelers naar het Amsterdamse Bos haalt.

Jesse Mahieu. Foto: Willem Vernes

Mahieu is assistent van Jong Oranje. De oud-international zit nooit om een mening verlegen. De vraag of we dan ook wat moeten vinden van veel buitenlandse hockeyers in de Hoofdklasse, reageert Mahieu ad rem.

‘Natúúrlijk moeten we daarvan wat vinden’, zegt de coach met zijn kenmerkende spontaniteit. ‘Het aanbod is gigantisch. Ik heb er al zo’n 25 aangeboden gekregen. En dat is nog een voorzichtige schatting. Jongens uit Argentinië, Spanje, Engeland, Australië en Nieuw-Zeeland. Na de Olympische Spelen gaat het altijd zo. Dan krijgen ze vrij om ervaring op te doen en hun bankrekening te spekken.’

Mahieu vervolgt: ‘Het is makkelijk om dan als club opportunistisch te zijn. Je kunt kiezen voor een kortstondige kwaliteitsinjectie, maar dat is gevaarlijk. Het gaat ten koste van talent. Ik snap het alleen van clubs die hun hoofd net boven het water houden in de Hoofdklasse. Als middel om niet te degraderen. Dan moet je soms overgaan op buitenlanders, met pijn in het hart.’

Erik Cornelissen, voorzitter KNHB, reikt trofee Beste speler van het toernooi uit aan Aran Zalewski. Foto: Koen Suyk

Mahieu vindt het zelf geen opportunisme

De oud-international, die de Olympische Spelen van Athene hockeyde en aanvoerder was van Amsterdam en Pinoké, snapt het ook als clubs die buitenlandse versterking halen, om de play-offs te bereiken. ‘Als je rond de vijfde, zesde plek bivakkeert, dan kun je soms met twee gerichte aankopen, of een speler die leiding geeft op het veld, nog één final push maken. Maar goed, als je kijkt naar het grotere geheel, is dat toch vaak opportunisme of korte termijn denken.’

Is het na jouw eigen woorden geen opportunistische zet van jullie, om Zalewski en Wellen nu al binnen te halen. Als jullie al vier buitenlanders hebben en genoeg talentvolle Nederlandse spelers?

‘Nee, want dit zijn voor ons gerichte aankopen. Het is een kwaliteitsinjectie. De kern van het team houden we bij elkaar. De contracten van Pieter Sutorius en Gijs van Wagenberg hebben we verlengd. Als je de lat van de bovenkant van je team wat hoger kan leggen, dan moet je dat altijd overwegen.’

Maar het verschil tussen de buitenlandse wereldtoppers die jullie halen en de rest is groot. Jullie hebben geen Nederlandse internationals?

‘Ik denk dat wij een aantal spelers hebben die in aanmerking kunnen komen voor de trainingsgroep van Oranje. Dat is nog niet gebeurd, op de een of andere manier. Maar voor onze jongens is het belangrijk om met spelers te trainen die een hoger niveau halen. We hebben veel spelers die nog niet aan hun plafond zitten. Zoals Dennis Warmerdam, die nu pas een half seizoen weer bezig is. Jannis van Hattum, die weleens mee heeft getraind met Oranje. Hij zit nog lang niet aan zijn plafond. Marlon Landbrug, Jord Beekmans en anderen ook niet. Die kunnen allemaal die volgende stap zetten.’

De kern van Pinoké bestaat ook nog uit Nederlandse jongens als Dennis Warmerdam, Jannis van Hattum, Morris de Vilder en Marlon Landbrug. Foto: Koen Suyk

‘Wij hebben veel spitsen die frivool en snel zijn, maar niet altijd even doelgericht’

Zalewski blonk onlangs uit in de Pro League-wedstrijden tegen India en speelde eerder in Amstelveen. De club en de Australiër hielden contact. Het was een buitenkans die de Steekneuzen niet mochten missen. Mahieu roemt zijn aanwinst: ‘Aran is een onvoorstelbare hockeymachine. Het enige wat voor hem altijd bestaat is de wedstrijd. Hij brengt de ervaring en rust die we kunnen gebruiken. Als wij niet thuisgeven in een wedstrijd, zorgt hij ervoor dat we blijven hockeyen.’

Ook Wellen is met zijn 140 interlands en 25 jaar volgens Mahieu iemand die perfect past bij zijn talentvolle groep Nederlandse hockeyers. Hij had een paar keer telefonisch contact met hem, voordat hij werd vastgelegd. ‘Wij hebben veel spitsen die frivool en snel zijn, maar niet altijd even doelgericht. Geen jongens die de bal vasthouden. Wellen heeft dat van nature wel. Op het oog is dat een perfecte toevoeging voor ons team.’

Alexander Hendrickx is de onbetwiste topscorer van de Steekneuzen.

Op papier beschikt Pinoké, dat nog nooit de play-offs bereikte, nu over zes buitenlandse spelers. Het hoogste aantal ooit voor de club die jarenlang de nadruk legde op talentontwikkeling. In de praktijk kunnen het er volgend jaar minder zijn. Dit seizoen was Mazzilli tot nu toe geblesseerd. Het is onduidelijk of alle Argentijnen er volgend jaar bij zijn.

Mahieu: ‘Ik weet niet of het straks ook zes buitenlanders zijn. Alle buitenlandse jongens die we hebben, beschikken over een enorme meerwaarde. Hiermee maken we de volgende stap. Dat gaat niet ten koste van onze eigen goede spelers. Alleen moeten we nu harde beslissingen nemen en ook de buitenlanders moeten zelf willen blijven. Wij proberen duurzaam het budget jaar in jaar uit op peil te houden. Onze ontwikkeling is gestaag en niet plotseling. Wij kunnen nu een keer een gooi doen naar plek vier.’

Zondag hervat Pinoké, de nummer 8 van de competitie, de Hoofdklasse met een thuiswedstrijd tegen Almere.

Lees ook:

• Transfergekte na Tokio? Verboom: ‘Er komt een invasie aan buitenlanders’
• Transfergekte? Sabel (Pinoké): ‘Gaan ze eerst het Leidseplein ontdekken?’
• Transfers na Tokio, volgens Paul van Ass: ‘180 Olympiërs voor 50 plekken’
• Delmee: ‘Het liefst handhaaf ik met alleen maar Nederlandse hockeyers’