Imke Verstraeten: ‘In België is het tophockey voor mij begonnen’

Ze kon het al raden. Toen België maandagavond als tegenstander voor de halve finale uit de bus kwam voor Jong Oranje, wist Imke Verstraeten al hoe laat het was. Als er tegen de Belgen wordt gespeeld, gebeurt het vaak dat de ogen haar kant opgaan. Ze is immers de enige speelster van het team die voor een Belgische club heeft gespeeld. ‘Ze hebben mij ooit voor hun nationale ploeg gevraagd, maar ik heb nooit getwijfeld.’

Het patroon is inmiddels bekend bij Jong Oranje. Dit WK hebben ze de ongekende luxe dat na iedere wedstrijd een rustdag volgt. Zo ook na de kwartfinale tegen Engeland (8-2) die vooral voor rust pittig was. ‘Je hoort mij niet klagen hoor’, grijnst Verstraeten (20), dinsdag aan het einde van de middag. Ze heeft er een lekker dagje opzitten in het statige spelershotel, in de chique wijk Vitacura in het noorden van Santiago. ‘Sanhattan’, wordt dit deel genoemd, door de vele wolkenkrabbers. Hier zijn de straatverkopers en bedelaars, die je in het centrum om de haverklap tegenkomt, ver weg.

Geen groezelige eetcafeetjes, maar restaurants met prachtige terrassen. De straten zijn brandschoon. ‘De leuke koffietentjes zitten hier om de hoek’, vertelt Verstraeten, die sinds dit seizoen bij Amsterdam speelt. ‘Daar zaten we vanmiddag nog even. De dag vult zich heel gemakkelijk. Eerst hersteltraining, samen lunchen, een spelletje spelen. Weer een bespreking. De tijd vliegt voorbij.  Komt ook omdat we het heel erg leuk hebben met de groep. Dit team is nog hechter dan dat van het vorige WK. Vooral omdat we elkaar nog wat langer kennen.’

Een bekend beeld: de slepende Verstraeten. Foto: Worldsportpics/Rodrigo Jaramillo

Toenemende spanning, gedeelde corner

Het toernooi is in een snelkookpan beland. Vanaf de kwartfinales wordt er stevig aan de WK-boom geschud en blijven alleen de beste teams nog over. Het zorgt ervoor dat de tegenstand steeds groter wordt voor Jong Oranje. En dat vindt Verstraeten eigenlijk alleen maar fijn. ‘Als verdediger zijn de poulewedstrijden niet de leukste wedstrijden’, klinkt het eerlijk. ‘Verdedigend is er niet super veel te doen en de tegenstanders graven zich vaak helemaal in. Hierdoor kan het soms een beetje saai zijn. Daarom vind ik het alleen maar fijn dat het iedere wedstrijd spannender wordt.’

De Zeeuwse sleepte er inmiddels vijf binnen, in vier duels. Evenveel als Noor van den Nieuwenhof. Het zijn cijfers die passen bij de cornerhiërarchie van Jong Oranje. ‘Noor en ik doen het echt samen. Per wedstrijd kijken we waar de ruimte ligt. Daarin wisselen we af om de dreiging hoog te houden. Tegen Chili pushte ik meer, later in de poule was Noor juist meer aan de beurt. Voor ons is dat helemaal prima. Vooral omdat de tegenstander geen idee heeft waar hij aan toe is. En als er een van ons twee op de bank zit, hebben we nog een heleboel meiden die ook een hele goede corner hebben. Dat geeft een heel erg lekker gevoel.’

Natuurlijk wil Jong Oranje dat gevoel meenemen naar de halve finales. Want daar wacht dus België. Het is dus niet de eerste keer dat Verstraeten vertelt over het land waar ze van haar dertiende tot haar zeventiende speelde. Dat klinkt bijna als immigreren. Maar de verdediger komt uit Hulst, dat praktisch tegen de Belgische grens aanligt. Toen ze na Rapide (uit Hulst) en De Pelikaan (Roosendaal) de nabije clubs was ontgroeid, koos ze voor Dragons.

Jong Oranje viert een cornergoal tegen Japan. Foto: Worldsportpics/Rodrigo Jaramillo

Het oogje dat België had op Verstraeten

Ze weet nog hoe ze daar aankwam voor haar selectietraining. ‘Ze geloofden eerst niet dat ik dertien was. Ik was al best groot en was best volwassen voor mijn leeftijd. Op Dragons dachten ze dat ik voor de Onder-16 kwam. Maar ik was er toch echt voor Onder-14. Het ging daar opeens allemaal heel snel. Ik mocht op mijn vijftiende al meedoen met Dames 1, waar ik voor die tijd al meetrainde. Ik kreeg allemaal kansen en was heel leergierig, heb me daar heel erg ontwikkeld. Als speler en als mens. Die tijd heeft mij gevormd. Daar is het tophockey echt begonnen voor mij.’

Het zijn mooie bladzijden geworden in haar inmiddels indrukwekkende hockeyplakboek. ‘Ik was vooral heel erg druk in die periode. Stond er amper bij stil wat er allemaal gebeurde. Hoe mooi het was. Debuut in Dames 1, landskampioen in de jeugd. Ik speelde soms met drie teams mee in het weekend. Ik genoot ervan, maar dacht nooit: dit is bijzonder. Terwijl het dat wel was, als ik er nu op terugkijk. Ondertussen was ik wel heel serieus met hockey bezig. Ik had een plan. We reden niet zomaar veertig minuten, als er geen files stonden, vanuit Hulst. Ik had een plan. Ik wilde Oranje halen.’

Dat is gelukt. Vorig jaar december speelde ze haar eerste twee interlands. Voor Nederland, natuurlijk. Al hadden ze in België ook een oogje op Verstraeten. ‘Er is al veel gezegd en geschreven over mijn tijd in België. Maar ik heb – denk ik – nog nooit verteld, dat ze weleens hebben gevraagd of ik niet bij hun nationale jeugdteams wilde komen spelen. Mijn ouders zijn allebei Nederlands. Maar als ik het goed heb, mocht dat destijds omdat ik wel bij een Belgische club speelde als jeugdlid. Het is geen vraag waar ik heel lang over na heb gedacht. Ik zat in die periode al bij de Nederlandse selecties. Daar ging het ook goed. Dus ik had totaal geen reden om te veranderen. Ik wil in Nederland de top halen. Het had me nu heel raar geleken om een ander shirt te dragen.’

Verstraeten is twintig jaar, maar speelt al haar tweede jeugd-WK. Foto: Worldsportpics/Rodrigo Jaramillo

De korte lijntjes, die altijd zijn gebleven

Natuurlijk zijn de lijntjes nog altijd kort met België. ‘Mijn tante, neefjes en nichtjes zijn Belgisch. Ze wonen net over de grens. Ik ben nog vaak in Zeeland en als we gaan shoppen is dat meestal in Antwerpen of Gent. Ik kom er vaak en ben erg graag. De manager van het Belgische team waartegen we spelen, die zit er al jaren. Die ken ik nog van vroeger, de coach ook. Verder zijn er wat meiden waartegen ik nog heb gespeeld. Ik vind het altijd wel mooi om hen tegen te komen.’

Dat België het tot de laatste vier heeft geschopt op dit WK, verrast Verstraeten niet. ‘Ze zijn dat al jaren goed bezig. Dat is hartstikke knap en mooi voor ze. Het is een goede ploeg, ook met wat meiden die bij de nationale A-ploeg hebben gespeeld. Hun aanvoerder Camille Belis deed zelfs al mee aan de Olympische Spelen. Dit wordt de zwaarste tegenstander die we hebben gehad. Maar laten we ook vooral kijken naar wat we zelf kunnen. Als wij op tempo hockeyen, heb ik alle vertrouwen in een goede afloop.’

<<  Nederland – België is vandaag om 19.45 uur live te zien via Watch.hockey >>


Wat vind jij? Praat mee...