Kitty van Male speelt EK in haar oude achtertuin

Ze is er geboren, woonde er jarenlang en hockeyt er nog steeds. Voor Amsterdam-aanvaller Kitty van Male (29), die inmiddels met haar vriend Sjoerd Gerretsen in Rotterdam woont, begint komende vrijdag het EK in het Wagener Stadion zo’n beetje in haar oude achtertuin.

Toen rond de eeuwwisseling keepster Clarinda Sinnige – de nicht van Kitty van Male, oud-international en tegenwoordig Hoofd Communicatie van de KNHB – het doel van Amsterdam verdedigde, stond de kleine Kitty regelmatig bewonderend langs de lijn. Ze zat nog op tennis, maar raakte in het Wagener Stadion bevangen door het hockeyvirus. Ze werd lid van Pinoké.

‘Het EK van 2009 in Amsterdam vond ik als supporter geweldig’

‘In 1998 ben ik naar het WK in Utrecht geweest’, vertelt Van Male, die tijdens het toernooi negen jaar was. ‘Ik wist één ding zeker. Ik wilde ook het Nederlands team halen en een toernooi in eigen land spelen. Ook het EK van 2009 in Amsterdam heb ik als supporter beleefd. Daar hing echt een goede sfeer. Veel mensen waren verkleed in het oranje. Ik vond het geweldig om te zien. Het WK van 2014 in Den Haag heb ik als speler helaas gemist, dus is het extra gaaf dat ik nu een toernooi in eigen land mag meemaken. In mijn eigen stad nog wel. Heel cool.’

In 2014 werd bekend dat Amsterdam het EK mocht organiseren. Kort daarop viel Van Male onder leiding van bondscoach Sjoerd Marijne buiten de selectie en was het spelen van het toernooi in haar geboortestad opeens geen reële optie meer. Pas na de Olympische Spelen in Rio de Janeiro, het toernooi waarvoor bondscoach Alyson Annan haar selecteerde, kwam het besef dat ze het EK in Amsterdam ging meemaken als speler. Het toernooi is zelfs één van de redenen geweest om haar interlandcarrière na de Spelen nog niet te beëindigen.

‘Hoe dichterbij het EK nu komt, hoe vaker tegen me wordt gezegd hoe speciaal het is. Wie kan er in haar eigen stad en op haar eigen club een EK spelen? Bijna niemand.’

Kitty van Male baalt tijdens de halve finale van de Hockey World League in Brussel tegen Nieuw-Zeeland. Foto: KNHB/Koen Suyk

‘Ik word wel eens boos als ik vind dat het te mat is’

Inmiddels behoort Van Male tot de oudste speelsters van de huidige selectie van de Oranje Dames. Toch zit ze niet in de leidersgroep, die bestaat uit Marloes Keetels, Carlien Dirkse van den Heuvel, Margot van Geffen, Lidewij Welten en Kelly Jonker. ‘Ik ben geen leiderstype. Ik moet het team vooral met mijn energie op sleeptouw nemen. Ik word wel eens boos als ik vind dat het te mat is. Dat is altijd al mijn rol geweest en ik ga op dezelfde manier door.’

Als aanvaller probeert Van Male onder meer nieuweling Frédérique Matla wegwijs te maken. Matla speelde bij Den Bosch meestal op het middenveld (aan het eind van het afgelopen seizoen niet meer), maar staat bij Oranje in de aanval. ‘Ze doet het hartstikke goed. Ik probeer haar te ondersteunen waar nodig. Bijvoorbeeld met het aanlopen van de press. Voor de rest moet je die meid lekker laten hockeyen. Dan doet ze mooie dingen.’

‘Natuurlijk is de manier waarop ik haar begeleid ook een vorm van leidinggeven. Maar ik wil mezelf geen leiderschapsrol geven. Ik kan veel druk op mezelf leggen. Als het niet loopt, zou ik er als leider voor moeten zorgen dat het wel gaat lopen. Daar liggen mijn kwaliteiten niet. Dan raak ik mezelf kwijt en heb ik het overzicht niet meer. Dan kom ik in een tunnel.’


Wat vind jij? Praat mee...