De cijfers rond de negende wereldtitel van de Oranje Dames

De wereldtitel die de Oranje Dames zondag veroverden door Argentinië met 3-1 te verslaan, staat natuurlijk niet op zich. Bij Hockey.nl proberen we de prestaties altijd in perspectief te plaatsen. Zo ook nu. Hier lees je de meest bijzondere cijfers die bij het kersverse succes van Oranje horen.

Oranje-record Keetels

De WK-finale tegen Argentinië was zoals bekend de laatste interland van Marloes Keetels. De 29-jarige middenvelder sloot haar Oranje-loopbaan niet alleen af met elf hoofdprijzen na 176 interlands en 26 doelpunten, maar ook met een waanzinnig Oranje-record. Keetels bleef tegen Argentinië voor de 84ste keer op rij ongeslagen in het Oranje-shirt, een ongeëvenaarde prestatie. De laatste nederlaag die ze met de Nederlandse ploeg leed, was ruim vijf jaar geleden in een oefeninterland tegen België (0-1). Daarna volgden 79 zeges en vijf gelijke spelen.

Keetels na haar laatste interland op Nederlandse bodem: de 2-1 tegen België in de kwartfinale van het WK. Foto: Willem Vernes

Negentien WK-duels op rij ongeslagen

Oranje verloor in de WK-finale van 2010 met 3-1 van Argentinië. Sinds die nederlaag in Rosario verloor Nederland geen enkel WK-duel meer. In 2014 in Den Haag behaalde de ploeg zeven overwinningen op rij, in Londen in 2018 volgden vijf zeges en één gelijkspel en de afgelopen twee weken voegde Oranje daar nog eens zes overwinningen aan toe. Die reeks van negentien wedstrijden zonder nederlaag is een verbetering van het record dat Australië lange tijd in handen had. De Hockeyroos waren tussen 1994 en 2002 zeventien WK-duels op rij niet te kloppen.

Vreugde na de 3-0 van Felice Albers in de WK-finale tegen Argentinië. Foto: Willem Vernes

Drie op een rij

Oranje veroverde de wereldtitel voor de derde keer op rij, na eerdere successen in 2014 en 2018. Zo’n reeks zetten de Nederlandse vrouwen één keer eerder neer: in 1983, 1986 en 1990 kroonde Nederland zich ook tot ’s werelds beste. In individueel opzicht zorgden Eva de Goede, Lidewij Welten, Margot van Geffen, Marloes Keetels en Xan de Waard voor een unicum: zij zijn de eerste speelsters ter wereld die drie opeenvolgende WK’s winnen. Bij de successen van 1983, 1986 en 1990 was er namelijk geen één speelster bij die alledrie die toernooien meemaakte.

De Goede, Welten, Van Geffen, Keetels en De Waard voegen zich met drie titels in totaal (dus niet per se opeenvolgend) bij het kleine clubje van drie voormalige Oranje-internationals die ook drie keer wereldkampioen werden: Lisette Sevens (in 1974, 1978 en 1983), Elsemieke Havenga-Hillen en Sandra Le Poole (beiden 1978, 1983, 1986).

Eva de Goede en Lidewij Welten, samen met Margot van Geffen Oranje’s grootste prijzen aller tijden. Foto: Willem Vernes

Mülders in select gezelschap

Het WK winnen als speler én als bondscoach: dat is niet voor velen weggelegd. Oranje-coach Jamilon Mülders deed het. De sympathieke Duitse oefenmeester veroverde eerder als speler van de Duitse nationale ploeg in 2002 de wereldtitel, na een 2-1 overwinning op Australië in Kuala Lumpur.

De Australiër Ric Charlesworth was de eerste die als speler én bondscoach wereldkampioen werd: hij werd als beste speler van het toernooi wereldkampioen met de Australische mannen in 1986 en won later de wereldtitel als coach van zowel de Australische vrouwen- als mannenploeg. Alyson Annan is de enige andere met wereldtitels als speler én coach: in 1994 en 1998 tijdens haar actieve loopbaan als hockeyster, daarna als bondscoach van de Oranje Dames tijdens het WK 2018 in Londen.

Oranje-bondscoach Jamilon Mülders voorafgaand aan de WK-finale tegen Argentinië. Foto: Willem Vernes

Bijna alles gewonnen sinds Rio

Na de verloren olympische finale van Rio in 2016 wonnen de Oranje Dames elf van de twaalf hoofdprijzen die er sindsdien te verdelen zijn geweest in het internationale vrouwenhockey. Nederland won het EK 2017, de Hockey World League 2017, het WK 2018, de Champions Trophy 2018, de eerste editie van de Pro League in 2019, het EK 2019, de Pro League 2020-21, het EK 2021, de Olympische Spelen 2021 en nu dus het WK 2022. Alleen de voorbije editie van de Pro League ging aan de neus van Oranje voorbij. Die werd een prooi voor Argentinië.

Bijzondere status Felice Albers

Felice Albers is pas 22 jaar maar heeft wel al een erelijst in Oranje waar je u tegen zegt. De behendige aanvallende middenvelder van Amsterdam leverde een bijdrage bij de eerste twee eindzeges van Oranje in de Pro League en won daarna achtereenvolgens het EK 2021 in Amstelveen, de Olympische Spelen 2021 in Tokio en nu ook het afgelopen WK. Wie na 32 interlands al vijf hoofdprijzen op haar naam heeft staan in Oranje mag zich gelukkig prijzen. En Albers bleef zelf niet onopgemerkt tijdens haar optredens in Oranje: in negentien wedstrijden op het EK, de Spelen en het WK was ze goed voor tien doelpunten en één assist. Daar kun je alleen maar voor klappen.

Felice Albers schreeuwt het uit na het eerste WK-doelpunt in haar loopbaan. Foto: Willem Vernes

Mijlpaal voor Leurink

De WK-finale tegen Argentinië was de honderdste competitieve interland voor Laurien Leurink. In al die interlands op grote toernooien en in de FIH Pro League was de middenvelder van SCHC goed voor 22 doelpunten en 34 assists. Dat betekent dat ze gemiddeld elke twee wedstrijden een aandeel heeft in een Oranje-doelpunt, een ongekende contributie aan de productie van het Nederlands elftal. De briljante steekpass op Frédérique Matla bij de 2-0 tegen Argentinië was Leurink’s 43ste assist in Oranje, oefeninterlands meegerekend. In de laatste acht jaar gaf geen enkele andere Oranje-international zoveel succesvolle voorzetten aan teamgenoten.

Laurien Leurink namens Oranje in actie tegen België in de kwartfinale van het WK. Foto: Willem Vernes


Wat vind jij? Praat mee...