Maria Steensma voelt zich nu geen opvulling meer in Oranje

Ruim een jaar geleden speelde ze tijdens de Pro League al eens één interland. Maar eigenlijk voelt de recente Oranje-uitnodiging voor Maria Steensma (22) als haar echte eerste keer bij het Nederlands elftal. ‘Toen voelde het als opvulling. Nu voel ik me meer onderdeel.’

De jonge Steensma betrap je bijna nooit op een chagrijnig gezicht. Met haar vriendelijke glimlach fonkelt ze in de aanval van Pinoké. Maar de lach was dinsdag in het Wagener Stadion nog een beetje groter, tijdens de allereerste training van Oranje, na het gewonnen EK. Ze straalde van oor tot oor. 

Ze vond het vooral even wennen, de eerste training die twee uur duurde. ‘Het waren best wel veel prikkels’, geeft ze aan, in de loungeruimte bij het Wagener. ‘Ik ken iedereen wel, maar het was enorm spannend. Je bent toch nieuw bij de groep. En de jongste. Het voelt echt. Ik ben onderdeel van de selectie.’

Twee weken geleden nodigde bondscoach Paul van Ass haar uit. Ze zat in de bioscoop, dus had een oproep en sms van de bondscoach gemist. Steensma belde hem een dag later terug. ‘Hij vertelde dat hij de groep uit ging breiden en dat hij mij graag toe wilde voegen. Hij hoopte dat ik wilde. Nou, ik heb niet lang na hoeven denken, hoor’, vertelt Steensma enthousiast. 

‘Ze moet er zelf in gaan geloven’

Het is een boodschap waar Van Ass blij mee is. ‘Maria is een talent’, reageert hij. ‘Ze doet het goed bij Pinoké en is daar echt een van de sterkhouders. Ze is snel en technisch’, onderbouwt hij na de eerste training zijn keuze voor de jongeling. ‘Bovendien moeten jongere speelsters aansluiten. Laten voelen wat het is bij Oranje. De eerste training deed ze het goed. Als ze een tijdje in het programma zit, kunnen we kijken of ze stappen gaat zetten. En er vooral zelf in gaat geloven, want een belofte is ze zeker.’

Maria Steensma tijdens de eerste training van Oranje. Foto: Willem Vernes

Vorig jaar juni kwam Steensma al eens uit voor het Nederlands team. Toenmalig bondscoach Jamilon Mülders stuurde een mail naar alle Jong Oranje-speelsters die het gouden WK in april hadden gespeeld. Of er meiden geïnteresseerd waren om mee te doen aan de Pro League-wedstrijden tegen Engeland, in Londen. De Amsterdamse aanvalster reageerde en werd later tot haar verbazing – net als Floor de Haan, Noor de Baat, Luna Fokke en Tessa Beetsma – geselecteerd en maakte prompt haar debuut. Daardoor staat haar interlandteller inmiddels op één. 

‘Toen was ik opvulling. Nu voel ik me meer onderdeel’

Als Steensma terugdenkt aan die ene wedstrijd, begint het weer te kriebelen. ‘Alles was geweldig. De groep was leuk en de dynamiek geweldig. Het was een toffe trip. De wedstrijd zelf was helemaal bijzonder’, vertelt ze. Maar vult dan snel aan: ‘Als ik ooit met dit Oranje een interland mag spelen, gaat die wedstrijd meer als mijn debuut voelen. Toen voelde ik me meer een opvulling. De internationals van SCHC en Den Bosch ontbraken, dus ze hadden mensen nodig. Dat was heel anders. Nu voel ik me meer onderdeel.’

Nooit maakte ze zich zorgen of de teller op zou lopen. Niet omdat ze barst van het zelfvertrouwen. Integendeel. Juist omdat ze die ene interland toch maar mooi achter haar naam had staan. Steensma is bescheiden. Een enthousiaste stuiterbal op het veld, maar voorzichtig met haar ambitie. ‘Ik wil me vooral goed voelen en m’n ding doen. Mijn niveau halen en me niet verstoppen. En wie weet beter te worden.’

Maria Steensma. Foto: Willem Vernes

Eigenlijk was Oranje ook niet iets waar ze zich blind op staarde. Als ze diep in haar hart kijkt, beseft ze pas wat ze al bereikt heeft. ‘Het klinkt misschien gek, maar ik ben er gewoon nooit echt mee bezig geweest’, is de enige geselecteerde van Pinoké eerlijk. De club waar ze na haar HDM-jeugd naartoe verkaste, omdat ze ging studeren in Amsterdam. Aansluiten bij de topploeg uit het Bos vond ze destijds – typerend – te hoog gegrepen. ‘Ik ben bij Pinoké op mijn plek. Ook volgend seizoen. Het was wel gezellig geweest als ik een teamgenoot had bij Oranje. Maar misschien is het ook wel goed voor me, dat ik er helemaal alleen voor sta. Daar kan ik van leren.’

Haar eerste Oranje-les zit erop. Terwijl ze op haar fiets stapt, op weg naar huis, belt ze als eerste met haar ouders. ‘Ze gaan me vast vragen of ik het leuk vond’, vertelt ze. Ze lacht. ‘En ze willen vast ook weten of Paul aardig was. Nou, dat was hij zeker. Ik heb ervan genoten.’


Wat vind jij? Praat mee...