Ook keeper Van der Ven zocht mentale hulp ‘voor die paar procentjes’

‘Die strafcorner van Peillat, in het dak. Daar was ik net tien centimeter te laat. Maar dat was echt een harde bal’, antwoordde keeper Sam van der Ven (28) op de vraag of hij überhaupt een foutje had gemaakt tijdens de Champions Trophy. Als je dat soort raketten als foutje overweegt, kun je zeggen dat je het goed hebt gedaan. De keeper van HGC bekroonde een goede ontwikkeling met een sterk toernooi in Breda.

Het dak van het doel trilde nog na van de inslag van het allergrootste kanon in het internationale hockey, Gonzalo Peillat. Ondertussen schoot door het hoofd van de keeper, dat hij er wel erg dichtbij zat. Ook de goal tegen Argentinië in de laatste minuut, een intikker van Matias Paredes van dichtbij, was een treffer waar Van der Ven in eerste instantie over twijfelde. Misschien had hij de voorzet kunnen onderscheppen. Achteraf, bij het bekijken van de videobeelden zag hij dat hij het wel goed had gedaan. Zo ziet perfectionisme er bij een keeper dus uit.

Tegen India (1-1) keepte Van der Ven in zijn 31ste interland bijna vlekkeloos. Het begon vroeg in de wedstrijd met twee strafcorners van India die hij onschadelijk maakte. Naarmate de wedstrijd vorderde leek de keeper van HGC onpasseerbaar. Hij kwam elke keer op het goede moment inglijden als de Indiase hockeyers gevaarlijk leken te worden. Hij gaf alleen toch een rebound weg, die prompt voor de stick van Manpreet Singh viel, die de 1-0 scoorde.

Sam van der Ven in actie tegen India. Foto: Willem Vernes

‘Soms ben ik een chaoot, daar wilde ik mee leren omgaan’

Net als zijn collega en concurrent Pirmin Blaak is Sam van der Ven dit jaar aan de slag gegaan met een sportpsycholoog. Daardoor staat hij met meer zelfvertrouwen in het doel. ‘Het voelt dat ik afgelopen jaar ben gegroeid. In het begin vond ik het allemaal best wel spannend, in het Nederlands elftal. Nu heb ik meer potjes gespeeld. Nu heb ik een ander gevoel: ik heb er zin in. Laat maar komen! Toen we in de rust tegen India het veld opkwamen, zag en hoorde ik dat publiek. Toen kreeg ik een flashback naar het EK van vorig jaar en kreeg ik kippenvel’, vertelt de keeper, die jarenlang derde keuze was achter Jaap Stockmann en Pirmin Blaak. Sinds vorig jaar speelt hij veel interlands, samen met Blaak.

Zijn reden om sinds maart naar de sportpsycholoog te gaan? ‘Het was niet omdat ik dacht dat het niet goed ging. Het was meer dat ik de puntjes op de i wilde zetten. Zodat ik het gevoel heb dat ik er alles aan doe. Ik wilde even babbelen en kijken wat het me brengt. Ik wilde zekerder in de goal staan. Gedachten beter onder controle krijgen. Soms ben ik een chaoot in mijn hoofd. Daar wilde ik mee leren omgaan. Ik ben er blij mee in ieder geval. Ik wil niet straks bij het WK denken: had ik die laatste paar procenten maar gepakt.’

Sam van der Ven zag fenomeen Gonzalo Peillat snoeihard binnen pushen. Foto: Koen Suyk

‘Ik ben meer uitvoerder, denk ik’

Richting het WK in India zal er een eerste keeper worden gekozen. Voor de Olympische Spelen in Tokio is het logisch om één keeper te selecteren en er een als reserve mee te nemen. Dat er niet meer per kwart gewisseld wordt, maar per wedstrijd nu, vindt Van der Ven prima. Hoewel de zachtaardige keeper ook de indruk wekt dat hij letterlijk en figuurlijk vrij flexibel is. ‘De keuze kwam vooral vanuit de begeleiding. Dat maakt verder niet uit. Ik ben meer een uitvoerder, denk ik. Als zij een goed verhaal hebben, dan is dat zo. Dan weet ik wat me te doen staat. Ik vond om het kwart keepen ook goed. Nu is het fijn om de hele wedstrijd te blijven staan.’

Van der Ven gaat goed om met Blaak. Dat zal niet veranderen nu de situatie is gewijzigd en er toch voor een eerste keeper zal worden gekozen. ‘Voor mijn gevoel zullen we wel met twee keepers naar het WK gaan. Stel dat de keuze voor eerste keeper niet op mij valt, dan is dat ontzettend jammer. Ik doe mijn best. Het enige wat ik kan doen is mijn zaken op orde hebben. Natuurlijk wil ik de eerste keeper worden, maar die keuze is uiteindelijk niet aan mij. Als ik maar weet dat ik er alles aan heb gedaan, dan kan ik mezelf altijd in de spiegel aankijken.’

 


Wat vind jij? Praat mee...