Seve van Ass wil de strijd aangaan: ‘Ik ben nog niet klaar’

Zijn wereld stond even op de kop, woensdagochtend. Het moment dat bondscoach Jeroen Delmée aan 213-voudig international Seve van Ass (31) liet weten dat hij niet meegaat naar het EK in Mönchengladbach (18-27 augustus). ‘Het is de opvatting van de bondscoach dat ik niet fit ben. Ik voel me prima.’

Het gaat best aardig met ‘m, als we Seve van Ass donderdagavond spreken. Hij heeft het slechte nieuws al met veel mensen die hem liefhebben besproken.  Langzaamaan weet hij hoe hij het een plekje moet geven. Maar eenvoudig is het niet. De laatste keer dat hij voor Oranje afviel – met zijn vader Paul als bondscoach – was in 2012. Elf jaar en meer dan tweehonderd interlands geleden. 

‘Ik ben me er altijd bewust van geweest dat spelen in Oranje geen gegeven is’, begint Van Ass zijn verhaal. Misschien dat zijn omgeving hem als zekerheidje zag, maar voor de middenvelder zelf was dat absoluut niet zo. ‘Ik ken de concurrentie. Ik weet hoe graag iedereen het wil. Een plek bemachtigen in Oranje is altijd een battle.’

‘Ik kan mezelf niks verwijten’

Een battle die hij ditmaal verloor. En dat werd hem tijdens het vierlandentoernooi in Spanje van vorige week, stilletjes aan duidelijk. Tijdens een gesprek in Barcelona met Jeroen Delmée werd hij gewaarschuwd. De bondscoach praatte met iedereen bij, dus ook met zijn meest ervaren kracht. Meer dan tweehonderd interlands, drie WK’s, zes EK’s en twee Olympische Spelen. 

‘Toen had ik door dat ik absoluut geen zekerheid was’, gaat hij verder. ‘Ik had te weinig tijd om me te laten zien. Hem duidelijk te maken dat hij me moest kiezen. Dat vind ik heel vervelend’, vertelt Van Ass. Even is het stil aan de andere kant van de lijn. Maar de middenvelder is er zeker van. ‘Ik kan mezelf niks verwijten.’

Seve van Ass tijdens het vierlandentoernooi in Spanje. Foto: David Ramírez Rodríguez

De verkeerde keuze in Eindhoven

Zijn besluit is duidelijk. Hij baalt. De tijd haalde hem in. Zijn hamstringblessure – die hij in april opliep – gooide roet in het eten. En daar is hij nog wel het meest zuur over. ‘Tijdens de eerste Pro League-duels begin juni in Eindhoven, was ik bijna fit. Ik zat op het randje. Net niet helemaal. Ik zou nog niet spelen, maar toen ook Jip Janssen niet voldoende hersteld was van zijn blessure, besloot de staf mij te laten spelen. Ik deed mee. Uit goede wil, mijn persoonlijke drive. Dat was achteraf te vroeg. Vlak voor rust ging het mis en stond ik weer een maand aan de kant. We hadden toen met elkaar een andere keuze moeten maken. Dat is jammer. Ik heb daarna te weinig momenten gehad om mezelf te laten zien.’

Delmée gaf eerder deze week aan dat hij Van Ass niet op zijn best vond. Dat hij door te veel fysieke klachten niet fit genoeg was. Dat hij al anderhalf jaar zoekende is naar de beste versie van zijn routinier. Daar is de middenvelder het niet mee eens. ‘Het is zijn opvatting dat ik niet fit ben. En in de afgelopen 1,5 jaar heb ik mijn niveau gehaald. Ik voel me prima. Ik kan meedraaien in een normaal wisselschema. Hij neemt het verleden mee met de gevoeligheid en blessures van toen. Daardoor is hij niet overtuigd dat ik fit blijf. Ik heb de afgelopen tijd hard gewerkt aan mijn revalidatie. Ik kan alles vol meedoen.’ 

Seve van Ass omringd door Australiërs. Foto: Koen Suyk

‘Gewoon’ doortrainen bij Oranje

Van Ass sprak donderdag met de bondscoach. Over de inhoud wil hij niet veel kwijt, maar het gesprek was goed. ‘Ik had zoveel vragen. En twijfels.’ Een voor een somt hij zijn hersenspinsels op. ‘Hoe ziet hij me? Waar sta ik? Wat kan mijn rol worden?’, allemaal vragen die de afgelopen dagen door zijn hoofd spookten. Maar ondanks de twijfels, is hij er zeker van. ‘Ik ben nog niet klaar. Het allerliefste wil ik er in Parijs staan. Op topniveau.’

Twijfelen over zijn toekomst deed hij een kleine twee jaar geleden al. Hij nam na de Olympische Spelen van Tokio afstand. Pauzeerde zijn interlandloopbaan. Maar acht maanden later stond hij weer op het trainingsveld. Hij wilde nog lang geen afscheid nemen van Oranje. ‘Alle dingen die je doet, moet je met volle overgave doen. En dat wil ik.’ Daarom stond hij gisteren en vandaag alweer met het Nederlands team op het trainingsveld. En hoewel het eerste moment wat ongemakkelijk was, voelde het goed. ‘Ik heb lang genoeg niet-gehockeyd. Ik wil gewoon lekker ballen. Mijn niveau blijven halen en meters maken.’

Maar tijdens het echte werk, het Europees kampioenschap, zit Seve van Ass thuis. Op de bank voor televisie. ‘Ik ga het zeker volgen. Ik baal dat ik de titel niet mee kan prolongeren, maar ik wil niks missen.’ En wat gaat hij verder doen? ‘Waar de ene deur sluit, gaat de ander open. Mijn beste maatje gaat trouwen. Daar kan ik nu bij zijn. Tijd voor wat sociale dingen. En verder kan ik de hele voorbereiding van HGC meemaken. En dan zorg ik er daar maar voor dat ze straks écht niet meer om me heen kunnen.’


2 Reacties

  1. SanderVerkeij

    Fijn dit te lezen voor het Nederlandse hockey. Laat Jeroen Delmee maar zien dat je gewoon nog steeds van toegevoegde waarde bent, sterker nog, samen met Jonas tot de beste middenvelders behoort. Je hebt Thierry en Jonas en verder is de selectie in mijn ogen veels te veel van hetzelfde en mis je ook een routinier als van Ass of Hertzberger.

  2. Mark Bouwman

    Twee grote namen van het Nederlandse hockey, beiden met een enorme drive maar met verschillende verantwoordelijkheden.   Beiden snakken naar de Olympische Spelen van Parijs om daar iets "neer te zetten". Met een dan helemaal fitte Seve kunnen zij elkaar en de ploeg alleen maar versterken.


Wat vind jij? Praat mee...