Vooruitblik OVK (D): MOP waagt zich nog niet aan een doelstelling

Voor Colette de Beaumont was het eind vorig seizoen schrikken geblazen. Ze besefte na de verloren promotie/degradatieduels tegen Nijmegen, dat zij voor het eerst in haar loopbaan in de Overgangsklasse zou gaan spelen. Met MOP kieperde zij uit de Hoofdklasse, een constatering die heel hockeyend Vught in sportieve rouw dompelde.

Een fractie spookte het door haar hoofd de club te verlaten, maar al vlot besloot De Beaumont het team trouw te blijven. MOP in de steek laten, nee, dat voelde in deze fase niet goed. En dus stond de teamcaptain in augustus, liefhebber als zij is, mentaal weer (opge)fris(t) en vrolijk op het veld. Toen De Beaumont om zich heen keek, ontdekte ze acht nieuwe gezichten. Jonge meiden vooral; voor een deel uit eigen jeugd, deels van buitenaf.

‘In het voortraject ben ik nauw betrokken geweest bij de samenstelling van de selectie. Als captain vroegen ze mij om advies, want de beslissingen lagen uiteraard bij de technische staf. Zodoende wist ik wel ongeveer wat ik kon verwachten, maar tijdens de voorbereiding moet je een gewenningsproces door. Ons teamweekend heeft daar een belangrijke bijdrage aan geleverd. Dan praat je onder meer in kleine groepjes met elkaar en komen zaken aan de orde, waarvan het goed is dat je die van elkaar weet. Hoe iemand het liefst aangespeeld wil worden en dat soort vragen.’

‘Elke training beter’

Door een sterk gewijzigde selectie was het ingewikkeld vooraf een doelstelling te bepalen voor het nieuwe seizoen. Het was te simpel te stellen dat je als degradant zo snel mogelijk terug wilt naar de Hoofdklasse.

De Beaumont: ‘En nog kan ik niet inschatten waar wij staan, ondanks dat we nu zeven duels onderweg zijn. Ik denk dat  we na de winterstop een beter beeld hebben , want dan hebben we alle ploegen een keertje gehad. Onze focus is er vanaf het begin op gericht om elke training en elke wedstrijd beter te worden. Daar ben ik tot nu toe tevreden over. We maken wekelijks stappen voorwaarts. We kunnen allemaal goed hockeyen en we worden consttanter.’

Tweede plaats

Voorlopig neemt MOP, na een zeer verrassende nederlaag tijdens de openingswedstrijd van het seizoen tegen promovendus Cartouche, de tweede plek in. Om die positie te consolideren zal de selectie van trainer-coach Karel Alferink aanstaande zondag moeten winnen op Almere. Dat wordt geen appeltje-eitje, want Almere kende een zeer degelijke start van het seizoen. Sterker, wanneer Almere haar inhaalwedstrijd wint, zou het op gelijke hoogte staan met de Brabanders.

Aan de trainingsarbeid zal het bij MOP niet liggen, die ligt nog altijd op hetzelfde niveau als vorig seizoen in de Hoofdklasse.

De Beaumont: ‘Dat hebben we van tevoren wel afgesproken, dat we dezelfde energie wilden leveren als vorig seizoen. We trainen viermaal per week en velen doen er nog een individuele krachttraining naast. Ik heb eerlijk gezegd geen idee hoe vaak de andere teams in de Overgangsklasse trainen, wij kijken alleen naar onszelf. Het gaat super goed, iedereen is erg gretig om te leren.’

‘Niet op tachtig procent’

De captain waagt zich niet aan een antwoord op de vraag om een rapportcijfer uit te delen aan de prestatie en de vorderingen tot nu toe. ‘Wat ik zie, is dat we vooruit gaan en dat we inmiddels constanter spelen dan begin dit seizoen. Tijdens delen van de wedstrijd zijn wij in staat om de tegenstander onze wil op te leggen, maar die fases moeten we nu langer maken. Iedereen is zich ervan doordrongen dat we in ieder geval niet op tachtig procent kunnen spelen. Dan red je het ook niet in de Overgangsklasse.’

Constante factor

Als één van de oudere speelsters in de groep is De Beaumont (26) dit seizoen zowel in de voorhoede te vinden om de press aan te jagen als op het middenveld om de wedstrijd te controleren.

‘Voor mij was het uiteraard ook wennen met zoveel nieuwe speelsters. Als aanvoerder ben je tevens bezig met de vraag hoe je je het best voor het team verdienstelijk kan maken. In mijn rol wil ik onder alle omstandigheden een constante factor zijn die volle energie geeft. We gaan voor het hoogst haalbare. Pas als we tot de conclusie komen, dat we er alles uitgehaald hebben, mag je tevreden zijn. Ongeacht of dat dan een tweede of een vierde plaats oplevert.’

 

 


Wat vind jij? Praat mee...