In de eerste dertig jaar van zijn leven speelde hij nooit hoger dan de Tweede Klasse. Maar sinds twee weken keept Joris van der Zwaag (31) opeens op het een-na-hoogste niveau van Nederland, bij HCAS. De laatbloeier kwam in beeld door een blessure van de eerste doelman van de Brabanders. ‘Ik denk niet dat ik ooit in de Hoofdklasse terechtkom. Maar de vergelijking van Vardy steek ik toch maar in mijn zak.’
Toen eerste keeper Hugo Dekkers een maand geleden zowel een duim- als teenblessure opliep, kwamen er ineens kansen voor Van der Zwaag bij HCAS. Voor de herstart van de competitie was Dekkers nog niet op tijd fit. En dus maakte Van der Zwaag anderhalve week geleden tegen Cartouche (2-1 nederlaag) zijn debuut. ‘Heel spannend vond ik dat, en ook supergaaf. Geniet ervan, zeiden mijn teamgenoten vooraf. Ik ben nogal kritisch op mezelf, maar heb hun woorden toch goed in mijn oren geknoopt. Ondanks dat we verloren, was ik trots en voelde het als een beloning voor het harde werken.’
Van der Zwaag speelde in zijn jeugd bij Bakel, een sympathiek klein clubje vlakbij Helmond. Net als zijn broers (‘zij waren mijn voorbeeld’) wilde hij keepen. Dat gebeurde ook. Sterker nog: hij had talent. Wilde landelijk gaan spelen en stapte in de B-jeugd over naar Helmond. ‘Toen ging ik verpleegkunde studeren en draaide ik al snel diensten. Spelen in een Heren 1 was toen in feite niet mogelijk. Ik speelde nog even in een vriendenteam bij EMHC, maar daar vond ik te weinig uitdaging in.’

Normaal zit Joris van der Zwaag (midden) als tweede keeper op de bank bij HCAS. Foto: Perry Biemans
’s Ochtends redt-ie levens, ’s avonds houdt-ie ballen tegen
Bijna stopte Van der Zwaag helemaal met hockey, totdat hij via een kennis in het eerste van Gemert terecht kon. ‘Op dat moment was het beter te combineren met mijn vervolgopleiding. Keeperstraining kreeg ik op Oranje-Rood. Daar leerde ik ook Hugo Dekkers kennen, toen al de eerste keeper van HCAS. Twee jaar geleden belde hij mij opeens op. Of ik interesse had om tweede keeper bij zijn team te worden.’
Van der Zwaag twijfelde. Wilde hij wel zijn vertrouwde plek bij de gemoedelijke tweedeklasser onder de lat opgeven voor een reserverol in de Promotieklasse? Had hij nog wel de ambitie om op een hoger niveau te keepen? Maar na een paar keer meetrainen, ging hij overstag. ‘Het gaat sneller, harder en is veel tactischer dan wat ik gewend was. Videoanalyses had ik nooit gehad, terwijl onze coach daar juist veel gebruik van maakt. Door al die factoren maak ik in korte tijd grote stappen.’
Hij is nog steeds verpleegkundige, op de ambulance. ’s Ochtends redt-ie levens, ’s avonds houdt-ie ballen tegen. ‘Het gaat niet iedere dag om dood en verderf, maar regelmatig ook wel. Hockey is mijn escape. De manier om alles wat ik heb meegemaakt van mij af te zetten.’

HCAS-keeper Joris van der Zwaag voor zijn ambulance.
De vergelijking met Jamie Vardy
Soms moet Van der Zwaag een training overslaan, simpelweg omdat hij het niet met zijn werk kan combineren. ‘Mijn teamgenoten snappen dat. Vinden mijn baan interessant. Ze vragen ook regelmatig wat ik heb meegemaakt. Juist omdat ik er niet altijd bij ben, vind ik het logisch dat ik in principe niet in de basis staat. Bovendien is Hugo op dit moment gewoon beter.’
Ook zondag tegen koploper Tilburg (3-2 verlies) stond hij in de basis. Voor de tweede keer. Dekkers, die vooralsnog eerste keuze blijft bij HCAS, was nog niet hersteld. ‘Ze noemen mij wel eens de Jamie Vardy van het hockey. Hij speelde pas op relatief late leeftijd op topniveau en werd met Leicester City meteen landskampioen. Met Asten moeten we ons eerst maar eens zien te handhaven in de Promotieklasse. Ik denk niet dat ik ooit in de Hoofdklasse terechtkom. Daarvoor is mijn werk ook te belangrijk. Maar die vergelijking van Vardy steek ik toch maar in mijn zak.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.