‘Maskermeisje’ Bibi Donraadt: ‘Alsof een magneet in mijn neus zit’

Ze is de opvallendste nieuwkomer bij Oranje-Rood. Maar dat komt niet vanwege een karrenvracht aan interlands of een stapel aan doelpunten. Bibi Donraadt springt vooral in het oog door het masker, dat onafscheidelijk met haar verbonden is. Ondertussen hoopt ze dat haar controversiële goaljingle ook een keer klinkt in Eindhoven. 

Na de wedstrijd is het even goed opletten. Want Donraadt ziet er simpelweg buiten de lijnen behoorlijk anders uit dan daarbinnen. Haar masker, van hard plastic, doet ze liefst zo snel mogelijk weer af. De middenvelder weet natuurlijk ook wel dat ze op die manier de aandacht trekt. ‘Het meisje met het masker. Of The Mask. Dat ben ik. Ik word er vaak op aangesproken’, zegt Donraadt na de kansloze 6-0 nederlaag tegen SCHC. ‘Ik loop er sinds vorig jaar zomer mee. Iets meer dan een jaar nu.’

Donraadt kwam in de zomer over van degradant Klein Zwitserland naar Oranje-Rood. In Den Haag, waar ze een half jaar hockeyde, speelde ze al met het masker op. Het verhaal van Donraadt en haar opvallende hulpstuk begint in Amerika. In Washington om precies te zijn. Daar studeerde zij 4,5 jaar aan de University of Maryland. Nadat zij als jeugdspeelster bij Leonidas altijd op vrij hoog niveau speelde, belandde ze in het collegeteam bij de Maryland Terrapins. ‘Daar brak ik voor de tweede en derde keer in mijn leven mijn neus. Beide keren omdat er iemand vlak voor mij een bal verkeerd stopte. Het lijkt soms wel alsof ik een magneet in mijn neus heb zitten. Het waren gewoon domme ongelukjes.’

Maar wel ongelukjes met gevolgen. Na die laatste breuk moest Donraadt onder het mes. ‘Omdat er al wat schade was geweest aan mijn neus, dreigde de bovenkant dicht te groeien. Daardoor zou ik bijna geen adem meer kunnen halen door mijn neus. Het was een operatie van vier uur, met twee chirurgen erbij. Na afloop gaven zij het advies om bij contactsporten op te passen. Zelfs in het voetbalstadion moet ik uitkijken, als iemand bij het juichen mij iets te fanatiek raakt. Het blijft een gevoelig punt. Als ik ‘m nog een keer breek kunnen ze hem minder goed herstellen, omdat er al best veel kapot is gegaan.’

Foto: Bart Scheulderman

Belemmering

Het is dus noodzakelijk kwaad dat Donraadt het masker moet dragen. ‘Het is een belemmering. Ik moest er veel erg aan wennen. Met kijken sowieso, bij een hoge bal bijvoorbeeld. Dan kijk sneller je tegen plastic aan. In de regen heb je minder zicht, net als wanneer je een bril draagt. In de hitte, of tijdens het zaalhockey is het ook niet optimaal. Dan verwerk je de warmte niet goed, omdat het masker afgesloten om mijn gezicht zit. Als je transpireert, voel je je sowieso een soort laag om je gezicht. Het zweet kan niet weg.’

Toch een blije lach: ‘Maar het zorgt ook voor extra veiligheid. Er is ook al een aantal keer een bal op het masker gekomen. Een corner die werd getipt, vorig seizoen. Die kwam hard op mijn gezicht. Dat dankzij dit ding was er niets aan de hand.’

Bibi Donraadt met Xan de Waard, haar directe tegenstander in de wedstrijd tegen SCHC. Foto: Bart Scheulderman

Donraadt studeert Geneeskunde en ging op zoek naar andere opties, om de combinatie tussen bescherming en comfort beter te verlopen. Maar die ideale mix kwam ze nog niet tegen. ‘Als er een KNO- of sportarts is die een betere oplossing weet? Ik sta ervoor open. Ik heb nu twee van deze maskers. Ik weet dat er fijnere in omloop zijn, zoals het masker dat Frédérique Matla droeg op het EK. Maar die was volgens mij wel een klein beetje duurder…’

Feyenoord-broek tussen de PSV’ers

Naast het masker, had Donraadt in Amerika nog iets dat onlosmakelijk aan haar verbonden was. Zij had – in de VS heel normaal – haar eigen jingle die gedraaid werd als ze scoorde. Ze koos voor het nummer dat ook in De Kuip werd gespeeld na een doelpunt: Super Feyenoord. Inderdaad, de tune van haar favoriete voetbalclub. ‘Ik denk niet dat ze dat liedje hier in Eindhoven kunnen waarderen. Toen ik laatst met een Feyenoord-joggingbroek liep, kreeg ik wel wat opmerkingen in de kleedkamer. Dat kan niet hier, met allemaal PSV’ers. Maar ik heb nog niet gescoord. Dus wie weet krijg ik nog iemand zo gek dat ze een boxje naast het veld zetten.’


Wat vind jij? Praat mee...