Dat de mannen van Kampong na tien speelrondes nog niet op stoom zijn, valt niet te ontkennen. De vice-kampioen bungelt voorlopig op plek zeven en kampt bovendien met een flinke blessurelijst. Dat maakt de weg omhoog alleen maar steiler. ‘Op deze momenten moet je je mouwen opstropen en met schaafwonden het veld aflopen.’
Het was zondagmiddag op de Klapperboom een mooi gezicht. Jip Janssen stond weliswaar als toeschouwer naast de dug-out, maar speelde toch een rol van betekenis tegen Oranje-Rood. Door een blessure (een overbelasting aan zijn knie) is hij in ieder geval dit kalenderjaar niet meer inzetbaar, toch werd hij bij elke strafcorner betrokken. Spelers keken steeds naar hem, of trokken even in een sprintje in de richting van de blonde olympiër in trainingsbroek en winterjas. Met korte aanwijzingen, ogen strak op een klein schermpje, probeerde hij zijn ploeg zo goed mogelijk te sturen.
‘Jip is daar gewoon heel erg goed in’, vertelt zijn coach Tim Oudenaller na afloop. ‘En het past ook bij zijn aard. Hij wil ondanks zijn blessure op iedere mogelijke manier helpen.’ Het cornerkanon kon zich de eerste vijftig minuten alleen richten op verdedigend werk. Pas diep in het vierde kwart – toen zijn ploeg al tegen een 4-1 achterstand aankeek – kon hij zijn inzicht en ervaring als doelpuntenmachine pas echt tonen. Hij toverde een bijzondere variant uit de hoge hoed. Een forehand-stop van Hidde Plantenga, die de bal met een kaatsje breed legde naar Duco Telgenkamp. De spits haalde snoeihard uit met zijn backhand, maar zijn inzet werd gekeerd. Een uit nood geboren creatie waar de hockeyliefhebber even van smulde, maar zonder resultaat.
Rik Sprengers, Caspar Dobbelaar en Jip Janssen. Foto: Rob Römer
De waslijst aan blessures
Cornervarianten in de Tulp Hoofdklasse zijn vrij uniek. En al helemaal voor een ploeg als Kampong. Maar de selectie van Tim Oudenaller kon zondagmiddag niet anders. Want niet alleen Janssen stond langs de lijn, maar ook Rik Sprengers – de tweede keuze op de kop – kon zondag vanwege fysieke klachten niet spelen. Caspar Dobbelaar completeerde het blessure-trio. Daar bovenop brak Kjell Plantenga voor rust twee vingers en viel Jonas de Geus later uit met een flinke hoofdwond.
‘Het helpt allemaal niet’, zucht Oudenaller. ‘We moeten in deze fase juist opkrabbelen. Vechten en soms een beetje geluk hebben. We zitten in de hoek waar de klappen vallen. Maar dan moet je juist de mouwen opstropen. Hard werken. En proberen ieder procentje te winnen. En niet hopen dat iets vanzelf goedkomt.’
Woorden waar aanvoerder Lars Balk zich volledig bij aansluit. ‘We zien allemaal dat het nu even wat minder loopt. Juist dan moet je met schaafwonden het veld afstappen. Het maakt niet uit hoe, als je maar hard werkt’, verduidelijkt hij. ‘Die instelling vragen we nu van elkaar. En dan is het pijnlijk om te zien dat dat niet gebeurt.’
Coach Tim Oudenaller en op de achtergrond een balende Lars Balk. Foto: Rob Römer
Balk doelt vooral op de eerste twee kwarten, waarin Kampong het initiatief grotendeels uit handen gaf. Voor rust stond de ploeg al met 2-0 achter, zonder zelf een noemenswaardige kans te creëren. Koud uit de kleedkamer liep Oranje-Rood vrijwel meteen uit naar 0-3. ‘We hebben er de tweede helft alles proberen uit te laten. Dat is het gezicht dat je wil zien, maar die eerste helft stralen we niks uit’, vertelt de aanvoerder kritisch. ‘We hielden het vandaag bewust wat kleiner. Met het idee dat we konden counteren. Maar als je ervoor kiest om laag te staan, dan moet je dat ook met een bepaalde attitude en energie doen. En dat was niet het geval.’
Acht tegengoals in twee wedstrijden
De nederlaag tegen Oranje-Rood is alweer de tweede verliespartij op rij voor Kampong. Een week eerder ging het ook mis tegen Den Bosch (4-1). Een domper die misschien nog wel groter was. ‘We hebben toen samen gesproken’, vertelt Oudenaller, die zich geen acute zorgen maakt. ‘De moraal op de trainingen is eigenlijk nog steeds hartstikke goed. We willen dit seizoen jonge jongens beter maken. Maar op een gegeven moment gaat het er ook gewoon om wat je hier op het veld hebt staan en wat je levert. En dat is gewoon nu niet goed genoeg.’ Hij grijpt terug naar het begin van het seizoen. ‘Ik las dat ons de titel werd toebedeeld. Dat vond ik opvallend. We missen echt wel wat ervaring.’
Die ervaring is ook niet ineens terug. Kijk bijvoorbeeld naar keeper Luis Calzado (25). Hij heeft zich de afgelopen jaren bewezen in de Spaanse selectie, maar de klompen van voorganger David Harte zijn niet zomaar gevuld. En ook de rest van de selectie is jong: zondagmiddag waren negen spelers 21 jaar of jonger. ‘Het is nu de kunst om rustig te blijven. Ondanks dat we ons echt wel beseffen waar we staan en hoe het gaat. We moeten blijven doen wat we altijd doen, maar scherper zijn op de details’, analyseert Balk. Maar natuurlijk doen de resultaten wat met hem. ‘Je geeft alles, bent kapot, maar stapt zometeen weer met nul punten de auto in. Dat is moeilijk en frustrerend.’
Lars Balk. Foto: Rob Römer
‘Blessures zijn een slap excuus’
Het zit hem niet alleen in de attitude en de waslijst aan blessures. ‘Dat vind ik een slap excuus. Het is juist extra belangrijk om het te doen met de jongens die wel op het veld staan. Samen nog meer leveren. Het gemis een soort van compenseren. We missen heel wat boys, maar er staat nog gewoon genoeg kwaliteit op het veld.’ Wat is het dan wel? ‘We maken veel slordige fouten. Leveren te veel ballen in. Ik vond onze uitstraling vandaag echt teleurstellend. We moeten juist nu elkaar vast blijven houden.’
Maar het is niet alleen maar kommer en kwel. Oudenaller wil absoluut nog niet van een crisis spreken. De voorrondes van de EHL verliepen soepel en er liggen nog genoeg kansen om met een goed gevoel de winterstop in te gaan. Donderdag speelt de ploeg tegen Rotterdam, zondag tegen Laren. Het lijkt bovendien waarschijnlijk dat de lijst met blessures nog voor de winter wat korter wordt. Balk: ‘Er zijn nog zes punten te pakken. Daar moeten we vol voor gaan. Mouwen opstropen en alles geven. Anders is het een zure eerste seizoenshelft.’
Derck de Vilder zit in de dug-out te balen. Foto: Rob Römer
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.