Pechvogel Campbell raakte in twee wedstrijden vier tanden kwijt

Zeg je pechvogel, dan heb je het dit seizoen zeker over Gijs Campbell. De middenvelder van Den Bosch had zich graag een andere competitiestart voorgesteld. Twee – van de vier – wedstrijden verliet hij het veld met een bal op zijn gezicht en tanden. Gelukkig speelt hij altijd met een bitje.

Op bezoek bij Pinoké – twee weekenden geleden – ging het voor het eerst mis voor de Brabander, die tot die dag in zijn hele hockeycarrière nog nooit een bal op zijn mond had gekregen. Toen tegenstander Alexander Hendrickx een bal de cirkel in pompte, schoot die pass via de stick van een van zijn teamgenoten de lucht in. En landde met een rotgang op het gebit van Campbell. 

Zijn rechtervoortand en aansluitende hoektand kregen de klap te verwerken. Met een dikke bebloede lip en twee loszittende tanden ging Campbell naar de kant. ‘Ik raakte een beetje in paniek. Begon gek rond te rennen. Ik heb overal al ballen gevangen. Op mijn gezicht of vingers, maar nooit op mijn gebit’, vertelt de routinier. De fysio zette de boel weer terug en Campbell deed snel zijn bitje weer in. Zo stond hij binnen vijf minuten weer op het veld. Eigenlijk alsof er niets gebeurd was.

De woorden van de tandarts

‘Ik ben die middag nog naar de tandarts geweest’, bekent de Bosschenaar. Hij kreeg een spalkje en op de foto’s bleek dat er een breukje in de tand zat. De grote vraag is nog altijd of zijn twee tanden niet afsterven en verkleuren. Hij had geen gevoel in die tanden en ondervond enorme pijn bij het eten. Maar eigenlijk vond hij maar één ding echt belangrijk. ‘Ik wilde direct weten of ik weer kon hockeyen.’ 

Archiefbeeld van Gijs Campbell. Foto: Willem Vernes

De woorden van de tandarts sloeg hij goed op: ‘De kans dat dit nog eens gebeurt, is klein. Dat zei hij. En dat moet je me geen twee keer zeggen. Dinsdag trainde ik weer.’ Donderdag speelde hij ook gewoon weer competitie tegen Oranje-Rood – ‘ik merkte dat ik wel iets meer op mijn hoede was’ – maar daar bleef het bij. 

Tot zondag, tegen promovendus Voordaan. De kans dat hij nog een bal op zijn gebit zou krijgen was dus klein, maar het ‘lukte’ de Brabantse pechvogel toch. Nu zelfs zo erg dat zijn tanden op het veld lagen. ‘Ik zat laag in een duel. Mijn tegenstander wilde over mijn stick heen flatsen, maar raakte de bal verkeerd waardoor-ie omhoog schoot. Ik kreeg de bal recht in mijn gezicht. De bal was minder hard dan bij Pinoké, maar er vlogen nu direct twee tanden uit. Daar waren mijn teamgenoten naar op zoek.’

‘Ik leek wel een hamster’

Ditmaal belandde de bal op zijn linker voortand en linker aansluitende hoektand. Inderdaad. Precies die andere twee tanden. In een week tijd waren al zijn voortanden geraakt. Verder spelen zat er afgelopen weekend niet in. De klap was minder hard, maar de impact groter. Toen zijn teamgenoten bezig waren aan het derde kwart, kwam Campbell aan bij een Utrechtse tandarts. ‘Toen alles ietwat provisorisch teruggezet was en ik in de spiegel keek, schrok ik wel. Het zag er niet uit. Ik leek wel een hamster. Ik wilde de rest van m’n leven echt niet zo rondlopen.’

De tandarts verwees hem vervolgens direct door naar de kaakchirurg in het UMC (Universitair Medisch Centum in Utrecht). De chirurg maakte er flink werk van, waardoor Campbell zich iets beter voelde. ‘Ik zal nog een aantal wortelkanaalbehandelingen moeten ondergaan. De komende zes weken heb ik een klein beugeltje. Mijn tanden zijn gespalkt. Daar kan ik voorlopig wel mee leven.’

Eten is momenteel een groter probleem. Dat lukt alleen met zijn kiezen. Zijn andere tanden doen simpelweg te veel pijn. ‘Dat zal nog wel even zo zijn, maar het lukt me aardig.’ En hockey? ‘Ik wil de rest van mijn leven niet rondlopen met een lelijk gebit. Dat is me nu wel duidelijk geworden’, bekent hij eerlijk. Maar wie Campbell kent weet eigenlijk wel beter: ‘Maar ja..’, vult hij zich aan. ‘Hoe groot is de kans dat het nu nog een keer gebeurt?’

De beelden van de twee voorvallen, vastgelegd vanuit de videotoren:


3 Reacties

  1. stijn-schellart

    ‘De tegenstander wilde over mijn stick heen flatsen….’ Mss tijd om een regel in te voeren die in lijn is met een verbod om in het blok spelen zoals deze bestaat in de zaal? Ik maak nu situaties mee dat centrale verdedigers letterlijk een hele wedstrijd lang dwars door een op 5 meter afstand staande spits heen willen (schijn)flatsen. En dan ook echt hard. Pure intimidatie. En geen scheidsrechter die fluit voor gevaarlijk spel. Sport & spel zonder ontzag voor elkaars veiligheid. Moeten we dit willen met z’n allen?

    1. stijn-schellart

      Dat gezegd hebbende; de situaties in de bijgaande video zijn wel erg ongelukkig te noemen. Zo op het oog een vrij zachte en subtiele bedoelde backhandsflats. Had de video in eerste instantie gemist…

    2. robdux

      Gewoon meer afstand nemen dan!


Wat vind jij? Praat mee...