Wedstrijden waarin iedereen vuur spuwt en waarin het om de prijzen gaat. Ze zijn op het lijf geschreven van Duco Telgenkamp. De spits van Kampong kreeg zondag vroeg in de eerste finale van de Tulp Hoofdklasse tegen Amsterdam (4-3) een gele kaart en maakte vlak voor tijd de prachtige, vierde Utrechtse treffer. Die vierde Telgenkamp weer eens op geheel eigen wijze, waardoor De Klapperboom voor de laatste keer dit seizoen ontplofte.
Drie minuten voor tijd waren alle ogen weer eens gericht op Telgenkamp. Die beukte kiezelhard een backhand diagonaal binnen. Een streep van een goal in een heerlijke, gepassioneerde finale. Hij vierde zijn doelpunt meteen met de duizenden supporters aan de clubhuiskant. Een blauwe zee van fans.
Telgenkamp slingerde opzwepend met zijn handen in het rond en schopte uit een mix van blijdschap en bravoure keihard tegen een waterflesje aan. Het flesje vloog door de lucht, De Klapperboom stond weer eens op de banken door alle streken van hun eigen hockeyboefje. ‘Volgens mij vonden ze het wel leuk wat ik deed’, grinnikt de spits. ‘We moeten het veld ook een beetje schoonhouden, toch?’
Hij zegt het nadat hij er na de wedstrijd zeker dertig selfies op heeft zitten. De fans staan voor hem in de rij. Allemaal willen ze aandacht van de Kampong-spits, die altijd voor reuring en actie zorgt. Never a dull moment met Telgenkamp, die sinds zijn clash met de Duitse goalie Jean-Paul Danneberg na de olympische finale vorig jaar in Parijs een bekende sporter is geworden, ook buiten het hockey. Niet het type ideale schoonzoon, wel een ideale sluipschutter in de voorhoede. Een roofdier, dat altijd op jacht is.

De rake beuk van Telgenkamp. Foto: Willem Vernes
Hij leeft voor dit soort dagen. Duels met een randje. Waar gif en goud samenkomen. Of zoals hij het zelf zegt: ‘Ik hou van dit soort wedstrijden, waar de emotie hoog is. Dan ben ik meestal op mijn best’, glundert Telgenkamp. Hij denkt na over zijn woorden. ’Al vond ik mezelf vrij slecht vandaag. Het zat me niet mee, dus ben ik blij dat ik nog scoorde.’
Dat vuurwerk dat wordt afgestoken is prachtig. Ik hoor supporters tegen elkaar inzingen, over het veld. Dat merken we heus wel. We zitten allemaal op hockey, maar er mag soms wel iets meer voetbal bijkomen. Duco Telgenkamp
De aanvaller was niet verrast dat de vlam geregeld in de pan vloog tijdens de emotionele eerste finale, waarin liefst drie keer geel werd getrokken. ‘Kijk, Amsterdam heeft een ploeg met bijtertjes. En ja, wij hebben dat ook. Het gaat er daardoor hard op. Dat gebeurt als je een finale speelt.’ Dat er dan opstootjes plaatsvinden, vindt de international stiekem wel mooi. Met een vette lach: ‘Dan zeg ik: c’est ça. Het hoort erbij.’
Hij kijkt even naar het veld, nog steeds gevuld met honderden handtekeningenjagers. ‘Het is toch mooi wat er gebeurt? Dat vuurwerk dat wordt afgestoken, is prachtig. Ik hoor supporters tegen elkaar inzingen, over het veld. Dat merken we heus wel. We zitten allemaal op hockey, maar er mag soms wel iets meer voetbal bijkomen. Vandaag was het iets meer een voetbalpotje. Daar hou ik wel van.’
Dit bericht op Instagram bekijken
‘Te makkelijk kaarten tegen’
‘Ook ik kon daar wel van genieten’, reageert coach Tim Oudenaller. ‘Dit is wat een finale met zich meebrengt. Ik had het ook wel een beetje verwacht dat het erop zou knallen vandaag.’ De coach vond wel dat zijn ploeg tegen wat veel kaarten opliep. Kampong kreeg twee keer geel – Telgenkamp en Finn van Bijnen – en een groene kaart, voor Sander de Wijn.
‘Die kregen we wat te makkelijk. We kwamen daardoor te lang met een man minder te staan. Inderdaad, we hadden er op een gegeven moment maar negen in het veld. Dat kunnen we in de tweede finale beter doen. Dat gaan we ook doen. We moeten ons hoofd koel houden. Dat lukte tegen Bloemendaal (in de halve finale, red.) wel beter. Waarom? Dat weet ik zo niet.’
Oudenaller is gelukkig dat de kaarten zonder gevolgen zijn. ‘Alleen Jip Janssen stond bij ons op scherp. Hij was bij een volgende kaart geschorst geweest. Daar maakten we ons geen zorgen om, Jip weet wel wat hij doet. Al is het natuurlijk fijn dat iedereen ongeschonden door deze wedstrijd is gekomen.’

Foto: Willem Vernes
Dat geldt dus ook voor Telgenkamp, die geen idee had wat hij verkeerd deed. ‘Al schiet je me lek’, reageert de spits op zijn eerste, groene kaart. ‘Ik had geen idee, al was het vast niet zonder reden. Ik liep weg. Was op mezelf aan het schelden, niet eens tegen de scheids. Ik weet het allemaal niet zo goed, maar ik moet er volwassener mee omgaan. Niet in zo’n situatie belanden.’
Dat mag Telgenkamp laten zien in de return, die dus donderdag plaatsvindt in het Wagener Stadion. Hij rekent zich niet rijk: ’Die 4-3 van nu zegt helemaal niets. Dat was ook zo geweest als we met 3-0 hadden gewonnen. Je hebt vandaag gezien dat het allemaal zo snel kan gaan. Al ben ik wel tevreden over onze vechtlust. Iedereen heeft ook gezien dat het niet makkelijk was.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.