‘Niklas Wellen is in de zaal echt beestachtig goed’

Niklas Wellen, op het veld 161-voudig international van Duitsland, blinkt dit seizoen in het shirt van Pinoké ook wekelijks uit in de zaal. De technisch begaafde aanvaller, die al achttien goals maakte en topscorer van de Hoofdklasse Zaal is, is een lust voor het oog.

De wedstrijd tussen het arme Hattem en het sterke Pinoké is zondagmiddag diep in de tweede helft, als Hattem-keeper Michiel Wessels weer eens te maken krijgt met het fenomeen uit Duitsland. Het ene moment lijkt Wellen op een volstrekt ongevaarlijke plek op het veld te staan, ietwat aan de zijkant, net over de middenlijn. Een fractie later passeert Wellen in een flits twee verdedigers, pusht hij met zijn forehand vanuit een onmogelijke hoek op doel en vindt hij het minuscule gaatje in de korte hoek, halfhoog tussen de stick van de keeper en de paal. Doelpunt. Zijn vierde van de wedstrijd en zijn achtste van de dag.

‘Als zaalhockeyer is Niklas een feest om naar te kijken’, vertelt coach en voormalig Bloemendaal-speler Joep van der Loo. ‘Na onze wedstrijd tegen Amsterdam had ik het erover met de coach van Amsterdam [Thomas Immink]. Dat Niklas echt een waanzinnig goede hockeyer is. Op het veld natuurlijk ook, maar in de zaal is hij echt beestachtig goed’, zegt hij over de Duitse aanvaller, die zaalhockeygrootmacht en regerend landskampioen Amsterdam eigenhandig met vier doelpunten over de knie legde (7-2 winst).

‘Niklas denkt altijd een stap vooruit. Op het moment dat wij nog een verdedigend blok spelen, denkt hij al na over waar hij de counter gaat plaatsen. Dat vind ik één van zijn grootste kwaliteiten. Buiten het feit natuurlijk dat hij geweldig is in de cirkel. Als wij Nederlanders hard op goal pushen, wil daar nogal eens een sleep aan vooraf gaan. Bij Niklas niet. Die pusht vanuit zijn polsen. De keeper wordt daar compleet door verrast. Die staat te wachten op een beweging die helemaal niet komt.’

Niklas Wellen en Noud Schoenaker vieren een doelpunt. Foto: Willem Vernes

In Nederland is mijn invloed als speler veel groter dan in Duitsland Niklas Wellen

Voordat Wellen in de zomer van 2020 de overstap maakte naar Pinoké, hockeyde hij in Duitsland voor Crefelder HTC, de club uit de stad Krefeld, waar zijn wortels liggen. Zijn voormalige ploeg vroeg hem of hij deze winter voor hen wilde uitkomen in de Bundesliga, de grootste zaalhockeycompetitie ter wereld. Maar de lange aanvaller zag het niet zitten om wekelijks twee uur heen en weer te rijden vanuit Amsterdam. Bovendien beschikt Pinoké met zaalinternationals Hidde Brink (keeper) en Niek Merkus en met spelers als Miles en Texas Bukkens over een ploeg die in de zaal voor de landstitel kan gaan. En dus koos Wellen dit seizoen voor het avontuur in de Hoofdklasse Zaal.

‘Zaalhockeyen in Nederland is anders dan zaalhockeyen in Duitsland’, zegt de 27-jarige Wellen. ‘In Nederland spelen de meeste jongens voor de lol. Ze nemen het wel serieus, maar toch net met een iets andere mindset dan in Duitsland. In Duitsland kijkt iedereen ernaar uit om te zaalhockeyen. Het niveau is gigantisch hoog. Mijn niveau ligt daar bijvoorbeeld veel dichter bij het gemiddelde dan hier. In Nederland is mijn invloed als speler groter dan in Duitsland’, aldus de topscorer van de Hoofdklasse Zaal.

Niklas Wellen vuurt een schot af op Hattem-keeper Michiel Wessels. Foto: Willem Vernes

Spelen in het zaalteam van Duitsland is geen optie

Op het veld is Wellen een ervaren kracht van het Duitse nationale team. Hij veroverde olympisch brons op de Spelen van 2016 in Rio de Janeiro en nam ook deel aan de Spelen van afgelopen zomer in Tokio. Daarnaast speelde hij één wereldkampioenschap en vier Europese kampioenschappen. Nu er deze winter nauwelijks verplichtingen bij het nationale team zijn, kiezen mede-Tokio-gangers als Christopher Rühr, Martin Zwicker, Mats Grambusch, Tobias Hauke en Timm Herzbruch deze maanden voor een avontuur in de Duitse zaalselectie, die zich voorbereidt op het wereldkampioenschap in Luik. Een kans die Wellen laat lopen.

‘Voor mij is het zaalteam van Duitsland nooit een serieuze optie geweest. Ten eerste omdat ik op het veld al genoeg wedstrijden speel. Ik vind het wel even prima zo’, lacht hij. ‘Daarnaast denk ik dat ik niet goed genoeg ben om daarbij aan te sluiten. Er zijn in Duitsland een hoop spelers zijn die beter kunnen zaalhockeyen zijn dan ik. Zo eerlijk moet ik zijn.’

Eén van de specialiteiten van Niklas Wellen in de zaal: de strafcorner. Foto: Willem Vernes

‘Niklas is echt een winnaar’

Even daarvoor, wanneer de wedstrijd tegen Amsterdam een paar minuten ten einde is, houdt Van der Loo in de gang de kleedkamerdeur open. Hij wil aan de nabespreking beginnen, maar zijn beste speler heeft zich nog niet gemeld. Die staat nog na te praten met de scheidsrechter, over een groene kaart.

‘Er zit een groot verschil tussen hoe er in Nederland gefloten wordt en hoe er in Duitsland gefloten wordt’, zegt Van der Loo even later. ‘In Duitsland is meer toegestaan dan in Nederland. Je ziet dat Niklas daarin zoekende is. Dat hij uitleg vraagt aan de scheidsrechter, vind ik dan weer prachtig om te zien. Daar zit geen enkele kwade intentie bij. Hij doet het puur omdat hij de regels beter wil begrijpen.’

Van der Loo: ‘Dat vind ik misschien wel het mooist aan hem. Dat hij, behalve dat hij goed kan zaalhockeyen, anderen meeneemt in zijn energie. Hij is echt een teamspeler en probeert anderen zo goed mogelijk te coachen. Niklas is echt een winnaar.’


3 Reacties

  1. robvisser

    Ik ben eerlijk gezegd ook wel blij (en vind het logisch) dat de prioriteit van NL hockeyers bij het veldhockey ligt en niet bij zaalhockey. Het is ook druk genoeg met al die wedstrijden in de competitie en de Pro League. Maar het is wel fijn voor ze om met zaalhockey actief te blijven gedurende de winterstop.

  2. DirkWellen

    It's good that the Netherlands don't take Indoor really serious. Would be scary for the rest of the world if Dutch players improve their skills and quick decision making even more.

    1. Maikel Rabbers

      Hahaha, touché


Wat vind jij? Praat mee...