Teun Rohof kijkt met jaloerse blik naar teamgenoten

Verschrikkelijk vindt Teun Rohof het. Dit weekend kan hij door een blessure niet in actie komen voor Amsterdam tijdens de Europa Cup Zaal in Wenen. Rohof reisde wel mee met de ploeg en vervult in de Oostenrijkse hoofdstad de rol van assistent naast coach Joost Bitterling. ‘Ik ben jaloers op de jongens. Zij spelen in een mooie hal. Dat wil ik ook. Ik wil tussen de balken.’

Maar spelen zit er even niet in voor de routinier. Dertien hechtingen in de kuit en drie inwendige hechtingen in de lies maken meedoen aan de Europa Cup onmogelijk. Het zijn de gevolgen van een operatie die Rohof zo’n anderhalve week geleden onderging. Bij de ingreep werd een melanoom in de kuit en een stukje in de lies weggehaald. ‘Het moest. Het had eerder gekund, maar ik heb gewacht tot na het NK Zaal’, zegt Rohof.

Lastig programma op eerste dag

Op het NK verloor Amsterdam in de finale na shoot-outs van SCHC, maar omdat de ploeg vorig jaar wel de landstitel pakte, spelen de Amsterdammers in Wenen. En in Oostenrijk had de Amsterdamse formatie een lastige eerste dag van het toernooi voor de boeg met wedstrijden tegen Partille uit Zweden en UHC Hamburg, gezien als een favoriet voor de Europese titel.

Amsterdam opende het Europese avontuur met een 6-6 tegen de Zweden. Vanaf de bank zag Rohof dat zijn ploeggenoten zich knap terugknokten na een 1-3 achterstand bij rust. De Amsterdammers hadden zelfs kans op de overwinning, maar Boris Burkhardt zag na het eindsignaal zijn inzet vanaf de strafbalstip gestopt door de doelman.

Sleutelduel

‘Vooraf hadden we deze wedstrijd aangemerkt als sleutelwedstrijd’, blikt Rohof terug op het duel met Partille. ‘In de eerste helft kwamen we er niet heel goed doorheen en zij kregen drie corners. Alle drie gingen ze erin. In de rust hebben we elkaar goed in de ogen gekeken en gezegd dat we minimaal twee punten moesten halen. We hadden kansen op meer. Het is jammer van de laatste minuut, dat is balen. Maar uiteindelijk is 6-6 goed.’

Ook in het tweede duel keek Amsterdam tegen een achterstand aan. UHC Hamburg leidde na de eerste twintig minuten comfortabel met 5-1. Uiteindelijk werd het 6-4 en die kleine nederlaag leverde de Amsterdammers toch nog een punt op.

Halve kansen gaan erin

‘UHC was tegen ons de favoriet. Het was een poulewedstrijd, geen do-or-die. Misschien hadden we dan meer kans gehad, maar het is gewoon een goede ploeg. Ze kregen een paar halve kansen en die gingen erin.’

Amsterdam kreeg zelf ook mogelijkheden om de score een prettiger aanblik te geven, maar vond een aantal maal doelman Thomas Iain Alexander op zijn weg. ‘Hij had een aantal supergoede reddingen. Er werd nog een bal met de voet van de lijn gehaald. Wij zijn zeventien keer in de cirkel geweest en hebben vijf grote kansen gehad.’

Derde na twee wedstrijden

Met drie punten uit twee wedstrijden staat Amsterdam met nog een duel te gaan op een derde plaats. Zaterdag moet er worden gewonnen van Rottweiss Wettingen en moet de ploeg hopen dat UHC Hamburg, tien punten uit twee duels, zijn sportieve plicht doet tegen Partille, dat zeven uit twee heeft.

‘Partille speelt morgen vóór ons. Dus als wij moeten spelen, weten we de uitslag. We hebben het nog niet in eigen hand’, zegt Rohof. Hij concludeert na de eerste dag: ‘In de eerste wedstrijd hadden we een beter resultaat kunnen halen. In de tweede wedstrijd haalden we na rust het maximale eruit.’