Wijsman (Nederlands A): ‘Op kwaliteit én karakter winnen’

Ondanks een seizoen als tweede keeper bij Bloemendaal maakte Flip Wijsman van Nederlands Jongens A flinke stappen in zijn ontwikkeling. Net als eerste keeper Maurits Visser is Wijsman een jongen van de club. Tijdens de Volvo 6 Nations doet hij bij Nederlands A ervaringen op die hem in de toekomst een definitieve plek tussen de palen in de Hoofdklasse moeten opleveren.

Het afgelopen seizoen bij Bloemendaal Heren 1 maakte Wijsman vooral tijdens de Herfstcompetitie wedstrijdminuten. De rest van de tijd moest hij vooral ervaring opdoen tijdens de trainingen met spelers zoals Florian Fuchs, Manu Stockbroekx en Thierry Brinkman, naast de hele campagne met Nederlands Jongens A. ‘Ik heb inderdaad weinig minuten gemaakt in de Hoofdklasse’, stelt de keeper. ‘Daar gaat alles zo veel sneller en is het vechten voor de punten. Michel van den Heuvel vindt me daarvoor soms nog te onervaren, maar in de andere wedstrijden heeft hij me veel ingezet.’

In zijn eerste complete seizoen bij de senioren werd de goalie wel meteen landskampioen, na een spannende drieluik tegen Kampong. ‘Wat betreft beleving was het een heel mooi jaar’, blikt hij terug. ‘Ik heb mijn hele leven al bij Bloemendaal gehockeyd en dan ben je extra trots bij zo’n kampioenschap. We kregen constant te horen dat we geduld moesten hebben, dat die titel wel zou komen. Dan is het mooi om met het huidige team te winnen.’

‘Maurits verbetert mijn zwakke punten’

Voorlopig moet de talentvolle Wijsman international Maurits Visser voor zich dulden, die na een aantal seizoenen bij Den Bosch terugkeerde op ’t Kopje. De jongeling spreekt vol waardering over zijn concurrent: ‘Bloemendaal heeft een keeper zoals Maurits nodig’, begint hij zijn lofzang. ‘Ik ken hem uit de jeugd, dus dan voelt het soms meer dat we vrienden zijn dan concurrenten. Er is een goede dynamiek en het afgelopen seizoen heb ik veel van hem kunnen leren.’

Feestvreugde bij Bloemendaal na het binnenhalen van de landstitel. In het midden Maurits Visser, links Flip Wijsman. Bron: Koen Suyk

‘Tijdens dit toernooi kom ik misschien heel rustig over in het doel, maar Maurits straalt echt altijd rust uit op veld’, vervolgt Wijsman. ‘Hij is zo gestructureerd in hoe hij alles voor zich neerzet op het veld. Hij beheerst punten waar ik nog veel stappen kan maken. Spelen met hem verbetert mijn zwakke punten. Samen analyseren we ook veel ons eigen spel. Dan is het fijn om zo iemand tegenover je te hebben.’

‘Op kwaliteit én karakter wedstrijden winnen’

De Volvo 6 Nations op hockeyclub Oranje-Rood is voor de doelman een mooie mogelijkheid om nog wat extra wedstrijdminuten te pakken. Bij de derde wedstrijd tegen Engeland (3-2 winst) droeg Wijsman zelfs de aanvoerdersband. ‘Pasha (Gademan, red.) vond dat ik hem vandaag moest dragen, maar we hebben een groepje leiders’, legt hij uit. ‘Al is het niet altijd handig om constant een keeper als aanvoerder te hebben, maar Maarten (Bruisten, red.) en ik nemen de leidende rol op ons en zitten grotendeels op één lijn. Als team maken we in korte tijd veel stappen en kunnen we wedstrijden op kwaliteit en op karakter winnen hier.’

Na twee overwinningen (6-3 tegen België, 5-0 tegen Ierland) volgde een duel tegen Engeland dat op karakter gewonnen moest worden, met vooral een drukke eerste helft voor Wijsman. De doelman moest diverse malen handelend optreden, al had hij vlak voor rust geen antwoord op een inzet uit de draai van de Engelsen. ‘Het was zeker niet onze beste helft’, constateert de doelman na afloop. ‘We toonden weinig karakter en wil om te winnen. In het derde kwart zie je dan dat we met de juiste beleving drie doelpunten maken. Een donderspeech in de rust was dan ook nodig.’ Uiteindelijk won Oranje na een sterk derde kwart met 3-2.

Na het toernooi is het een aantal weken uitrusten en daarna weer aansluiten bij de landskampioen. Wijsman: ‘Ik hoop natuurlijk meer minuten te maken – dat blijft mijn ambitie – maar dat laat ik ook aan de club over. Ik sta er redelijk nuchter in momenteel, heb vertrouwen dat die kans gaat komen. En als ik tussen de palen moet staan in de Hoofdklasse, dan zal ik er staan.’