In de rubriek Youngstars geven we de talenten van Nederlands A en B een plek in de spotlights. Wie zijn ze en waar zien ze zichzelf over tien jaar? Deze week Isa Kroot (17), middenvelder bij Schaerweijde Meisjes A1 en speelster van Nederlands Meisjes A.
Wanneer trok je voor het eerst je Oranje tenue aan?
Kroot: ‘Dat was in Engeland tijdens de paasstage met Nederlands B. Mijn eerste officiële interland was tijdens het vierlandentoernooi in Mannheim, Duitsland. Het Wilhelmus werd toen ook gedraaid, dat was echt heel vet. Dat ik daar mag uitkomen voor mijn land. Ik was echt om me heen aan het kijken van wat gebeurt hier. Ook omdat je al die aandacht natuurlijk helemaal niet gewend bent.’
Wat is het verschil tussen clubhockey en Nederlands A?
‘Bij Nederlands A ligt het niveau veel hoger. Vooral het tempo. Het draait daar veel om de passing. Welk doel er achter elke pass zit. Bij de club gaat het meer om de individuele acties. Ik denk dat ik ook wel een ander soort speler ben op de club. Bij Schaerweijde kan ik zelf meer individuele acties maken. Bij Nederlands denk ik meer na wat ik doe en wat ik na een actie ga doen.’
Hoe ziet jouw loopbaan eruit?
‘Ik ben geboren in Rotterdam maar eigenlijk meteen naar Driebergen verhuisd. Tot de C-jeugd heb ik bij Shinty gehockeyd. Daarna ben ik naar Schaerweijde gegaan. Hier hockey ik nog steeds. Toen ik twaalf was ben ik bij het districtsteam aangesloten. Hier heb ik eigenlijk alleen maar trainingen meegedaan. Toen ik vijftien was sloot ik aan bij Nederlands B. Daar heb ik een jaar bij gezeten en nu zit ik twee jaar in Nederlands A.’
Wie is jouw grootste voorbeeld?
‘Ik heb niet specifiek één voorbeeld. Dat heb ik eigenlijk nooit echt gehad. Ik heb meerdere internationals als voorbeeld. Iedereen heeft een andere specialiteit. Bijvoorbeeld het scorend vermogen van Mirco Pruyser. De mentaliteit van Eva de Goede. Daar kan ik van leren. Ik kijk dus eerder naar de specialiteiten in plaats van naar de internationals zelf.’
‘Wat me altijd wel is bijgebleven, is het WK in 2014. Toen scoorde Xan de Waard een belangrijke goal op jonge leeftijd. Dat had wel impact op mij. Toen ik dat zag, wilde ik dat ook. Op jonge leeftijd een belangrijke goal scoren voor het team.’
Moet je veel laten voor het hockey?
‘Mijn school is in de buurt van Kampong. Daar hebben altijd trainingen met het Nederlands team. Dat is handig. Ik neem altijd mijn hockeyspullen mee naar school. Dan heb ik tot twaalf uur school en ga ik meteen door naar het hockeyveld. School is natuurlijk heel belangrijk en als ik het allemaal goed plan en me voornamelijk aan de planning houd komt het meestal wel goed.’
Welke technieken zou je beter willen beheersen?
‘De doelgerichtheid in de cirkel van Mirco Pruyser zou ik heel graag beter willen beheersen. Met elke bal die hij krijgt doet hij iets interessants. Hoe weinig ruimte hij ook heeft en waar hij ook is. Hij doet er eigenlijk altijd wel iets goeds mee. Dat zou ik wel erg graag willen beheersen. Een echte Isa-actie is om opbouwende acties te maken in kleine ruimtes. Pruyser is daarom een goed voorbeeld om die technieken te verbeteren.’
Heb je rituelen voor de wedstrijd of training?
‘Ik heb niet echt rituelen voor een wedstrijd als het ligt aan de volgorde van sokken, scheenbeschermers en/ of schoenen. Ik vind het wel heel fijn om muziek te luisteren. Het liefst luister ik housemuziek. Meestal eet ik wel een banaan voor de wedstrijd. Op vrijdagavond eet ik vaak pasta. Op zaterdagochtend eet ik graag wat havermout. Beide gerechten vullen goed en zijn ook nog is lekker.’
Wat was je mooiste goal ooit?
‘Mijn eerste goal bij Nederlands was denk ik mijn mooiste. Het was een backhand. Eigenlijk helemaal niet bijzonder. Maar omdat het mijn eerste voor Nederlands was, blijft die goal mij altijd bij. Het is toch een heel speciaal gevoel dat je überhaupt voor Nederland mag uitkomen, en dat je dan ook meteen in je eerste wedstrijd scoort is heel vet. Ik scoor het liefst met de backhand. Dat voelt het meest vertrouwd en handig, hij zit ook vaak.’
Van wie heb jij het meest geleerd?
‘Dat is Susan Veen. Ik heb haar niet als coach gehad, maar zij traint me wel af en toe. Zij is op hockey technisch maar ook op mentaal gebied heel fijn. Ik leer eigenlijk elke training die ik krijg van haar. In het begin stond ik spits en kreeg ik veel tips van haar. Bijvoorbeeld hoe ik mezelf het beste vrij kon maken in de cirkel. Hoe je vrij moest lopen. Op het middenveld leer ik nu hoe ik mijn acties kan inzetten. Ook vertelt ze me wat ik in een wedstrijd beter had kunnen doen.’
Toen ik de selectie van het districtsteam niet haalde, heeft zij me heel erg gemotiveerd. Ze heeft me geholpen dingen te verbeteren. Ik kan wel stellen dat ik door haar weer terug ben gekomen in het Nederlands team.’
Waar zie jij jezelf over 10 jaar?
‘Ik hoop te doen wat ik leuk vind. Te blijven hockeyen op hoog niveau. Mijn droom is toch wel om op de Olympische Spelen te staan met het Nederlands Elftal. Dat hoop ik te bereiken door altijd een doel in mijn hoofd te houden. Wat kan ik verbeteren? Of hoe kan ik dit en dat aanpakken? Ze moeten wel haalbaar blijven. Het belangrijkste is om nog heel veel te trainen.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.