Het deed pijn, maar het was het juiste besluit. WFHC Enkhuizen, de kleinste hockeyclub van Nederland, is na elf jaar opgeheven. ‘Het is spijtig, maar een andere oplossing was er niet’, zegt voorzitter Arjen Mol.
Een samenloop van omstandigheden leidde tot de beslissing om de club op te heffen. Vorig seizoen had de club twee teams in competitie: Meisjes C1 en Jongens D mix. Het meidenteam viel vervolgens uit elkaar waardoor voor het huidige seizoen alleen het mixed team overbleef.
Groot verschil in leeftijd en niveau
‘De overgebleven groep lag niet alleen qua leeftijd, maar ook qua niveau ver uit elkaar. Het waren kinderen in de leeftijd van acht tot veertien jaar. Dan heb je bijvoorbeeld een mini met een half jaar hockeyervaring die je dan mee moet laten doen bij de C-junioren. Is het dan verantwoord om door te gaan? We twijfelden. We hebben wel de voorinschrijving gedaan, maar uiteindelijk besloten we geen competitie te spelen.’
Een andere factor die meespeelde in het stopzetten van de club was het wegvallen van de trainer van het team. ‘Dan heb je alternatieven nodig. Zelf stond ik twee per week op het veld, maar die garantie kon ik niet meer geven. Ik ben zelf een oud-hockeyer, maar als je zelf niet hebt gehockeyd is training geven lastig. De hockeykennis ontbreekt waardoor je de kinderen geen basis kan bijbrengen.’
Ook de middelen ontbraken
‘We hadden niet de handen, maar ook niet de middelen om de kinderen te begeleiden’, vervolgt Mol zijn verhaal. ‘De basis was te mager. De instroom was groot, maar de uitstroom nog groter en dan gaat het hard. Met zeven kinderen haal je niet genoeg contributie binnen om bijvoorbeeld materialen aan te schaffen. Er is dan ook geen uitzicht op een betaalde trainer. Het is een jammerlijk besluit, maar het enige realistische om te doen. We gingen het niet redden.’
Drie jaar geleden hing het voortbestaan van Enkhuizen ook aan een zijden draad. ‘Er werd overwogen om halverwege het seizoen de stekker eruit te trekken en toen ben ik erin gestapt.’ Mol nam de rol van voorzitter op zich, maar was de afgelopen jaren daarnaast ook scheidsrechter, trainer en coach. ‘Dat heb ik uit liefde en passie voor het spel gedaan.’
‘De kleinste club van Nederland’
Enkhuizen, dat in 2010 werd opgericht, is nooit een grote club geweest. Op het hoogtepunt telde de vereniging krap zestig leden. Enkhuizen leed in de eerste jaren een zwervend bestaan en kreeg pas 4,5 jaar na de oprichting een vaste plek op het sportpark aan de Immerhornweg. Daar deelde Enkhuizen de faciliteiten met de voetbalclub en het veld met de korfbalvereniging.
De kleinste club van Nederland werd een soort geuzennaam voor Enkhuizen, dat er niet in slaagde te groeien hoewel de club er alles aan deed om het ledenaantal te vergroten. Mol somt op: ‘Open dagen, proeftrainingen, langs scholen gaan. Maar, voetbal is bekend en bemind. Daar win je het niet van.’
Geen match
De hockeysport en Enkhuizen bleken uiteindelijk geen match. ‘De sport heeft nooit geleefd. Er is geen hockeycultuur. Daar ligt natuurlijk wel de basis. Kinderen sporten omdat hun ouders ook die sport beoefenen. In deze regio zijn te weinig hockeyers. In dit deel van West-Friesland is er meer animo voor andere sporten zoals voetbal, volleybal, handbal en wielrennen. We hebben het met veel enthousiasme geprobeerd. Het is niet gelukt.’
Nadat de ALV had ingestemd met de opheffing wendde Mol zich tot de KNHB over de te volgen procedure. ‘Dat moesten zij ook opzoeken, want de persoon met wie ik sprak had dit de laatste twintig jaar ook niet meegemaakt.’
Definitief einde
Een aantal kleine dingetjes moet nog worden geregeld en dan behoort WFHC Enkhuizen definitief tot het verleden. ‘Het bord op het sportpark is al weg, maar de website is nog in de lucht.’
Wat blijft zijn de herinneringen aan die kleine club aan de boorden van het IJsselmeer. Mol: ‘Het was heel gezellig langs de lijn. Enkhuizen is niet zo groot, dus iedereen kende elkaar. Het was altijd sappelen, maar dat had zo zijn charme. Het kneuterige maakte het zo leuk.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.