De ene na de andere voormalige ster moest de afgelopen weken invallen bij Bloemendaal, dat met horten en stoten toewerkt naar de herstart van de Tulp Hoofdklasse Heren komend weekend. De landskampioen is nog allerminst op z’n best. En daar maakt niemand zich druk om.
Tien minuten voor het einde van de oefenwedstrijd tussen Bloemendaal en Klein Zwitserland (2-4) kijken de toeschouwers op ’t Kopje deze zondagmiddag elkaar verwonderd aan. Assistent-coach Santi Freixa, voor altijd boegbeeld van Amsterdam, is vlak daarvoor opgestaan van de bank. Trekt, bloedserieus en zonder oogcontact te maken, een paar opwarmsprintjes. De scheenbeschermers alvast in de hand.
‘Hij gaat toch niet meedoen, hoop ik?’, zegt een oudere Bloemendaal-fan met een lach. ‘Maar hij is… een Amsterdammer! Nou, dan zal de nood wel heel hoog zijn.’
De voormalige topspits, eerder deze maand 39 jaar geworden, is er snel klaar voor. Jasje uit, shirt aan. Hij draagt de outfit van Stijn Hemmes, een van de vier corona-afwezigen op deze stralende zondagmiddag. Nummer 21 geeft zijn hesje aan Yannick van der Drift en draaft het veld in. Voor een invalbeurt van een minuut of twee.
Freixa en de andere oproepkrachten
‘Ik heb geen bal gehad’, lacht Freixa na afloop. Voor de Catalaan was het alweer zijn derde optreden in de onstuimige oefencampagne van Bloemendaal. Ook tegen HGC ‘daar raakte ik eveneens geen bal’ en HBS – waar Freixa scoorde – moest de Spaanse oud-international opdraven. ‘Op het einde kon Florian Fuchs niet meer spelen, daarom kwam ik erin. Zo hadden we het vooraf ook besproken. Ach, ik ben fit genoeg om een paar sprintjes te trekken.’ Een beetje triomfantelijk: ‘Ik speel, als het te combineren is, op zondag ook mee met veteranen A.’
Natuurlijk zijn de invalbeurten van Freixa uit nood geboren. Dat geldt ook voor de andere oproepkrachten die de afgelopen weken werden ingevlogen. Oude toppers als Wouter en Stijn Jolie, Ronald Brouwer en de keepende tophockeycommissaris Michiel Hilders, die zo’n tien jaar geleden stopte met hockey op een serieus niveau.
Coach Rick Mathijssen kan er gelukkig de humor wel van inzien. ‘We zijn deze noodoplossingen wel gewend. Het gaat bijna elk jaar zo. We hebben acht internationals, die mis je standaard tijdens het grootste deel van de voorbereiding. Die waren allemaal weg met Nederland en België.’ Serieuzer: ‘En dan heb je nog het coronavirus. Daardoor misten we er elke wedstrijd ook een paar. Het is niet anders.’
Ik heb minstens dertig man gebeld om in te vallen. Iedereen in deze omgeving was skiën, een weekendje weg of iets anders aan te doen. Rick Mathijssen over de invalarmoede bij Bloemendaal
Zo ploeterde Bloemendaal, dat zondag onder meer Glenn Schuurman en Thierry Brinkman in quarantaine had zitten, door de aanloop naar de tweede seizoenshelft, die voor de oranjehemden begint met een thuisduel tegen Pinoké. ‘Je kunt het toch ook niet maken om af te zeggen?’, stelt Mathijssen zichzelf een retorische vraag. ‘De acht jongens die er wel zijn, moeten ook oefenwedstrijden spelen, om in het ritme te komen. Vorige week was het even spannend. Ik heb minstens dertig man gebeld om in te vallen. Iedereen in deze omgeving was skiën, een weekendje weg of iets anders aan te doen. Jongens A, jongens B, heren 2 en 3, we hebben zelfs bij de veteranen gekeken. En toen wist ik het.’
Mathijssen laat in het clubhuis een stilte vallen om het eureka-momentje goed tot z’n recht te laten komen.
‘Ronald Brouwer kon’, klinkt het na een paar seconden over de gestopte oud-international, die de afgelopen seizoenen bij Schaerweijde in de Promotieklasse afbouwde. ‘We hebben nog even een verzekering voor ‘m geregeld, waardoor hij tegen HGC mee kon hockeyen. Ach, je weet vooraf dat het zo kan lopen. Dan kan je alleen maar het beste ervan maken.’
‘Het kan niet anders’
Alles goed en wel, maar de landskampioen die dertig man moet bellen om vlak voor de competitieherstart mee te doen in een oefenwedstrijd, staat natuurlijk wel mijlenver vandaan bij het bedrijven van topsport. ‘Met een halve groep kan het niet anders, dan dat je invallers nodig heb. De jongens die er wel waren, hebben juist veel meters kunnen maken. Op andere plekken gespeeld, andere taken en veel aandacht gekregen. Maar natuurlijk was ik ook blij dat dinsdag de internationals weer aansloten.’
Pas anderhalve week voor de competitie was Bloemendaal, waar de geopereerde Roel Bovendeert weer meedoet, eindelijk compleet. ‘Sommige jongens hebben elkaar maanden niet gezien. Dan moet je even uitzoeken hoe het nog maar weer ging met elkaar. Het is nog wat wennen, maar het wordt steeds beter. Misschien hebben andere teams in het begin een voordeel, omdat zij langer samen zijn. Dat kan’, beseft Mathijssen.
‘Aan de andere kant: bij ons komen ze met nieuwe ervaringen en rollen binnen. Thierry [Brinkman] die aanvoerder is geweest bij Oranje, Tim [Swaen] en Jappie [Brinkman] die daar hun debuut hebben gemaakt. Ook dat is heel mooi. Ze hadden hier ook in de regen en de wind tussen de rest kunnen staan. Nu hebben ze iets bijzonders beleefd.’
Pieken vanaf april
Bovendien hoeft Bloemendaal nu nog niet ‘top’ te zijn. Een luxe die de koploper zich kan veroorloven, omdat de ploeg zes punten voorstaat op nummer 2 Kampong. De rest van Hoofdklasse volgt op grotere afstand. ‘In april, op de EHL. Dan moeten we er staan’, stelt Mathijssen. ‘Daarna natuurlijk in de play-offs. Tot die tijd moeten we het simpelweg zo goed mogelijk doen. Maar we mogen het, wanneer we dramatisch spelen en winnen, niet meer oké vinden. Zoals tegen Hurley in de eerste seizoenshelft. Nu is het niet meer ‘een vinkje en door naar de volgende’, we willen wél bouwen. Steeds beter worden. Om straks écht goed te zijn.’
Nog even terug naar Freixa. Die zit inmiddels aan de broodjes in het clubhuis, waar hij vlak na de wedstrijd al binnenstapte. Veel eerder dan de rest van de spelers. ‘Douchen? Voor die paar minuten? Dat vond ik niet nodig.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.