We maakten eind november kennis met Floris van Wijngaarden. Hij liet het logo van Leerdam op z’n lijf tatoeëren. Maar hij blijkt niet de enige te zijn die zijn clubliefde op die manier uit. Ook Jeffrey Paus, speler van Hermes, draagt zijn cluppie altijd bij zich. Op zijn linkerkuit. ‘Ik heb er een kratje bier voor gekregen.’
Paus is 22 jaar en hij werkt fulltime bij Defensie. In zijn jeugd woonde hij een aantal jaar op Curaçao, waar hij zijn liefde voor ijshockey ontdekte. Eenmaal in Nederland bleek de ijshockeybaan te ver van zijn nieuwe huis in Den Helder af te liggen. Zijn vader kwam met het idee om veldhockey te gaan proberen, want dat was dichterbij. Hij deed één training mee bij de plaatselijke hockeyvereniging en is niet meer gestopt. Inmiddels hockeyt Jeffrey in het enige herenteam van de club uit de kop van Noord-Holland en sinds eind vorig jaar staat het logo van Hermes vereeuwigd op zijn onderbeen.
Net als bij Van Wijngaarden, kreeg ook Paus zijn tattoo vorm aan de bar. ‘Op een vrijdag na de training dronk ik wat met het team. Toen ik vervolgens met de voorzitter zat, stelde ik hem de vraag. Of ik de kosten gesponsord krijg, als ik het Hermes-logo zou laten tatoeëren.’ De verdediger uit de Reserve Zesde Klasse had zijn armen al vol tattoos, en zag dit exemplaar erbij wel zitten.
‘Het idee liet me niet los. Dus besloot ik in oktober een afspraak te plannen’, gaat hij verder. Met een lach: ‘Ondanks dat de voorzitter ‘m niet wilde betalen.’ Maar dat probleem werd snel genoeg opgelost. Zijn teamgenoten wilden wel bijdragen aan het embleem. ‘Ze geloofden niet dat ik het echt zou doen. Ik heb een open betaalverzoek naar ze gestuurd. Ze mochten kiezen wat ze me wilden betalen. Ik heb een redelijk groot bedrag bij elkaar verzameld.’
‘En’, voegt hij toe. ‘Ze hebben me ook een kratje bier gegeven. Die staat nog onaangebroken in de schuur. Binnenkort gaat-ie vast leeg.’
Opmerkingen op Bloemendaal
Sinds kort prijkt het clublogo dus op zijn linkerkuit. Het silhouet van Hermes, een Griekse God. ‘Al mijn teamgenoten vonden het tof. Maar sommigen vinden ‘m ook lelijk. Dat mag ook. Ik ben er zelf heel blij mee.’ Maar nog niet iedereen heeft zijn nieuwe parel kunnen aanschouwen. ‘Mijn ouders weten ervan. Maar de rest van de familie heeft geen idee. Ik kan de tattoo met dit weer goed bedekken, maar dat is in de zomer wel anders.’
Paus merkt dat hij op het hockeyveld nog wel eens vreemd aangekeken wordt. Met zijn armen bedekt onder de inkt, is hij regelmatig een vreemde eend in de bijt. ‘Ik krijg er soms zelfs opmerkingen over. Dat is me bij Amsterdam of Bloemendaal wel eens overkomen. Ze kijken anders naar me.’ Maar daar wordt hij niet warm of koud van: ‘Elke tattoo heeft een betekenis. En ik ben er trots op. Mijn mening verandert niet door wat anderen vinden.’
Hoewel Paus pas een paar maanden in het bezit is van zijn nieuwe plakplaatje, weet hij nu al zeker. Spijt krijgt hij niet. ‘Mijn liefde voor de club is groot. Ik speel hier al zestien jaar en zal nooit van club veranderen. Ik ben ooit begonnen en ben nooit meer gestopt. Het is een kleine club en mijn team zit vol met vrienden. Het logo staat voor mij voor door het vuur gaan voor je teamgenoten en dat komt wel goed. Ik draag deze club altijd bij me. En daar ben ik trots op.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.