Bij Hoeksche Waard kun je het hele jaar door zaalhockeyen 

Het hele jaar door zaalhockeyen? Dat doen ze bij Hoeksche Waard. De club begon er drie jaar geleden mee en inmiddels blijkt het een groot succes. ‘Spelers die eigenlijk wilden stoppen, hebben zo hun hockeycarrière verlengd.’

Het idee is ontstaan door Bob Roos, secretaris en vice-voorzitter van Hoeksche Waard, maar bovenal een groot zaalhockeyliefhebber. Een paar jaar geleden vroeg hij zich af waarom teams niet het hele jaar door in de zaal trainen, net als bij zaalvoetbal. Het idee was geboren en hij kreeg meteen een klein groepje enthousiast.

Het groepje speelsters – veterinnen – is inmiddels uitgegroeid tot een harde kern van twintig dames, aangevuld met leeftijdsgenoten uit de regio. ‘Ik wilde me inzetten voor het zaalhockey. Zorgen dat de winterperiode wat serieuzer werd aangepakt op onze club’, zo legt Roos uit. Maar toen hij zich hard had gemaakt voor een uitbreiding van het aantal jeugdtrainingen – van 3 naar 9 per seizoen per team – wilde hij meer. Nu staat hij het hele seizoen om de week op vrijdagavond in de sporthal tussen de balken.

De manier om je hockeycarrière te verlengen

‘Ik heb het gevoel dat we echt iets te pakken hebben’, legt Roos uit, die aan de hand van zijn hockeyende vrouw geprobeerd heeft om hun behoeftes in te vullen. De groep bestaat uit dames die hun leven lang al hockeyen, maar het veld inmiddels te belastend vinden. ‘Het merendeel wilden eigenlijk stoppen. En dan maar wekelijks naar de sportschool gaan om fit te blijven. Ze vertellen me nu dat hier hun hockeytoekomst ligt. In de zaal. Het is de manier om je hockeycarrière te verlengen. Door een andere inspanning is het minder belastend en je bent flexibel. Bovendien hoef je niet altijd met een groep van veertien man te zijn, acht personen is ook goed.’

Foto: Willem Vernes

De trainingen voor het komende jaar op de vrijdagen zijn alweer geboekt. De club is bezig om te kijken of er een speciaal lidmaatschap om hun nieuwe idee kan worden gebouwd, zodat er ook voldoende mogelijkheden zijn voor aanwas vanuit de regio. Daarnaast willen ook de eigen trimmers aansluiten. ‘Ik wil kijken of we wat oefentoernooitjes kunnen organiseren. Ik weet dat ze dit ook bij Leonidas proberen en ook bij Barendrecht zijn ze enthousiast. Ik hoop dat meer clubs uit de regio net zo enthousiast zijn als ik. Daar wil ik me echt voor in gaan zetten.’

Ledengroei van dertig procent

Maar hoe zit het dan met de zaalhuur? Het grote probleem in de wintermaanden voor veel clubs. Er is – als je geen beschikking hebt over een eigen hal – vrijwel altijd te weinig ruimte in de sportzalen. ‘We huren de zaal maar drie uur per maand. Dat valt dus reuze mee. Bovendien zijn andere sporters ook al naar buiten. Er is dus meer ruimte. Omdat we er het hele jaar zijn, bouwen we ook een band op met de mensen daar.’

Wie Roos spreekt, hoort aan alles dat hij een enorme liefhebber is. Dat hij uren op het veld of tussen de balken staat. Stikt van de nieuwe ideeën en groot droomt. ‘Wie weet kunnen we dit ook ooit aanbieden aan onze jeugd. Extra zaaltrainingen gedurende het jaar. Dat helpt enorm voor de ontwikkeling van hun technische vaardigheden.’ 

Waar de blaashallen al naar beneden zijn gehaald, duikt Roos komende week gewoon de zaal weer in. ‘Misschien zijn de aantallen klein, maar onze groep is in een half jaar tijd van 15 naar 20 man gegroeid. Dat is een ledengroei van 33 procent. En ik weet zeker dat als we dit nog verder uitbouwen, de groei alleen maar groter wordt.’