Onze zoektocht naar een zilveren olympische medaille uit 1928

In aanloop naar de Olympische Spelen in Rio de Janeiro blikken we terug op historische olympische hockeymomenten. In aflevering 6: onze zoektocht naar de zilveren medaille van de Oranje Heren uit 1928, toen de Nederlandse hockeymannen voor de allereerste keer deelnamen aan de Olympische Spelen. Waar zouden die historische medailles gebleven zijn? Kunnen we er één vinden?

Het begint allemaal tijdens een brainstormsessie op de redactie. We vragen ons af wanneer Nederland voor het eerst meedeed aan een hockeytoernooi op de Olympische Spelen. Dat was in 1928, toevallig in eigen land, in het Olympisch Stadion in Amsterdam. Het werd een succes: Oranje won zilver.

Omdat alle spelers uit die tijd inmiddels zijn overleden, is het natuurlijk de vraag waar hun medailles gebleven zijn. Zo’n medaille gooi je toch niet zomaar weg? Er moet toch iemand te vinden zijn die dit collectersitem heeft bewaard? Maar waar begin je zo’n zoektocht?

‘Een lastige vraag’

Op internet krijgen we al snel een namenlijst onder ogen met alle spelers uit het legendarische team van 1928. Bij sommigen van hen staat ook hun club van toen vermeld. We komen in totaal tot 3 clubs, die we alle 3 maar eens een mailtje sturen of ze ons kunnen helpen: hdm, Amsterdam en Breda.

We proberen het eerst via hdm, waar medaillewinnaar Paul van de Rovaart rond 1928 gespeeld zou moeten hebben. ‘Wat een leuk idee. Maar wel een lastige vraag. Ver voor mijn (bestuurs)tijd’, antwoordt de voorzitter. Hij verwijst ons door naar een erelid dat over het archief gaat. Die stuurt ons terug: ‘Helaas kan ik niet helpen met jullie zoektocht. Ik heb contact gehad met de zoon van Paul van de Roovaart. Hij vertelde me dat hij niets meer heeft uit het hockeyverleden van zijn vader.’

De archivaris van Amsterdam

Jammer. Vervolgens proberen we het via Amsterdam. Ook hier belandt onze mail bij de archivaris, die ons weet te vertellen dat Amsterdam niet 1, zoals wij dachten, maar 4 spelers van het zilveren Oranje uit 1928 onder zijn hoede had. Goed nieuws, want dat verviervoudigt onze kansen. De 4 mannen zijn:

• Bob van der Veen, 6 interlands, overleden op 18 maart 1996
• Emile Duson, 13 interlands, overleden op 15 maart 1942
• Gerrit Jannink, 22 interlands, overleden op 07 maart 1975
• Rein de Waal, 60 interlands, overleden op 31 mei 1985

‘Geen levende familieleden achterhaald’

Aan diezelfde e-mail voegt de archivaris toe: ‘Waar de medailles gebleven zijn, is mij niet bekend. Aanstaande zondag komt de Vereniging Vrienden van AH&BC bijeen tijdens hun Algemene Ledenvergadering. Hier zitten leden in van hoge leeftijd. Tijdens de vergadering zal ik aandacht vragen voor jullie onderzoek en hoop dat er leden zijn die kunnen helpen.’

2 weken lang wachten we op de uitkomst. 2 weken hopen we op een positief antwoord, maar het antwoord luidt: ‘Ondanks mijn inspanningen om nog levende familieleden te achterhalen van de Amsterdamspelers die een zilveren medaille hadden gewonnen bij de O.S. in 1928, is mij dat niet gelukt.’

Laatste hoop

Het begint er somber uit te zien. Het vinden van de juiste nabestaanden, toch de eersten van wie je zou verwachten dat zij de medaille in bezit zouden kunnen hebben, blijkt nog niet zo gemakkelijk. Onze laatste hoop is gevestigd op BH&BC Breda, waar niemand minder dan Ab Tresling gespeeld heeft, één van de spelers uit 1928.

Na enige tijd stuurt de secretaris ons het volgende, hoopgevende bericht: ‘Ik heb zojuist gesproken met Arie de Keyzer (Olympische Spelen 1964 en 1968), ook een oud-lid van ons, die mij wist te vertellen dat Ab Tresling al geruime tijd geleden is overleden. Hij had wel een zoon, dat is Kees Tresling. Hij kan je ongetwijfeld veel meer vertellen.’

Zou Kees Tresling de medaille van zijn vader nog hebben? Het antwoord volgt volgende week.

Lees ook

• Het goud van 1980 dat pas gewonnen werd in 1984