De laatste dagen van 2023 zijn aangebroken. Het is al weken winterstop in de Tulp Hoofdklasse Heren. Inmiddels hebben we er twaalf wedstrijden opzitten. Een mooi moment voor een tussenrapportage. Wat zijn de meevallers, tegenvallers en vraagtekens?
De plussen
Natuurlijk beginnen we ons ritje langs de hoofdklassers bij Oranje-Rood. De verrassende koploper van de Tulp Hoofdklasse na de eerste seizoenshelft. Want nee, ook wij zagen niet aankomen dat de Eindhovense express zo subliem zou draaien. We zullen het meteen toegeven: aan het begin van het seizoen hadden we OR als vijfde neergezet. Op zo’n net-niet-plek hadden ze de afgelopen seizoenen een abonnement.
Dit hockeyjaar lijkt een einde te komen aan de play-offdroogte die al vijf jaar duurt. Aan de hand van goalgetter Sam Lane, die al vijftien keer scoorde – en daardoor met Jip Janssen de topscorerslijst aanvoert – staat er bijna geen maat op OR. Met een veel leukere, positieve speelstijl schieten de Brabanders er gemiddeld vier per wedstrijd binnen. En stiekem hebben ze al een marge van zes punten op de nummer vijf. Daardoor zijn ze aan zichzelf verplicht geworden om dit jaar de play-offs wel te halen.
Kanttekening: we zijn we heel benieuwd welke invloed het aanstaande afscheid van coach Jeroen Baart heeft. Het contract van de Belg wordt niet verlengd, zijn opvolger – Omar Schlingemann – is al bekend. Baart gaf aan dat hij ’teleurgesteld is om niet mee te oogsten’ in de komende jaren. Legt dit een bommetje onder het ijzersterke fundament in Eindhoven? Of zorgen ze daar met elkaar voor een spetterend afscheidsfeestje van de coach?
Pinoké is natuurlijk de mega-surprise van vorig seizoen. Maar van helemaal doorbouwen op het kampioensfundament was geen sprake. Voordat er een bal rolde, waren de Steekneuzen al twee sterren kwijt: Miles Bukkens en Alexander Hendrickx. Maar die fikse aderlatingen zorgden niet voor mindere prestaties. Pas in de laatste speelrondes, toen Hendrickx alweer terug was, begon Pinoké te morsen. In die wedstrijden misten ze Florent Van Aubel, zo’n andere Belgische ster.
Er stond ook een nieuwe smaakmaker op in het Amsterdamse Bos. Joep Troost vestigde zijn naam met zijn neusje voor de goal en zijn levensgevaarlijke corner. De spits – een jaar geleden nog actief bij Almere in de Promotieklasse – deed dat zo goed dat hij onlangs in de Pro League debuteerde in Oranje.
We willen ook wel een plusje uitdelen aan Schaerweijde. Die hadden we met stip onderaan gezet voorafgaand aan het seizoen. Alle ingrediënten waren aanwezig voor een rampzalig jaar in Zeist. Driekwart van de selectie was vertrokken en van de aanwinsten sloeg niemand steil achterover. Dat de eerste zes wedstrijden werden verloren, was dan ook voor niemand verrassend. Wat er in de volgende zes duels gebeurde wel. Schaerweijde begon opeens te winnen. Tegen Laren, KZ en zelfs van titelkandidaat Rotterdam. De tiende plaats die de ploeg van Albert-Kees Manenschijn nu bezet is er bovendien eentje met perspectief. Het gat naar nummer negen HGC bedraagt immers maar twee punten.
De minnen
Een min met een uitroepteken komt achter de naam van Amsterdam. We hebben er al veel en vaak over geschreven. En dat is ook uit verbazing. Want ja, natuurlijk hadden ze ingeleverd. Zag het er al naar uit dat het vertrek van bijvoorbeeld Matt Dawson en Fergus Kavanagh achterin niet goed werd opgevangen. Maar ook wij hadden niet verwacht dat Amsterdam het dit seizoen zó zwaar zou krijgen. De degradatienood is acuut geworden voor de nummer elf van de competitie. De marge met hekkensluiter Laren is maar één punt. Amsterdam degradeerde nog nooit uit de Hoofdklasse. Maar dat historische dieptepunt is nog nooit zo dichtbij gekomen als dit jaar.
Het andere minnetje gaat naar HGC, ook zo’n ploeterende grootheid uit het verleden. De ploeg van Bram Lomans komt maar niet op gang en moet daardoor angstig naar onderen kijken. De huidige nummer negen van de competitie heeft maar een gaatje van twee punten met de play-outplekken. Dieptepunt was natuurlijk de bizarre 9-0 nederlaag die HGC in oktober incasseerde tegen Oranje-Rood. In een poging het kwakkelende jaar goed af te sluiten, vergaloppeerden De Gazellen zich tegen Laren. Met drie gele (kerst)kaarten gingen ze de winter in. Het typeert de onmacht van het huidige HGC.
De vraagtekens
Ze begonnen aardig, maar langzaamaan kwam dit jaar de klad er een beetje in bij Rotterdam. Juist een ploeg die afgelopen zomer vrij weinig aan kwaliteit had ingeboet. Net als vorig seizoen zouden ze absoluut top-vier-waardig moeten zijn. Maar in de praktijk viel dat eigenlijk wat tegen. Alleen in september (tegen een Bloemendaal in opbouw) werd er een topper gewonnen. De groen-witte brigade bleek kwetsbaar, met name zonder boegbeeld Thijs van Dam. Hij is – naar verwachting – weer fit in de tweede seizoenshelft, waarin Rotterdam vanuit de vijfde plek een aanval moet doen op play-offplekken.
Ook Laren krijgt een vraagtekentje achter de naam. Stiekem zijn we wel gecharmeerd van de Gooise ploeg. Met de bevlogen Lucas Rey die in drie talen coacht, een karrenvracht aan eigen jeugd en hun trio Argentijnen in het veld. Maar ja, ze gaan wel de winter in als nummer laatst. Het kalf is nog helemaal niet verdronken, maar de tijd van onbezorgdheid is nu wel echt voorbij. Ze moeten gaan knokken, zoals hun coach dat vroeger bij de Argentijnse nationale ploeg deed op weg naar olympisch goud. Te beginnen bij de herstart op 9 maart, tegen Amsterdam. Eentje waar de mannen van Laren echt mogen aantonen dat ze geen groentjes meer zijn.
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.