Nieki Verbeek: ‘Pirmin is altijd sportief naar mij gebleven’

Talent Nieki Verbeek (19) van Oranje-Rood moest zeven maanden geleden op het jeugd-WK in Maleisië nog genoegen nemen met een rol als tweede keeper. Op het EK-21 in Terrassa is hij wél de eerste keus. ‘De wedstrijden die ik voor Oranje-Rood heb gekeept, hebben mij sterker gemaakt.’

Negentien jaar oud zijn en dan al een kans krijgen onder de lat bij een club in de Tulp Hoofdklasse Heren. Het is niet veel keepers gegeven. Talent Daan Taphoorn, in Terrassa de reservedoelman van Jong Oranje, was het afgelopen seizoen tweede keeper van HGC, achter de ervaren Sam van der Ven. Allard André de la Porte, die bij de laatste schifting voor het jeugd-EK afviel, heeft bij Bloemendaal international Maurits Visser voor zich.

Verbeek keepte het afgelopen seizoen in het doel van Oranje-Rood al vier wedstrijden als vervanger van Pirmin Blaak. Het seizoen daarvoor zelfs vijf. Zijn club ziet in hem een groot talent. Zo groot dat ze hem op termijn beschouwden als opvolger van Blaak. De club wilde hem klaarstomen voor de toekomst en bood de ervaren Blaak voor volgend seizoen minder speelminuten aan. Beide keepers zouden ongeveer evenveel speeltijd krijgen. Maar daar nam Blaak geen genoegen mee. De Wereldkeeper van 2023 trok zijn conclusies en tekende een contract in België, bij Braxgata.

Het moet voor de jonge Verbeek een dubbel gevoel zijn. Aan de ene kant geeft de club hem het volste vertrouwen. Aan de andere kant leidde het besluit van Oranje-Rood tot veel ophef. In interviews uitte Blaak zijn frustraties. Ergens moet het voor Verbeek gek zijn dat mede door zijn aanwezigheid de beste keeper van de wereld zijn biezen heeft gepakt. Hij beschouwt Blaak als een vriend. Hij is vroeger nota bene door hem getraind.

Nieki Verbeek samen met Pirmin Blaak. Foto: Frank Kerbusch/Orange Pictures

Het vertrek van Pirmin Blaak

‘Pirmin trainde mij in de D’tjes. Zo lang ken ik hem al. Dus ik heb veel aan hem te danken. Je zult mij ook zeker niet horen zeggen dat ik beter ben dan hij. Dat ben ik ook niet. Nee, totaal niet’, zegt Verbeek over zijn warme band met de doelman van het Nederlands elftal, die is geselecteerd voor de Olympische Spelen van Parijs.

Waar hij vooral blij mee is dat Blaak hém niets kwalijk neemt. ‘Pirmin is sportief met de situatie omgegaan. Richting mij. Daar ben ik blij om. Hij heeft er altijd voor open gestaan om mij een kans te geven. In wedstrijden waarin we een grote voorsprong hadden, zei hij altijd uit zichzelf dat ik het veld in mocht. Zonder te mopperen ging hij dan op de bank zitten. Dat waardeer ik enorm. Ook toen hij hoorde dat hij bij Oranje-Rood minder zou gaan spelen, bleef hij sportief naar mij toe. Hij heeft zich altijd positief over mij uitgelaten. Ook in de media. Daar ben ik hem dankbaar voor.’

Ook toen Pirmin hoorde dat hij bij Oranje-Rood minder zou gaan spelen, bleef hij sportief naar mij toe. Hij heeft zich altijd positief over mij uitgelaten. Ook in de media. Daar ben ik hem dankbaar voor. Nieki Verbeek

Dat de beste keeper van de wereld Oranje-Rood min of meer verlaat omdat Verbeek hard op de deur klopt, maakt de hoofdrolspeler zelf niet nerveus, zegt hij. Verbeek gelooft in zichzelf. Van de verdedigers van Oranje-Rood voelt hij eveneens vertrouwen. ‘Niks ten koste van Pirmin. Maar zelf ben ik natuurlijk heel blij met het voorstel dat Oranje-Rood mij heeft gedaan. Ik vind het prachtig dat de club mij deze kans biedt. Zo vaak gebeurt het niet dat een Hoofdklasse-club het vertrouwen geeft aan een jonge keeper.’

Nu Blaak de club heeft verlaten, is Oranje-Rood in zee gegaan met Duits international Tobias Walter (34). Het bestuur wil dat Verbeek zich aan de ervaren doelman kan optrekken. Allebei mogen ze een gooi doen naar de rol van eerste keeper. Er is afgesproken dat ze de speeltijd fifty-fifty verdelen. ‘Alleen is fifty-fifty natuurlijk op papier’, zegt Verbeek. Hij is niet bang om de strijd met Walter aan te gaan. ‘Als de een beter is dan de ander, dan gaat die waarschijnlijk wel meer keepen. Ik heb het geluk dat ik al vaker heb mogen spelen. Ik denk dat ik er klaar voor ben.’

Nieki Verbeek viert de 3-2 winst op Engeland op het EK-21 in Terrassa met Gijs ter Braak. Foto: WorldSportPics/Frank Uijlenbroek

Van tweede naar eerste keeper bij Jong Oranje

Ook bij Jong Oranje maakt Verbeek snel stappen. Het is nog maar ruim een half jaar geleden dat hij op het WK in Maleisië genoegen moest nemen met een rol als tweede keeper. Toen stond hij in de hiërarchie onder Daan Taphoorn. Twee wedstrijdjes waren hem dat wereldkampioenschap gegund.  Een helft tegen Argentinië en een helft tegen Australië. Allebei nadat Nederland al was uitgeschakeld voor de titel. ‘Dat ik daar geen eerste keeper was, was voor mij een grote teleurstelling. Maar nadat ik dat hoorde ging bij mij wel snel de knop om. Ik wilde er meteen voor zorgen dat ik dit EK wél de eerste keeper zou zijn.’

Nu zijn de rollen omgedraaid. Verbeek is op het EK eerste keeper boven Taphoorn. In slechts zeven maanden tijd is hij in de hiërarchie een plekje gestegen. Tegen Engeland (3-2 winst) keepte hij zaterdag een goede wedstrijd.

Zelf zegt hij over zijn groeispurt van de afgelopen maanden: ‘Vorig jaar was ik pas net bij het team aangesloten. Toen was ik één van de jongsten. De nieuwkomer in de groep. Ik ben iemand die graag van zich laat horen. Iemand die een mening heeft en die ook graag wil ventileren. Als nieuweling doe je dat echter niet zo snel. Je moet eerst je plek verdienen. Daarom focuste ik mij vooral op mezelf. Terwijl ik juist op mijn best ben als ik mij laat horen. Als ik zowel tips geef als om tips vraag. Nu doe ik dat veel meer. Nu ben ik meer mezelf.’

En, zegt hij: ook de wedstrijden in het doel van Oranje-Rood hebben hem geholpen. ‘Als keeper is ervaring belangrijk. Hoe meer je keept, hoe beter je wordt. Die wedstrijden voor Oranje-Rood hebben mij echt sterker gemaakt. Ik ben constanter geworden. Ook dat is voor mijn ontwikkeling heel belangrijk geweest. Ik kijk terug op een geslaagd half jaar.’

Uitzendschema groepsduels Jong Oranje Heren