Internationals Xan de Waard (29), Lars Balk (28) en Jonas de Geus (26) deden na de Olympische Spelen van Parijs tijdelijk een stap terug in het Nederlands elftal, onder meer om zich te richten op hun maatschappelijke loopbaan. Iets dat wordt toegejuicht door oud-hockeyster Wietske de Ruiter, duale carrièrecoach bij de KNHB. Zij benadrukt het belang voor tophockeyers om al tijdens hun spelerscarrière aandacht te besteden aan het leven na hun sportieve loopbaan.
‘Nu is het moment om even afstand te nemen van Oranje. Daarom vind ik het goed dat Xan, Jonas en Lars deze stap hebben gezet. Het is moeilijk om de juiste balans te vinden tussen topsport, je sociale leven en je maatschappelijke loopbaan. Vijf jaar geleden is de KNHB daarom de weg ingeslagen om meer oog te hebben voor de duale ontwikkeling van spelers’, zegt De Ruiter (134 interlands), die in 1996 olympisch brons won in Atlanta, waarna ze al op haar 26ste haar interlandloopbaan beëindigde.
Zelf rolde ze al snel het bedrijfsleven in. Ze werd aangenomen bij Randstad, dat op zoek was naar iemand die namens NOC*NSF topsporters zou begeleiden in hun maatschappelijke loopbaan. Van de ‘duale carrière’ maakte De Ruiter vanaf dat moment haar eigen carrière.
Vijf jaar geleden zette de voormalig aanvalster haar loopbaan voort bij de KNHB. Wat ze aantrof: ‘Er was wel enige aandacht voor de ondersteuning van sporters bij hun studie en het opdoen van werkervaring. Maar nog lang niet op het niveau waarop het zou moeten zijn. Het was niet opgenomen in het bondsbeleid. Het was meer ad-hoc. Er werd nauwelijks rekening gehouden met de specifieke behoeften van tophockeyers.’
En dat terwijl het voor hen belangrijk is om alvast oog te hebben voor hun leven na hun sportieve loopbaan. De Ruiter: ‘Tophockeyers lopen het risico pas laat de arbeidsmarkt te betreden. Ze hebben dan nauwelijks een referentiekader in het bedrijfsleven. Het opbouwen daarvan vind ik belangrijk. Mijn rol is om tophockeyers continu bewust keuzes te laten maken met betrekking tot hun maatschappelijke loopbaan. Maar de keuze ligt uiteindelijk bij hen zelf.’
Lars Balk en Jonas de Geus deden na de Olympische Spelen van Parijs tijdelijk een stap terug in het Nederlands elftal, onder meer om zich te richten op hun maatschappelijke loopbaan. Foto: Willem Vernes
Meerdere internationals zijn al actief op de arbeidsmarkt
Inmiddels heeft de aandacht voor duale ontwikkeling de plek in het bondsbeleid die het verdient, stelt De Ruiter. Ze is er blij mee dat meerdere internationals die hun studie hebben afgerond al actief zijn op de arbeidsmarkt. Middenvelder Xan de Waard werkt bijvoorbeeld als sportconsultant bij Hypercube, een adviesbureau op het gebied van sport en mobiliteit. Verdediger Lars Balk werkt bij zorgverzekeraar ONVZ. Middenvelder Jonas de Geus is consultant bij Rembrandt, een bedrijf dat zich bezighoudt met fusies en overnames. Jip Janssen werkt als consultant bij Deloitte.
Knap van hen, want het is niet eenvoudig om werk te vinden voor gemiddeld twaalf uur per week, weet De Ruiter. ‘Er zijn veel periodes waarop je als tophockeyer in het buitenland bent. Je werkgever moet daar wel open voor staan. Hoe moeilijk het ook is om naast je interlandloopbaan actief te zijn op de arbeidsmarkt: het is echt mijn dringende advies om het toch te doen. Wanneer je dan stopt met hockeyen en de arbeidsmarkt op gaat, heb je al werkervaring opgedaan. Doe je het niet, dan moet je na je spelerscarrière nog ontdekken wat je precies wilt. En wat er bij je past.’
Wietske de Ruiter op het EK 2023 in Mönchengladbach als manager van de Oranje Dames. Foto: Willem Vernes
Tegen spelers van Jong Oranje zeggen we: haal gemiddeld 75 procent van je studie Wietske de Ruiter
In alle nationale (jeugd)selecties van de KNHB is er nu voldoende aandacht voor duale ontwikkeling, vindt De Ruiter. Lieke Hulsen, voormalig spits van Den Bosch, begeleidt de spelers van de Onder 16- en Onder 18-teams. Oud-international Leonoor Voskamp doet dit voor Jong Oranje. De Ruiter is het aanspreekpunt voor de spelers van het Nederlands elftal.
Het beleid: ‘Voor spelers die nog eindexamen moeten doen, heeft hun school absolute prioriteit. Punt. Natuurlijk kunnen er omstandigheden zijn waardoor iemand blijft zitten, maar dit mag in ieder geval niet te wijten zijn aan hockey. Tegen spelers van Jong Oranje zeggen we: haal gemiddeld 75 procent van je studie. In een jaar zonder WK-21 adviseren we zoveel mogelijk studiepunten te halen, aangezien het jaar daarna drukker zal zijn, vanwege de voorbereidingen op het WK-21. Bij het Nederlands elftal adviseren we spelers minimaal twaalf uur per week aan hun duale ontwikkeling te besteden. Wat neerkomt op ongeveer 25 procent van een volledige werkweek van 40 uur. Het topsportprogramma staat daar op één.’
‘Een tentamen gaat in principe boven een training’
In de praktijk is er de afgelopen vijf jaar veel veranderd, zegt De Ruiter. Regelmatig voert ze met internationals individuele gesprekken over hun maatschappelijke loopbaan. Duale ontwikkeling wordt tegenwoordig opgenomen in het persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) van spelers, naast hockeygerelateerde zaken als techniek, tactiek en fysiek. Verblijven de nationale teams in Nederland, dan krijgen spelers in principe toestemming om een training te missen voor het maken van een tentamen. Hetzelfde geldt voor het bijwonen van hun diploma-uitreiking. ‘Bondscoaches verlenen hun medewerking hieraan. Dat is ook essentieel. Er wordt echt gekeken: hoe kunnen we spelers tegemoet komen, zonder dat het ten koste gaat van het topsportprogramma?’
In het Nederlands elftal is het nu algemeen geaccepteerd dat spelers hun duale ontwikkeling op hun eigen manier invullen, concludeert De Ruiter. ‘De één zit tijdens een trainingsstage ’s avonds achter zijn laptop te werken. Terwijl de ander met zijn voetjes omhoog ligt. Wat ook helemaal prima is. Er is ruimte voor iedereen om dit naar eigen inzicht in te vullen. Dat is echt veranderd.’
Lees ook: Podcast KNHB: Jip Janssen over balans tussen werk en tophockey
1 Reactie
joepbrenninkmeijer
Heel goed en belangrijk!