Een houten medaille. Dat kregen captain Boukje Vermeulen en haar teamgenoten eind mei na de gewonnen EK-finale met de Nederlandse vrouwen 50+. ‘Dat is vast duurzaam bedoeld,’ zegt ze met een knipoog, ‘maar een beetje teleurstellend was het wel.’ Gelukkig telt het resultaat: goud. In de finale werd Engeland met 2-1 verslagen.
Het was Vermeulens zevende deelname aan een Masters-toernooi. Zes keer won ze goud, één keer zilver. En nee, dat went niet. ‘Zodra je daar staat, wil je maar één ding: winnen. Dat oude fanatisme komt gewoon weer naar boven.’
In Valencia speelde het team zes wedstrijden in tien dagen, bij temperaturen die ruim boven de dertig graden uitkwamen. Niet iedereen zag het meteen zitten. ‘Na de eerste wedstrijd dachten we: hoe gaan we dit in hemelsnaam volhouden? We hadden wel een aantal keer met elkaar getraind, maar er zaten geen vaste patronen in. En omdat we niet op hetzelfde niveau hebben gespeeld, dachten we soms ook niet dezelfde manier. Maar in zo’n toernooi groei je naar elkaar toe.’
De ‘gouden’ vrouwen Masters 50+
Geen proteïnerepen
De voorbereiding voor het toernooi begon al in september. Trainingen werden geregeld, open sessies aangekondigd via Instagram en spelers gestrikt uit het eigen netwerk. ‘Soms moet je mensen teleurstellen. Soms ben je al blij dat iedereen fit is. Maar uiteindelijk stond er een ploeg. En als het toernooi dan eenmaal begonnen is, komen het fanatisme bij iedereen los. We willen allemaal winnen en gaan over grenzen heen, ook als groep. De besten moeten spelen, of de beste combinaties. Voor sommigen is het een teleurstelling als ze daardoor minder spelen. Daar komen dan gesprekken over.’
Het toernooi was dus zwaar, maar ook relaxed. Het team verbleef in appartementen vlak bij zee, geregeld door het team zelf. Tussendoor werd er gewerkt, gezwommen of de stad bezocht. ‘Het is geen kampreisje, maar ook geen topsport. We weten uit ervaring wanneer je wél of geen wijntje moet drinken, maar aan proteïnerepen en energiegelletjes beginnen we niet hoor. Zo hadden we middenin de week een oranjeborrel georganiseerd. Omdat ons team het dichtstbij het strand zat, kwamen de andere twee ploegen uit Nederland (mannen 45+ en 50+) bij ons langs. Heel gezellig. Zo leerden we elkaar ook beter kennen. Dat maakte het extra leuk om elkaar de dagen erna flink aan te moedigen.’
Dat laatste was aan het eind van het toernooi hard nodig. De Nederlandse vrouwen stond in de finale al vroeg met 0-1 achter. Pas in het vierde kwart draaide de wedstrijd om. Het werd 2-1, waarna een hectische slotfase volgde: ‘We kregen een paar discutabele strafcorners tegen in de laatste seconden. Toen het fluitsignaal klonk, was er vooral opluchting. We hadden het weer geflikt.’
Datzelfde gold voor de mannen 50+, die via shoot-outs het goud tegen Engeland binnensleepten. De mannen 45+ kwamen tot brons. ‘Vanuit de organisatie was er weinig geregeld, maar wij zijn na het eten met de drie teams naar een beachclub gegaan. Daar hebben we met elkaar een gezellig feestje gevierd. Maar niet te gek hoor. De dag erna zaten we om zes uur ’s ochtends in het vliegtuig. Een paar uur later had ik alweer mijn eerste werkmeeting.’
Ook de oranjemannen Masters 50+ vierden feest vanwege hun eerste plek na shoot-outs
Zo moeder, zo zoons
Op zondag speelt Vermeulen, oud-hoofdklassespeelster bij Rotterdam, nog altijd in de 30+ bij haar oude club. Ze is 55, haar tegenstanders vaak twintig jaar jonger. ‘Dan word ik natuurlijk wel voorbijgerend door alle jonge hertjes. Bij de 50+ heb ik het gevoel dat ik er nog wat van kan en mag ik ook weer op mijn vertrouwde post, als midden-midden, staan in plaats van een linie daarachter.’
Thuis hebben ze het toernooi op gepaste afstand gevolgd. Vermeulens zoons en Rotterdam-spelers Pepijn en Timme van der Heijden stuurden af en toe een appje. ‘Ze zaten in ieder geval niet in een thuisblijversappgroep met 380 man waarin ik elke dag een voor- en nabeschouwing gaf’, grapt ze. ‘Maar ze vroegen wel braaf hoe het ging. En vooral: hoe werkt ook alweer de wasmachine?’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.