Aan de verkeerde kant van het veld stond Tjep Hoedemakers zaterdagavond na de verloren EK-finale. Hij moest toekijken hoe de Duitsers het goud vierden. Dat deed pijn. Extra pijnlijk, omdat dit, ondanks zijn 75 interlands, zijn allereerste finale met Oranje was.
Finales en Hoedemakers: tot nu toe geen gelukkig huwelijk. Twee jaar geleden stond hij op het punt zijn debuut te maken op een groot toernooi met Nederland, maar een blessure gooide roet in het eten. Vanaf de tribune zag hij hoe zijn ploeggenoten EK-goud wonnen en de basis legden voor een nieuwe succesgeneratie.
Ook op de Olympische Spelen liep het verkeerd. In de halve finale raakte hij geblesseerd aan zijn enkel, waardoor hij de eindstrijd om het goud moest missen. Wéér stond hij buitenspel. Een hard gelag voor de normaal zo goedlachse aanvaller, die juist in finales zijn stempel wil drukken.
Hoedemakers heeft nog nooit een finale gewonnen
Iets wat Hoedemakers zich op de ochtend van de eindstrijd als geen ander realiseerde. Een internationale finale ontbrak nog in zijn interlandloopbaan. ‘En dan verlies ik ‘m meteen’, verzucht de aanvaller. ‘Ik heb nog nooit een finale gewonnen’, voegt hij eraan toe. Hij speelde ze wel, maar won ze nog nooit. Niet bij Rotterdam, niet bij Oranje-Rood en niet bij Oranje Zwart.
Tjep Hoedemakers. Foto: Willem Vernes
‘Ik heb de gouden EK-medaille van twee jaar geleden wel gekregen, maar die telt natuurlijk niet’, gaat Hoedemakers verder. ‘Dus ik wilde het goud graag ophalen. En dat is mislukt. En het is extra pijnlijk omdat ik de 2-1 op mijn stick had. Want zulke kansen moet je in de finale gewoon maken.’
Een minuut of vijf voor tijd was het inderdaad Hoedemakers met een grote kans. Hij liftte de bal over keeper Dannenberg heen en tikte ‘m in de lucht richting goal. Hij deed eigenlijk alles goed, maar mikte naast. ‘Dat doet me echt pijn. Ik moet zo’n kans gewoon afmaken. We hadden de wedstrijd al zoveel eerder over de streep moeten trekken.’
Duitsland is niet de terechte winnaar
Hoedemakers begint met zijn wedstrijdanalyse. ‘We speelden echt heel goed’, vertelt hij, wanneer op de achtergrond de Duitse ploeg het goud omgehangen krijgt. ‘Ik denk niet dat zij de terechte winnaars zijn. We waren echt beter. We hebben nog nooit zo sterk gevoeld dat we een heel goede wedstrijd speelden. Qua mentaliteit en qua gevoel in de groep vond ik deze finale wel heel sterk.’
Foto: Willem Vernes
Oranje verloor uiteindelijk na shoot-outs. En juist dat was een van de krachten van Oranje. Dat was op de dag van de finale nog te zien op de NOS en vlak voor de start van het toernooi te lezen op deze site. Thierry Brinkman vertelde hoe de ploeg ermee aan de gang gegaan was en gaf een verklaring voor het succes van acht achtereenvolgende rondes aan shoot-outs. ‘Ik weet het niet. Ik zag vanochtend stukken op de NOS over dat we onverslaanbaar waren daarmee. Toen zei ik nog: je moet het niet jinxen. Dat is gewoon gevaarlijk’, vertelt Hoedemakers.
Nederland begon de reeks met Jorrit Croon, normaal bijna altijd goed voor een doelpunt. ‘Dat was raar. Het was een soort valse start. De zoemer ging al toen hij nog niet klaar stond’, vertelt Hoedemakers. ‘En Danneberg is gewoon een heel goede keeper. We nemen ook niemand iets kwalijk. Derk Meijer was er twee keer echt heel dichtbij. En glijdt een keer uit. Dat is heel zuur.’
‘Je kan arrogant worden als je alles wint’
Geen derde grote hoofdprijs dus op rij voor Oranje. Maar is dat nou het einde van de wereld, of kan EK-zilver misschien – op de langere termijn – geen kwaad. ‘Ik snap dat mensen zeggen dat het misschien niet zo erg is dat we niet gewonnen hebben. Dat we weten waar we staan en we weer hongerig zijn’, reageert Hoedemakers. ‘Je kan natuurlijk een beetje arrogant worden als je alles wint. We hebben dit EK echt niet op ons best gespeeld. Alleen vandaag zag ik weer het Oranje van de Olympische Spelen. Delmée zei net nog: onthoud dit gevoel, want dit wil je nooit meer meemaken. Dus misschien brengt het je uiteindelijk wat voor het WK en later.’
Foto: Willem Vernes
‘Maar je wil elk toernooi winnen’, voegt de aanvaller gauw toe. ‘Zeker met de generatie die we hebben. Je moet elk moment pakken met deze groep. Want zoveel finales ga je samen niet spelen.’ En een finale winnen, wil Hoedemakers ook wel een keer meemaken. ‘Misschien moet Delmée mij gewoon niet opstellen in de finale. Dan valt het misschien goed’, knipoogt de spits. ‘Ik had het graag willen veranderen, maar dat is me niet gelukt.’
Dus bungelt er – alweer – zilver om zijn nek. ‘Ik heb een ladekast waar ik de zilveren medailles bewaar. Daar ligt de gouden olympische plak overigens ook bij. Maar wel net op een mooiere plek. Ik zal deze zeker bewaren, maar ga ‘m niet heel vaak meer zien. Hij komt onderin te liggen.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.