Bakel zonder jongensteams in competitie: ‘Andere ambities’

Het is een bekend fenomeen in het hockeylandschap: verenigingen hebben meer moeite om jongens aan zich te binden dan meisjes. Veel clubs haken creatief in op dit verschijnsel en proberen meer jongens te werven via diverse campagnes. Hockeyclub Teteringen probeerde hockey populairder te maken door het met voetbal te combineren, terwijl Raalte stoere posters ontwierp met hun hockeyende jongens en die in scholen ophing. Ook hockeyclub Bakel heeft baat bij zo’n actie om jongens te behouden. Sterker nog, sinds dit seizoen moet de club het al zonder jongensteams stellen. 

Een volledige vrouwenclub is Bakel niet. De Brabanders komen met een Heren 1- en Heren Veteranen-team uit in de competitie. Maar geen mannelijke junioren dus. ‘Heel jammer’, stelt Bakel-voorzitter Joyce Welten. ‘We zijn een kleine club en dat sluit niet altijd aan bij de ambitie van de jongens. Die willen op een hoger niveau acteren en gaan dan naar een grotere club in de omgeving zoals Helmond. Het balletje rolt door en snel vertrekken er meerdere waardoor er een leegloop ontstaat.’

Combineren

Bakel voorzag de ontwikkeling maar het lukte het niet om de jongens te behouden. Welten: ‘We hebben gekeken naar mogelijkheden om hen binnen de club te houden. In overleg met omliggende clubs zoals Gemert en Deurne keken we naar de optie om teams samen te stellen. Uiteindelijk leidde dit nergens toe en vertrok iedereen alsnog.’

Investeren

Ondanks het gebrek aan jongensteams, is Welten positief gestemd en denken ze liever in oplossingen dan in problemen. ‘Ik denk dat mensen bewust kiezen voor een club. Je moet ze ook iets kunnen bieden. Op dit moment lukt ons dat voor de jongens niet, daar zijn we heel eerlijk in en communiceren we ook. Maar we hebben gezegd dat we juist nu gaan investeren in trainingen op een bepaald niveau. Naast de funfactor moet ook de kwaliteit omhoog. Daar ligt een taak voor ons als bestuur, een plan van aanpak opstellen.’

Jongste jeugd

Hoe ziet dat plan van aanpak eruit? ‘Vooralsnog weten we niet precies hoe we het moeten aanpakken. De meeste kans van slagen zie ik aan de onderkant, bij de jongste jeugd. Daar moet we flink werven en die jongens moeten vervolgens doorstromen. We willen kinderen de mogelijkheid bieden om kennis te maken met hockey door bijvoorbeeld iets met scholen te doen. Zorgen dat we zichtbaarder zijn. Maar op het moment zijn dit allemaal hersenspinsels.’