Jeugdig Almere moet vooral veel oefenwedstrijden spelen, vindt Gademan

4 maart hervatten de hockeyers de hoofdklassecompetitie weer op het veld. In de serie ‘De kunst van de voorbereiding’ vertellen hockeycoaches over hoe zij de voorbereiding op de tweede seizoenshelft aanpakken. Vandaag Pasha Gademan (29) van degradatiekandidaat Almere, dat met zeven punten uit dertien wedstrijden op de voorlaatste plaats staat.

‘De kunst van de voorbereiding is voor elke ploeg weer totaal anders. Ik heb gelezen wat voor Alexander Cox belangrijk is bij landskampioen Kampong. Zij gaan naar Lapland op winterstage, zonder hockeystick. Dat begrijp ik. Maar wij verkeren met Almere in een hele andere situatie. Wij hebben heel veel jonge hockeyers en als wij iets is missen, is het wel ervaring. Dus de enige manier om beter te worden en meer ervaring te krijgen is het spelen van heel veel potjes tegen diverse tegenstanders. Deze week zitten we van donderdag tot zondag in Barcelona. Dan trainen we niet, maar spelen we tegen Real Club de Polo, Atletic Terrassa en Club de Campo. De sterkste Spaanse teams. Dat is voor ons extreem waardevol in de voorbereiding. Topwedstrijden tegen teams die weer in een andere hockeycultuur spelen.’

‘Ik maak hier ook even een shout out naar de mensen die deze buitenlandse stage mogelijk hebben gemaakt. Vorig jaar moesten de jongens van het team nog een bijdrage doen voor de buitenlandtrip, maar deze keer hebben we met een zeer geslaagd veilingdiner alle financiële doelen gehaald. De gunfactor is heel hoog binnen de club. Het diner zelf kostte dertig euro, maar ik denk dat het gesigneerde EK-shirt van onze international Jonas de Geus voor zo’n 2500 euro is weggegaan. Dat was mooi om te zien.’

Teleurstelling bij Almere-coach Pasha Gademan. Foto: Frank Uijlenbroek

‘Voor ons is zo’n teamtrip echt heel leuk en belangrijk. Die jonge gasten moeten in die wedstrijden op topniveau tactische problemen leren oplossen. Dat zal ze tools en vaardigheden geven die we straks nodig hebben in de tweede helft van het seizoen. Natuurlijk is zo’n trip daarnaast gezellig. Maar ik denk dat wij al een heel hecht team hebben. Er is een natuurlijke omgang met elkaar. Een gezonde en fijne sfeer. Vorig jaar was ik nog speler van Almere en had ik een Spaanse versie van ‘Wie is de Mol’ georganiseerd, waarin twee groepen van Almere het tegen elkaar opnamen. Dat werd zo intens beleefd dat het bijna een te groot deel opslokte van het hockey. Maar ik ben wel van plan om zoiets in Barcelona weer te doen.’

‘Natuurlijk hebben we de eerste helft van het seizoen uitgebreid geëvalueerd. We hebben heel veel goede wedstrijden gespeeld, waarin we niet het gewenste resultaat hebben bereikt. Dus het doel van deze voorbereiding is om dat op korte termijn te verbeteren. Dat is waar we het met de groep nu over hebben. Wat doe je als speler en als team op het moment suprême – met nog twee minuten te spelen – als je een wedstrijd uit moet spelen? Daar gaan we het veel over hebben de komende tijd. Want nu kwamen we in de eerste helft van het seizoen in een spiraal, waarin we elke keer net die wedstrijd verloren. Die ban moeten we komende maanden doorbreken. Wij moeten herkennen wanneer we angstig worden. Hoe kun je nou 68 minuten vrijuit spelen en dan angstig zijn? Dat zijn kleine dingen die je moet aanpassen, die we ook per linie bespreken.’

International Jonas de Geus en zijn teamgenoten blij na de zege op hdm. Foto: Willem-Jan Dijkdrent

‘We zijn nu ook weer zo goed als compleet, nu internationals Jonas de Geus en Terrance Pieters er weer bij zijn. Ik denk dat wij de enige ploeg in de degradatiezone zijn, die beschikt over internationals. Maar dit is de tijd om goed met elkaar te praten en elkaar in de ogen te kijken. Die zeven punten die we nu hebben, dat is veel te weinig als je kijkt naar ons spel. Dus we moeten ons daar ook niet te veel door laten leiden. De voorbereiding draait bij ons ook om het testen van een aantal nieuwe zaken. Spelers op een andere positie zetten en kijken of ze daar een hoger rendement halen. Kijken waarom we op belangrijke momenten te fragiel zijn en levensgevaarlijke spitsen als Mirco Pruyser net te veel ruimte geven.’

‘Ik maak voor de voorbereiding schema’s met planningen van vier tot zes weken. Dat doen we elk jaar, zodat er een lijn in het geheel zit. In die planning kun je dan flexibel zijn. Het voelt voor mij niet spannend dat het mijn eerste jaar is als coach en dat ik voor het eerst de voorbereidingen leid. Die rol went snel. Ik ben gewoon niet zo heel veel bezig met wat het voor mij betekent als coach. Ik vind het vooral leuk om te doen. Dat merk ik elke keer weer als ik op het veld sta. De eerste seizoenshelft was zwaar, met tegenvallende resultaten, maar het leiden van trainingen blijft leuk. Elke keer weer.’

Dé voorbereidingstip van Pasha Gademan, coach van Almere Heren 1 en assistent bij Nederlands A. ‘Ik wil hierbij spelers aansporen om geen angst te hebben fouten te maken. Zowel technisch als tactisch. Speel vrijuit! Dan kom je er ook sneller achter wat je huidige tekortkomingen zijn. Dan is het daarna aan jezelf om je vaardigheden naar een hoger niveau te tillen.’

‘Daarnaast vind ik de aanname op elk niveau extreem belangrijk. Het is zo waardevol om de ballen nog beter aan te kunnen nemen met een gevoel voor ruimte en potentiële dreiging. Stop de bal niet, maar neem hem aan met je haak en zorg dat deze perfect klaarligt voor je gewenst vervolg. Neem geen genoegen met een voldoende, maar streef perfectie na.’