Een bezoek aan bierbrouwerij De Uddelaer van Jacques Brinkman
Als speler stond alles in het leven van Jacques Brinkman in het teken van goud. Nu is hetgeen waarin hij ziel en zaligheid legt vooral gericht op blond, wit of donker. ‘Ik volg het hockey natuurlijk nog steeds, maar de brouwerij staat op één.’
Als de jonge Brinkman tijdens zijn carrière als tophockeyer na afloop van een wedstrijd aan de bar verscheen om voor zijn hele team drank te halen, bestelde hij naast de traditionele meter bier altijd één andere drank. Frisdrank. Bier moest hij zelf niet. Het was niet voor niets dat er op zijn bruiloft werd gezongen dat hij alleen maar cola of cassis dronk.
Nu, een paar decennia later, kan het zomaar gebeuren dat je Brinkman een vaasje aan zijn lippen ziet zetten, hij zonder aarzelen een slok neemt en vervolgens de smaak en de afdronk van het bier analyseert op een toon alsof het over de WK-finale Nederland-België gaat.
Iets maken van water, gist, graan en hop: dat vind ik prachtig. Jacques Brinkman
In de deuropening van een prachtig monumentaal pand in de bossen van het Gelderse Ermelo heet Brinkman ons van harte welkom. De verleiding is groot om hem meteen te vragen hoe het toch gekomen is dat hij nu naast hockeydeskundige ook opeens bierkenner is, maar eerst moet hij nog even een vrachtwagen met binnenkomende lege fusten uitladen. Als dat is gebeurd, neemt hij plaats op het terras van zijn brouwerij en is hij klaar om tekst en uitleg te geven.
‘Ik heb altijd een hekel gehad aan dat plastic baggerbier. Van dat lauwe bier, zonder schuim. Maar ik heb ook altijd respect voor vakmanschap gehad. Het is het ambacht dat ik bewonder. Ik ben getriggerd door het vak. Iets maken van water, gist, graan en hop: dat vind ik prachtig.’
Acht verschillende bieren
Het was zijn oom Willem die al een tijd lang aan het hobbybrouwen was en hem overhaalde eens te komen kijken. Na zijn eerste bezoek ging Brinkman met hoofdpijn naar huis. Niet omdat hij moe werd van al dat gepraat van Willem, maar omdat hij al die speciaalbiertjes toch wel érg lekker bleek te vinden. Ze besloten te gaan samenwerken. Al snel deden ze dat heel serieus. In november 2018 openden de twee mannen de deuren van bierbrouwerij De Uddelaer.
Het duo produceert in het statige koetshuis van Kasteel Staverden inmiddels acht verschillende bieren: van een witbier en een blond tot een pilsener en een dubbele bock. Dacht Brinkman vroeger bij het horen van de term ‘tripel’ misschien nog aan het winnen van drie belangrijke prijzen als de Olympische Spelen, het WK en het EK, nu kun je hem dingen horen zeggen als dat het karakter van een Tripel grotendeels wordt bepaald door het gebruik van een specifiek Belgisch gist.
‘Bier brouwen is eigenlijk hetzelfde als thee zetten’
Brinkman: ‘De overeenkomst met sport is dat je veel uren moet maken. Ik heb via Willem een soort sneltreincursus gehad. Ik kon meeliften op zijn kennis. Voordat we begonnen, hebben we veel brouwerijen gezocht. Om te zien wat de valkuilen zijn. Dat was erg leerzaam. Nu weet ik van de hoed en de rand. Het werk lijkt misschien ingewikkeld, maar dat is het helemaal niet. Bier brouwen is eigenlijk hetzelfde als thee zetten. Laat je het theezakje er lang in hangen, dan krijg je donkere thee. Doe je het kort, dan heb je lichte thee.’
‘Ik sjouw gerust honderd fusten van twintig kilo’
De tweevoudig gouden medaillewinnaar (Atlanta 1996 en Sydney 2000) voelt zich in zijn brouwerij nergens te goed voor. Regelmatig maakt Brinkman de roestvrijstalen ketels van top tot teen schoon. Hij reist ook met veel plezier stad en land af, met name Harderwijk, Nunspeet, Epe en Ermelo. Dat zijn de plaatsen waar De Uddelaer in de Albert Heijn ligt en de schappen hopelijk weer moeten worden bijgevuld.
Als je Brinkman vraagt wat hij eigenlijk het leukst vindt aan dit werk, zie je dat hij in hart en nieren nog altijd de topsporter is die hij ooit was. Niet de stilist, maar de harde werker. ‘Het leukst vind ik om die zware zakken gerst van 25 kilo op te pakken, ze open te scheuren en in de schrootmolen te gooien. Dat is fysieke arbeid. Geen brouwer die dat het leukst vindt. Die zeggen waarschijnlijk allemaal: het brouwen zelf. Of het proeven. Nee, ik vind het sleuren met zo’n zak weer mooi. Ik sjouw ook gerust honderd fusten van twintig kilo naar de pallets toe. Willem vindt dat helemaal niks. Die krijgt last van z’n rug. Ik vind het heerlijk.’
Iedere dag het weerbericht checken
De klanten op het terras bedienen, is iets dat Brinkman ook graag doet. Deze zonnige doordeweekse middag meldt zich een koppel dat een eind in de bossen heeft gefietst. Als ware gastheer komt Brinkman hun bestelling aan tafel opnemen.
Hij mag dan 337 interlands op zijn naam hebben staan, recordinternational van Oranje zijn geweest en op televisie als analyticus bij Ziggo te zien zijn; de fietsers hebben geen idee wie hij is. Zonder het te weten, staan ze oog in oog met een man die er niet voor terugdeinst er met gestrekt been in te gaan en voor wiens ongezouten mening de halve hockeywereld bang is. Maar nu beledigt hij even helemaal niemand, nee, nu vraagt hij gewoon wat ze willen drinken. Ze zullen hem ongetwijfeld een vriendelijke ober vinden.
Brinkman: ‘Dit is zó’n leuke werkomgeving. Het is hier elke dag gezellig. De klanten zijn nooit chagrijnig, maar altijd vrolijk en positief. Ze hebben een vrije dag, lekker gefietst of gewandeld en hebben zin in een biertje. Ik kon een paar jaar geleden niet bevroeden dat ik vrijwel elke avond zou kijken wat voor weer het morgen zou worden. Is er tien of twintig procent kans op neerslag? Dan weet ik: het wordt druk op het terras.’
‘Vroeger zegde ik voor het hockey al mijn afspraken af, nu is het andersom’
Het is mooi om Brinkman over zijn vak te horen praten. ‘Ik voel dezelfde passie als die ik op het hockeyveld had. Dit is wat ik nu doe: het runnen van een brouwerij. Ik ben er 24/7 mee bezig. Pas als je je volledig op één ding focust, kun je echt succesvol zijn. Ik volg het hockey natuurlijk nog steeds, maar de brouwerij staat op één.’
Dat betekent dat hij steeds minder vaak langs de lijn staat. Als in Bloemendaal zoon Thierry de bal in de kruising schiet, kan vader Jacques honderd kilometer verderop gerust een leeg glas staan om te spoelen.
‘Als het een belangrijke wedstrijd is, regel ik natuurlijk wat. De finale van de Olympische Spelen of van de Pro League: die kijk ik gewoon. Op zondag probeer ik zo veel mogelijk langs de lijn te staan, maar het gebeurt regelmatig dat ik er niet ben. Laatst vroeg Floris-Jan Bovelander aan Thierry of ik nog leef. Vroeger zegde ik voor het hockey al mijn afspraken af. Nu is het andersom. Als ik het druk heb, sta ik niet langs de lijn. Al is het ook weer niet zo dat ik de uitslag pas om zes uur ’s avonds weet. Ik houd heus wel via mijn telefoon in de gaten wat de tussenstand is. Dat verandert nooit.’
10 Reacties
wil-dielis
Na een wedstrijd zijn we hier met een deel van het elftal geweest. Het proeven is echt de moeite waard! Het drinken ook, trouwens.
mickh
Leuk om te lezen; zou graag meer bijdragen zien in deze trant!
hadewee
mooi (en toevallig?) dat ene van Nugteren over bier schrijft. Vooral mooi dat JB zich weer een droom heeft verschaft om lang van te genieten. Veel plezier. Verhaaltjes als bovenstaand verrijken de site.
robvisser
Mooi verhaal. Ik neem aan dat Caldas er niet te vaak langskomt, want die moet van Jacques op z'n gewicht letten.
Rob_van_Bongen
Allemaal leuk en aardig natuurlijk, maar ik ben persoonlijk vooral benieuwd naar wat dhr. Brinkman verwacht van dé bekerfinale tussen Alphen en Zoetermeer van zondag. Dit is de apotheose waar heel hockeyminnend Nederland (en naar verluidt zelfs tot ver buiten de landsgrenzen) al het hele seizoen op wacht. De 'New Kids On The Block' van Alphen tegen de Zoetermeerder cupfigthers, een clash tussen twee aanvallende, talentvolle ploegen. Ik ben vooral benieuwd wat dhr. Brinkman verwacht van deze wedstrijd, hoeveel talenten zullen op termijn de stap naar het NL elftal maken, en vooral: wat wordt de uitslag? Persoonlijk voorspel ik 3-2 voor Alphen, en jullie?
Freekie
Manmanman, wat wil die vent toch graag een beetje aandacht
jonathan
Wat doe jij voor de kost, en wat heb je de afgelopen jaren gedaan?? Van speler tot ondernemer en de aandacht wordt gegeven door hockey.nl. koop pampers en zeil daar in manmanman
harald-van-horn
Kan me voorstellen dat jij niet veel met bier hebt Freekie. Denk dat azijn meer jouw drank is.
vostammer
Dat bier , ach. Wacht nog steeds op een wekelijkse youtube talkshow over hockey met een paar eigenwijze analisten. Maar vind maar een mensen die durven te praten in het hockeywereldje
lize
Waarom gaan al die OUD hockeyers elke keer weer iets totaal anders doen zich bezig te houden met de Sport ?? (schoenmaker blijf bij je leest) ,geen wonder dat de sport op zijn nivo blijft hangen en het een kleine wereldsport blijft . Bierbrouwer is wel leuk nou PROOST !