Waarom Paul Litjens het WK ’78 in Argentinië niet boycotte
Voormalig international Paul Litjens (177 interlands, 267 doelpunten) reisde in 1978 voor het wereldkampioenschap met het Nederlands elftal naar Argentinië, waar dictator Jorge Videla een schrikbewind voerde. Net als de voetballers nu in Qatar kreeg het hockeyelftal van sommige kanten kritiek op hun keuze om het WK niet te boycotten. ‘Onterecht, vond ik.’
Het is inmiddels 44 jaar geleden dat Litjens werd verweten dat hij samen met zijn teamgenoten en de stafleden van Oranje in het vliegtuig naar Buenos Aires stapte. Sindsdien heeft hij zich honderden keren voor die beslissing moeten verdedigen. Dat hij ervoor koos om het wereldkampioenschap niet te boycotten, achtervolgt hem tot op de dag van vandaag.
Hij heeft getwijfeld of hij dit interview wel wilde geven, omdat hij in zijn leven alles al gezegd heeft wat erover te zeggen valt. Maar de huidige discussie over het wereldkampioenschap in Qatar trok hem over de streep. Zijn belangrijkste doel van dit interview is om bepaalde argumenten in te brengen, vanuit het perspectief van de speler.
Litjens werd in 1973 met het Nederlands elftal wereldkampioen in het Wagener Stadion en in 1976 topscorer van de Olympische Spelen in Montreal. Toch leverde hij zijn grootste prestatie misschien niet binnen, maar buiten de lijnen. Een week voor het begin van het wereldkampioenschap in 1978 in Argentinië waagde hij zich in het hol van de leeuw tijdens een discussieavond in het Amsterdamse theater Frascati. De oproep van cabaretiers Freek de Jonge en Bram Vermeulen om het WK in Argentinië te boycotten, was aanvankelijk gericht aan het Nederlands voetbalelftal, maar bereikte ook de hockeyers, die drie maanden eerder in Argentinië speelden. Namens Oranje was Litjens bereid gevonden om tekst en uitleg te geven over waarom zij daar vrolijk gingen hockeyen, terwijl de bevolking gebukt ging onder het militaire regime.
Vanaf het moment dat hij die bewuste avond in Frascati de zaal binnenstapte en de honderden aanwezigen recht in de ogen keek, daalde het besef bij hem in dat hij aan een wedstrijd begon die niet te winnen viel, vertelt hij. Zelf omschrijft het alsof niet hij, maar Adolf Hitler de zaal binnenstapte.
‘Ik wilde een standpunt verdedigen dat kennelijk te genuanceerd was. Ik wist dondersgoed wat er in Argentinië aan de hand was, ik had alle rapporten van Amnesty International gelezen. Ik was heus niet doof voor de argumenten die werden aangedragen. Maar ik geloofde niet dat een boycot effectief zou zijn. Als je sportevenementen gaat boycotten, kun je net zo goed de hele internationale sport opdoeken. Natuurlijk speelde ook mijn eigen belang mee, want ik wilde het wereldkampioenschap spelen. Ik hielp er niemand mee door naar Argentinië te gaan, behalve mezelf en mijn teamgenoten’, vertelt Litjens.
De hardheid waarmee ze op mij inhakten, voelde behoorlijk bedreigend Paul Litjens
‘In tegenstelling tot anderen was ik niet bang om mijn mening te verkondigen. De standaardreactie van sporters dat sport niets met politiek te maken heeft, dus we doen alsof er niets aan de hand is, vond ik niet juist. Ik vond dat ik goede argumenten had en ik wilde van de gelegenheid gebruik maken om mijn standpunt naar voren te brengen. Maar de hele zaal viel over me heen. Het kwam erop neer dat ik een soort Hitler was, die zich nergens wat van aantrok. Ik snapte heus wel dat ze het niet met mij mee eens waren, maar de hardheid waarmee ze op mij inhakten, voelde behoorlijk bedreigend. Ik dacht dat ik naar een discussieavond ging, maar het werd nooit een discussie. Eerder een inquisitie. Mijn broer, die ook aanwezig was, zei na afloop tegen me: Ik heb je nog nooit zo wit gezien.’
Litjens vertrok wél in München
Wat Litjens vooral door de zaal werd nagedragen, is inconsequentheid. Tijdens de Olympische Spelen van 1972 in München vloog hij samen met teamgenoot Flip van Lidth de Jeude terug naar Nederland, na de Palestijnse inval in het olympisch dorp. Waarom vertrekt hij dan wel naar Argentinië, vroeg de zaal zich af.
‘München was een heel andere situatie. Ik ging naar huis omdat ik vond dat je niet gezellig op een feestje blijft als daar mensen zijn doodgeschoten. Anders dan in Buenos Aires moest ik reageren op een plotseling ontstane situatie. Wat natuurlijk ook meespeelde, was mijn rol als reservespeler. Kort door de bocht gezegd zouden ze mij niet heel erg missen. Het was anders geweest wanneer ik een grotere rol in het team had gehad. Dat blijkt ook wel uit mijn afweging om wél naar Argentinië te gaan.’
Ik vind het goed dat die jongens in Qatar lekker gaan voetballen Paul Litjens
Eenmaal in Argentinië richtte Oranje zich op het hockey. Nederland haalde de finale tegen Pakistan. Litjens scoorde in de veertigste minuut uit een strafcorner, waarmee hij Nederland op een 2-1 voorsprong bracht. Desondanks werd de finale met 2-3 verloren.
International Hans Jorritsma weigerde bij de ceremonie na de finale zijn zilveren medaille uit handen van generaal Videla te ontvangen. Kort van tevoren kregen zijn teamgenoten dat van hem te horen. Litjens zegt dat hij zelf nooit heeft overwogen om de medaille te weigeren. ‘Ik vond het een redelijk nietszeggend gebaar. Ik neem het hem niet kwalijk, maar ik dacht er anders over dan hij. Ik praatte er liever over dan weg te blijven.’
44 jaar later ziet hij dat de discussie over Qatar nauwelijks verschilt van die over Argentinië. ‘Er is in al die jaren niets veranderd. Ik vind het goed dat die jongens lekker gaan voetballen en dat ze te kennen geven dat ze weten wat er speelt en dat ze dat afkeuren. Zelf zou ik ook uitdragen dat er verschrikkelijke dingen gebeuren. Maar het opdringen van een boycot? Dat vind ik echt te ver gaan.’
4 Reacties
Eelco Houwink
Hoe je er ook in staat, de vergelijking met Hitler vind ik ongepast. Dat is van een compleet andere magnitude, een wereld aan schade en miljoenen mensenlevens. Daarbij maakt het kiezen van verkeerde paralellen je verhaal niet sterker (en ik vind het al niet erg sterk…)
lenny-baker
Volledig eens dat dit ongepast is.
Maikel Rabbers
Ik snap wel dat je opziet tegen interviews als dit je houding is.
peterdenhartog
Paul Litjens heeft gewoon gelijk. Wat verandert er aan een regime als een individuele sporter of een team niet aan een WK deelneemt?