Kerstholt zet een ‘dikke vette vink’ achter haar rentree
Na één jaar en drie maanden blessureleed is Maxime Kerstholt weer op het hockeyveld te bewonderen. Het liefst doet de achtvoudig international (drie goals) weer volle bak mee bij de dames van Laren, maar de 24-jarige aanvalster moet in haar enthousiasme worden tegenhouden. Dat leverde schitterende taferelen op tijdens de oefenwedstrijd tegen Hurley.
Kerstholt maakte in de eerste tien minuten van het oefenduel in het Amsterdamse Bos haar officieuze rentree. ‘Dat ging natuurlijk veel te snel voorbij’, vertelt ze achteraf. ‘Ik voelde me weer net een twaalfjarige die na de zomer weer mag hockeyen en rende als een kip zonder kop over het veld. Na tien minuten dacht ik er een beetje in te komen, maar toen was het alweer klaar.’
De speelster liet zich direct daarna in de dug-out van Laren behandelen aan haar linkervoet. Kerstholt liep namelijk op haar spiksplinternieuwe schoenen – van vorig jaar, want die had ze nog niet aangehad – een blaar op. ‘Hij zit precies onder mijn grote teen. Echt zunne’, zegt ze terwijl ze haar duim en wijsvinger bijna volledig strekt. ‘Ik voelde ‘m deze week tijdens de training al opkomen. Ach ja, het hoort erbij, ik mocht toch niet meer spelen.’ Er volgt een lach: ‘Nu loop ik weer mank’.
‘Ik kon niet meer lopen’
Hoewel Kerstholt maandenlange ellende achter de rug heeft, kijkt ze positief en met humor terug op haar herstelperiode. ‘Humor is het allerbeste dat je kunt hebben om zo’n periode door te komen. Ik heb altijd leuke mensen in mijn omgeving gehad. Mijn ouders en vriend namen mij constant op de hak. Ik was natuurlijk een zwak schaapje. De plagende reacties van mijn vriend waren dan: Loop nou eens door en kan je dat echt niet zelf tillen? Oh, moet ik dat weer voor jou doen? Je bent echt een prinsesje. Je moet weten, ik kon echt niets alleen.’
Er zat namelijk een scheur in haar labrum. Deze is via een kijkoperatie gehecht. ‘Toen kwamen ze erachter dat de spier die tegen mijn buikwand aanloopt te strak zat. Die hebben ze verlengd. Vraag me niet hoe, dat weet ik allemaal niet. Daar kwam ik ook pas achter toen ik uit mijn narcose kwam. Uiteindelijk hebben ze ook nog wat bot bijgeschaafd en toen was alles weer gefixt.’
Als ik wilde douchen of naar de wc moest, werd ik door mijn vader opgetild. Ik was zo afhankelijk. Nee, dat was geen fijne periode. Maxime Kerstholt
Die ingreep was exact een jaar geleden. Vanaf dat moment brak haar herstelperiode aan. Een heftig proces om te horen, wanneer ze uitgebreid in detail treedt. ‘De eerste vijf weken lag ik bij mijn ouders op een zorgbed, ik kon niet meer lopen. Als ik wilde douchen of naar de wc moest, werd ik door mijn vader opgetild. Ik was zo afhankelijk. Nee, dat was geen fijne periode. In die zin was het chill dat ik nog niet was begonnen met mijn master.’
In september liep Kerstholt op krukken en begon ze aan haar master Neuroeconomics op de UVA in Amsterdam. ‘Liep ik daar met een rugzak, omdat ik anders niet al mijn spullen mee kon tillen. Ik was net een puber die voor het eerst naar de middelbare school gaat. Na acht weken mocht ik het lopen met krukken langzaamaan afbouwen. Vanaf dat moment heb ik met één kruk gelopen.’
Kerstholt bleef altijd betrokken bij het team
Ondertussen miste de aanvalster langs de kant geen enkel duel van haar ploeg. ‘Ik was een klankbord voor wanneer speelsters iets wilden storten’, licht ze haar rol toe. ‘Iedere donderdag kookte ik samen met mijn moeder voor het team, om toch die verbinding te houden. En dan elke week een ander gezond recept. We keken iedere keer uit naar die donderdagavonden en maakten daar echt een feestje van.’
Dat deed Kerstholt nog altijd met één kruk. ‘Dat was een tip die ik vanuit het ziekenhuis meekreeg. Mensen weten dan dat ik ‘iets’ heb en houden toch meer rekening met mij dan wanneer ik zonder krukken zou lopen. Ik kon toen nog echt geen onverwachte tikken krijgen.’
‘In die periode ging het herstel wel heel erg langzaam’, vervolgt Kerstholt. ‘Ik weet nog dat ik de eerste keer op de fysiobank lag. Mijn fysio, Arthur Marques, gaf me de opdracht om vijf keer mijn been omhoog te doen. In mijn hoofd deed ik dat ook, maar met al mijn krachten in mijn lijf lukte het gewoon niet. Voor mijn gevoel waren al mijn spieren weg na de operatie. Dat was voor mij een moment van besef, ik had nog een lange weg te gaan.’
Lieke van Wijk helpt tijdens laatste revalidatiefase
Om toch een stip aan de horizon te zetten, werkte de Zwolse aanvalster met kleine mijlpaaltjes (lees: vinkjes). ‘Ik heb bewust de doelen opgedeeld in stukjes. Het heeft geen zin om vanuit het ziekenhuisbed te bedenken waar ik over een jaar wil staan. Ik moest eerst opnieuw leren lopen, voordat ik aan krachttraining kon beginnen. En daarna kwam pas het wendbare gedeelte.’
Voormalig ploeggenoot Lieke van Wijk – net als Marques werkzaam bij Fysiomed – hielp Kerstholt bij de laatste fase van haar revalidatieproces. ‘Lieke heeft mij op het veld echt laten afzien met wendbare bewegingen. Bochten maken, shuttles rennen, ik ging echt kapot. Dat is ook niet leuk, maar van haar kon ik het wel hebben. Lieke is echt een mega goede fysio, ze heeft een aantal leuke oefeningen. Met haar heb ik ook weer voor het eerst met bal en stick getraind.’
Kerstholt kan niet wachten om weer terug op niveau te zijn
Sinds het begin van de voorbereiding haakte Kerstholt voorzichtig aan op de training bij Laren. Het partijtje aan het einde van de training sloeg ze – weliswaar met frisse tegenzin – over, net als de eerste wedstrijd tijdens de voorbereiding. ‘Ik zou eigenlijk de eerste vrijdag van september tegen MOP mijn eerste minuten maken, maar diezelfde ochtend hield Joachim (Hulscher, fysiotherapeut bij Laren, red.) dat tegen. Hij wilde dat ik eerst een volledige training meedeed, voordat ik een wedstrijd zou gaan spelen.’
Kerstholt rolt wat met haar ogen en maakt handgebaren om haar drang te benadrukken: ‘Hallóóó, het mag weer en het kan allang. Maar Joachim remt mij heel erg af. Ik moet toegeven, ik ben ook wel een beetje koppig. Wat dat betreft heb ik met Joachim te doen’, lacht ze. ‘Ik was het er natuurlijk niet mee eens dat ik toch nog even moest wachten, maar c’est ça. Ik moet het gewoon accepteren en mijn koppigheid even aan de kant zetten. Dan denk ik ook bij mezelf: doe niet zo moeilijk, die vier dagen maken ook niets meer uit.’
En dus stond Kerstholt tijdens de oefenwedstrijd tegen MOP wederom buiten de omheining. ‘Stond ik vol verbazing naar de speelsters op het veld te kijken. Het niveau was echt enorm hoog, ze renden allemaal heel snel en wat kon iedereen goed aannemen en passen. Straks loop ik daartussen, ik denk dat ik dat niet kan. De training van zondag heb ik volledig meegetraind, toen bleek gelukkig dat het er toch nog wel inzat.’
Tranen van geluk
Uitgerekend in de wedstrijd tegen het Hurley van ‘fysio’ Van Wijk maakte Kerstholt dan toch haar langverwachte rentree in wedstrijdverband. ‘Ja, dat vond ik wel speciaal. Ik dacht, ik doe nog even een panna bij Lieke. Helaas mocht dat er niet van komen, dat moet dan maar in de competitie gebeuren. Na afloop kwam ze nog lachend naar me toe om te vertellen dat ze mij helemaal niet heeft hoeven dekken. Had ze wel gelijk in.’
Logisch ook, Kerstholt stond na tien minuten alweer aan de kant. In haar hoofd spookte nog even om toch nog een paar minuten te vragen, maar haar verstand zei dat ze er goed aan deed om aan de kant te blijven. ‘Joachim zei al, wat ben je rustig vandaag.’ Haar mondhoeken krullen. ‘Ik heb me vandaag goed ingehouden.’ Wat dat betreft bleek de aanwezigheid van haar ouders en goede vriendin Lotte Hoek een perfecte afleiding om niet alsnog om speeltijd te smeken.
Klein smetje op haar terugkeer was de afwezigheid van haar ouders tijdens de eerste tien minuten van de wedstrijd. Al kon Kerstholt zelfs daar nog om lachen. ‘Ah, ja mijn ouders. Zo zielig, maar wel speciaal dat ze erbij waren. Ze moesten uit Amersfoort komen, maar konden door onweer niet harder dan 30 kilometer per uur over de snelweg. Gelukkig heeft Lotte filmpjes gemaakt, die hebben ze inmiddels al gezien.’
‘Zo lief ook dat zij er was, ik wist niet dat ze kwam kijken. In de rust liep ik nog even naar haar toe en brak ik wel eventjes. Lotte vertelde hoe hard ik ervoor heb gewerkt en hoe trots ze op mij was dat ik er weer stond. Dat is ook wel zo, het is niet altijd even leuk en met humor geweest. Ik heb al die tijd goede gesprekken met haar gevoerd. Er staat nu een dikke vette vink achter de revalidatie. Dat kwam wel even binnen.’
Toch was Kerstholt niet helemaal tevreden met haar rentree. ‘Ik weet ook niet hoe ik het wel voor me zag, maar ik hoopte wat sneller terug op mijn oude niveau te zijn. Natuurlijk is dat onmogelijk, ik heb een jaar en drie maanden geen wedstrijd meer gespeeld. Dat spreek ik nu wel hardop uit, maar als ik dan op het veld sta, ben ik toch een beetje gefrustreerd dat het op het veld nog niet allemaal lukt zoals ik wil.’
Ik wil dit team op sleeptouw nemen
Ze voelt zich verantwoordelijk tegenover de vernieuwde selectie van Laren. ‘We hebben tien nieuwe meiden binnen de ploeg, veel jonge speelsters ook. Het liefste ben ik nu alweer de Max die de nieuwe meiden op de beste manier kan helpen. Ik ben nu één van de oudere speelsters, dat ik dat op mijn 24ste nog ooit zou zeggen. Ik wil dit team op sleeptouw nemen.’
Het is tekenend voor de wilskracht van Kerstholt, hoewel ze dondersgoed weet dat ze rustig moet opbouwen. Met dank aan haar omgeving, waaronder coach Serge Spoelstra.
‘Iedere keer als ik weer aan het klagen ben, vraagt Serge waar ik vorig jaar was. Dat moet ik volgens hem in mijn achterhoofd houden. En het is ook zo, ik mag blij zijn. Blij dat ik er weer sta en dat het allemaal pijnvrij is. Dat was een lange tijd heel anders. Toch ben ik bij wijze van spreken de hele revalidatie alweer vergeten, omdat ik nu weer aan het trainen ben. Het leven gaat gewoon heel snel weer door.’
‘Ik sta er weer, ik kan alles weer, nu verwacht ik ook dat alles in één keer goed gaat’, klinkt het optimistisch. ‘Maar ik weet ook, wedstrijdritme opbouwen duurt nog zo lang. Dat weet ik nog van mijn vorige blessure bij mijn knie. Dat heeft gewoon tijd nodig.’
Natuurlijk is Kerstholt dolgelukkig dat ze weer wedstrijdminuten maakt. Dat was die bewuste dinsdagavond in het Amsterdamse Bos wel te zien aan de breedste glimlach die een mens kan hebben. ‘Maar ik besef het eigenlijk nog niet zo goed. Het voelt nog niet echt als mijn rentree. Dat zal pas op 6 september zijn, wanneer we voor de knikkers spelen.’ En dan lachend: ‘Het enige dat ik op dit moment echt voel is die blaar op mijn voet.’
1 Reactie
Ron van Asperen
Succes met terugkomen bijzondere meid !!