De gouden generatie van MEP met Schuurman, Galema en Bovendeert
In de serie ‘De jeugdtrainer van’ blikken coaches terug op de periode dat ze een huidig international als jeugdspeler onder hun hoede hadden. Eric Verboom – hoofdcoach van Den Bosch – trapt af. Hij trainde de gouden generatie van MEP, met daarin niet één, maar drie groeibriljanten: Glenn Schuurman (144 interlands), Jelle Galema (75 interlands) en Roel Bovendeert (28 interlands).
Soms lijkt het erop alsof ouders uit Boxtel in het diepste geheim de flesjes van hun baby’s vullen met een wonderdrankje, waardoor hun kinderen later opeens gezegend zijn met een steenharde backhand of een heerlijke tip-in. Opvallend veel (oud-)tophockeyers zijn geboren in het dorpje, dat slechts een kleine 30.000 inwoners heeft.
Eens in de zoveel tijd staat er bij hockeyvereniging MEP een lichting op die zich kan meten met de besten van Nederland. In een ver verleden waren het Jeroen Delmee (401 interlands) en Piet-Hein Geeris (194 interlands) die de supporters langs de lijn deden glunderen van trots. Later waren het spelers als Kai de Jager en Sander van der Weide (271 interlands) die met hun jeugdteam twee keer landskampioen werden, toen ook al met Verboom als coach. En in de zogenoemde tens van de 21ste eeuw diende de volgende generatie zich alweer aan.
Tegenstander in de halve finale van het landskampioenschap voor A-junioren was Kampong. Uit was de eerste wedstrijd van de best-of-three-serie verloren. De overige twee duels waren thuis. Verboom herinnert zich nog dat het zó hard had geregend dat het waterveld blank stond. ‘Er kon met geen mogelijkheid op gespeeld worden. Dus werd het veld afgekeurd. Moesten we de halve finale van het landskampioenschap op een zandveld spelen. Een bijveld, dat niet berekend was op de komst van zoveel supporters. Het was zo gigantisch druk dat er niet alleen mensen tégen het hek stonden. Er stonden ook mensen achter het hek,’ lacht Verboom. ‘Op de openbare weg dus.’
Zes goals van Glenn Schuurman
Dat Jongens A1 – dat de twee thuisduels tegen Kampong allebei won en zich zodoende voor de finale kwalificeerde – regelmatig meer publiek trekt dan Heren 1, heeft alles te maken met de local heroes die in het team spelen. De A-typische hockeyer bijvoorbeeld, de jongen die een beetje rechtop hockeyde. Die niet zo technisch was als Jorrit Croon of Seve van Ass op die leeftijd, maar wel fysiek sterk en een balveroveraar. Dat was Glenn Schuurman.
‘Toen we met Jongens B1 de finale van het landskampioenschap in de zaal haalden, was Glenn daar niet bij. Hij was één jaar ouder dan de rest’, weet Verboom nog. ‘Met de A1 haalden we het jaar daarop wéér de finale. Toen deed Glenn wel mee. Alle jongens waren in de B al landskampioen geworden, maar hij dus nog niet. Dit was zijn finale. Ik zal het nooit vergeten, het was tegen Almere. Het viel zó ontzettend op hoe goed hij die wedstrijd speelde. Veel beter nog dan in de competitie. We wonnen met 6-2. Je raadt het al. Hij maakte ze alle zes.’
Jelle zal zich heus wel hebben afgevraagd waarom hij op linksachter werd gezet
Tussen de talenten viel ook een spits op, vooral door de manier waarop hij veel van zijn goals maakte. Vliegend door de lucht. Het was Roel Bovendeert. ‘Als ik Roel nu zie hockeyen’, zegt Verboom, ‘dan zie ik nog steeds de Roel van vroeger. Toen dook hij ook al voor iedere bal.’
Verder beschikte de gouden generatie over een sterke aanvaller, die als het even tegen zat ook zomaar in de achterhoede kon worden gespot. Jelle Galema. ‘In de zaal zette ik Jelle bewust linksachter. Dan bleef hij rustig, want hij kwam dan lekker vaak aan de bal. De eerste keer dat ik dat deed, zal ie zich heus wel afgevraagd hebben waarom hij op linksachter werd gezet. Maar het had geen zin om hem voorin op te stellen. Omdat hij daar te weinig ballen kreeg. Dat trok hij zo slecht dat hij ze maar ging halen en vanzelf linksachter stond’, lacht Verboom over Galema, met wie hij twee jaar geleden bij Den Bosch herenigd werd.
(Tieners Glenn Schuurman en Roel Bovendeert maken salto’s op de mat)
Verboom bewoog hemel en aarde om een extra training per week te geven
Behalve deze drie talentvolle jongens hockeyden ook de tieners Willem Rath (speelde later Hoofdklasse bij HGC) en Joep Burgerhof (nu Den Bosch) in hetzelfde team. Zo zeldzaam veel talent bij elkaar moest optimaal benut worden, vond Verboom. Voor het eerst in de clubgeschiedenis kreeg het bestuur van MEP het verzoek van de trainer van Jongens A1 om niet twee, maar drie keer per week te gaan trainen.
Toen de ouders daar lucht van kregen, schrokken ze zich wezenloos. Hoe moest dat met school? Hun kinderen moesten doordeweeks ook nog training geven en op zaterdag fluiten. Werd dat niet een beetje veel allemaal?
Verboom bedacht een plan, om de ouders te overtuigen. Als de jongens uit het team op woensdagmiddag uit school zouden komen, had hij de training die zij aan de Mini’s moesten geven al voorbereid. Met z’n allen zouden ze het veld op gaan. Eten konden ze daarna in het clubhuis doen, want de moeder van de keeper was bereid voor ze te koken. Na het eten hadden ze anderhalf uur vrij om te studeren. ’s Avonds was er dan tijd om extra te trainen.
De ouders gingen akkoord.
Waarom ze bij MEP bleven
Een ander teken dat MEP Jongens A1 langzaamaan steeds professioneler werd, was de trainingsstage die werd belegd naar het buitenland. Voorheen was het verst waar ze waren geweest een jeugdherberg in Brasschaat. Nu gingen ze vier dagen naar Barcelona.
Verboom: ‘Tijdens die reis maakten we overal een wedstrijdje van. Ik herinner me nog dat we in Park Güell waren. Toen gingen we tegen elkaar hardlopen. Over het grind. Van de parkbeheerder mocht dat natuurlijk niet, maar we deden we het toch. Op een gegeven moment kwam Roel als eerste door de laatste bocht heen. Toch won Glenn. Roel rende zo hard dat hij uitgleed en werd ingehaald. Vlak voor de finish. Wat hebben we gelachen toen.’
Het zijn precies dit soort dingen waarom zij zelfs als talentvolste jongens bij MEP bleven, zegt hij. ‘Die gasten werden natuurlijk al gebeld door Oranje Zwart en Den Bosch. Maar daar gingen ze niet naartoe. Niet alleen omdat wij van die teams wonnen. Ook omdat wij het gewoon goed voor elkaar hadden. We gingen op stage, we trainden drie keer in de week, we hadden twee geweldige assistenten: Henk de Windt
13 Reacties
Avdd
Prachtig stuk hockey.nl
jonathan
Ontzettend leuk verhaal van een club die trots mag zijn op zijn bekende hockey helden.
haags-hopje
Mooie beelden. Keepertjes vliegen er lekker in!
niekhendriks
En laten we vooral Harry Delmee niet vergeten! Dat was ook een topper.
solo
Goed stuk, mooie club. Bewijs dat je niet altijd naar grotere clubs hoeft om de top te halen👍
tegenlicht123
Vergeet Almere ook zeker niet met grootmachten dat jaar als Nicki Leijs, Robin Herweijer en Justin Klop. Of de kiezel harde strafbal van Brian van Doesburg waarbij Jelle zelfs dacht dat het de paal was die hij (slechts) hoorde. Geweldige teams, en terechte winnaar.
jelle1989
Tussen Jarrie en Stijn: David van Toledo.
jan-boskamp
Sjoepie Burgerhof nog het grootste fenomeen van allemaal! Wereldse kerel man, niks mis mee
pim-van-loon
Mooi klupke. Zowel MEP als t team!
conegut
Het zou mooi zijn als ze het over een x aantal jaren weer proberen met hun club, samen spelen en dan promoveren naar HK.
kasparstevens
Waanzinnig! Hoeveel JB en JA teams had MEP in die tijd ... Het is toch een redelijk klein clubje? Vanaf welk team was Eric Verboom al met deze lichting verbonden? Pas JA1, of jaren eerder?
PeterBak
Nature or Nurture ;-)
t
Mooie club, geweldige lichting. En dan zaten er ook nog gasten in die hun club trouw bleven terwijl ze veel beter konden.