Duco Telgenkamp: ‘Ik heb nu even geen hockeydromen’
Een jaar geleden schoot hij met zijn winnende shoot-out Oranje naar het eerste olympische goud in 24 jaar. De wereld van Duco Telgenkamp ziet er nu heel anders uit. De spits heeft een pauze bij de nationale ploeg ingelast. De 22-jarige killer van het Nederlands elftal zit straks in augustus tijdens het EK op kantoor. ‘Ik kan niet nog drie jaar zo obsessief doorgaan.’
‘Komen jullie aan mijn bureau zitten?’
Telgenkamp zegt het met een lach. Weet zelf ook wel dat de setting heel anders is dan normaal. Dit is geen interview langs de lijn. Op een ramvol veld met allemaal fans. Of in de catacomben van het clubhuis. We stellen vandaag vragen aan een ondernemer, niet meer alleen aan een topsporter. En die ondernemer heeft het uitstekend voor elkaar. Zit in een imposant, monumentaal pand in Den Haag, op steenworp afstand van Paleis Noordeinde. Met de ambassades van Luxemburg en Malta als buren. Een prachtig houten bureau, in zijn eigen kantoor. Een kroonluchter in de kamer, plafond met ornamenten. De geur van stinkende scheenbeschermers en kletsnatte shirts was zelden zo ver weg.
‘Het gebouw is niet van ons. We huren alleen maar een gedeelte’, haast Telgenkamp zich te zeggen. Met ‘we’ bedoelt de Kampong-aanvaller zichzelf en zijn collega’s van Revived. Een streamingdienst op het gebied van gezondheid. Series aanbiedt van bekende (oud-)sporters, zoals voetbalkeeper Edwin van der Sar, zwemster Inge de Bruijn en schaatsster Ireen Wüst die vertellen over hun eigen levenslessen en hoe anderen hiervan kunnen leren om nog lekkerder in hun vel te zitten.
Telgenkamp in zijn chique kantoor in Den Haag. Foto: Willem Vernes
Padellen met vedetten bij de familie Nadal
‘Maar ook psychologen en diëtisten en andere experts’, zegt Telgenkamp. Hij wijst naar een whiteboard, verderop in de kamer. ‘Er staan inmiddels vijftig namen op. Met hun verhalen en lessen willen we zoveel als mogelijk mensen inspireren en ondersteunen richting het leiden van een nog gezonder, langer en gelukkiger leven. Een betrouwbare bron zijn waar iedereen op een laagdrempelige manier terecht kan. Zie het maar als de gezonde Netflix’, zegt de Hagenaar trots.
Hij is oprichter en bedenker van het platform, dat anderhalve maand geleden werd gelanceerd. ‘CEO’ Telgenkamp heeft inmiddels een groot sportnetwerk opgebouwd en maakt daardoor bijzondere dingen mee. Hij was laatst te gast op een allstar-padeltoernooi op Mallorca, dat georganiseerd werd door de familie van Rafael Nadal. Daar dubbelde hij ineens met Christoph Kramer – oud-wereldkampioen voetbal met Duitsland – en ontmoette hij Jürgen Klopp, Champions League-winnaar met Liverpool.
Zijn verhalen gaan dus over welzijn en geluk. Hij is zelf ook gelukkiger dan een paar maanden geleden.
Want zoals zo veel internationals was ook Telgenkamp zoekende in het na-olympisch jaar. ‘Op mijn tweede vakantiedag na de Spelen, pakte ik mijn laptop erbij. Ik zat nog middenin alle felicitaties-appjes en Insta-berichten. Maar ik wilde door. Verder. Niet blijven hangen.’
Telgenkamp viert zijn gouden plak in het TeamNL-huis in Parijs. Foto: Willem Vernes
De lastige combinatie tussen werk en hockey
Hij wist nog niet hoeveel tijd hij nodig had voor zijn streaming-idee, dat steeds meer vorm kreeg. Ging daarom eerst door bij het Nederlands elftal, al hield zijn lichaam hem snel tegen. In september liep-ie een hersenschudding op, waardoor hij veel wedstrijden miste. ‘Na de winter was ik weer helemaal fit. Ik trainde vol mee met Oranje en Kampong, maar het werk ging ook gewoon door. Fulltime. Ik wilde daar ook niet mee stoppen. Dat gaf me ook energie. Misschien klinkt het raar, maar ik kon soms niet slapen omdat ik zoveel zin had om de volgende dag weer te werken. Het was druk en die fase was ook nodig. Want wat wilde ik nou?’
Hij grijnst om die periode. ‘Ik deed veel, maar vond de combinatie lastig. In die tijd kwam ik op ochtenden bij Oranje weleens te laat. Mijn teamgenoten dachten soms dat ik me verslapen had. Maar ik had daarvoor al drie uur gewerkt en was halsoverkop vanuit Den Haag naar Amsterdam gesjeesd. Na de training pakte ik snel een broodje en dook in het kantoortje van het clubhuis. Weer werken. Na afloop van zo’n trainingsdag bleef ik ook amper hangen. Snel. Door. Weg.’
Het was super-efficiënt. Het leek het beste van twee werelden. Toch werkte het dus niet. ‘Ik wil me volledig kunnen geven. Ik wil niet die jongen zijn, die ook nog met iets anders bezig is. Je moet je committeren. Er echt zijn, anders doe je de rest van het team ook tekort. Dat zorgt voor irritatie.’
Foto: Willem Vernes
Zijn obsessie, die niet houdbaar is op de lange termijn
Maar het ging niet alleen om die wisselwerking tussen werk en hockey. Ook om zijn beleving. Telgenkamp sprak de afgelopen jaren vaak over zijn hyperfocus. De cocon waarin hij terechtkomt als hij moet presteren. ‘Ik doe alles intens. En dat vreet energie. Pep mezelf op. Fixeer op het volgende doelpunt. Volgende wedstrijd. Volgende toernooi. Volgende prijs. Ik ga met die gedachte naar bed en sta ermee op. Trainingen zijn voor mij nooit een uitlaatklep. Niet even rennen, maar een prestatiemoment.’
De stoere spits met zijn spijkerharde schot laat in zijn ziel kijken. ‘Hockey is voor mij heel persoonlijk. Ik wil winnen. Elke dag. Het is een obsessie. Die aanpak heeft mij veel gebracht. Ik had mijn shoot-out op de Spelen zo vaak gevisualiseerd, dat ik niet nerveus was. Was kalm, had zelfvertrouwen. Wist precies wat ik moest doen. Elke pas, elke beweging. Alles had ik al bedacht, ik voelde in elke vezel dat het klopte. Maar op de lange termijn is die aanpak niet houdbaar. Die energie kan je niet jaren opbrengen. Na de Spelen was ik rammend fit. Maar mentaal was ik gesloopt, door het moeten opbrengen van die topfocus.’
Foto: Willem Vernes
Hij is nog altijd pas 22 jaar. Won in de afgelopen twee seizoenen olympisch goud, het EK en de landstitel. Kreeg de ogen van een miljoenenpubliek op zich gericht. Was opeens in heel Nederland onderwerp van gesprek na het beroemde tikje op de helm van Jean Danneberg na de gewonnen finale in Parijs.
Zijn contract bij Kampong, waar hij in augustus gewoon aansluit bij de start van de voorbereiding, loopt nog een jaar door. Hij heeft nog een heel topsportleven voor zich. Maar drukte op de pauzeknop. ‘Ik heb nu geen behoefte om mij weer op te peppen voor een hockeyzomer. Het geeft rust dat ik niet moet. En met die gedachte moet ik iets. Want ik vind hockey heel leuk. Maar ik kan niet nog drie jaar zo obsessief doorgaan.’
Ik wil vaker de rust hebben om de geintjes en de gesprekjes in de groep te waarderen, in plaats van dat het alleen maar om de volgende prestatie gaat. Duco Telgenkamp
‘Mijn grote uitdaging is, om hockey op een iets relaxtere manier te beleven. Ik hoop dat ik daar naartoe kan groeien. Het voor mezelf minder beladen en intens te maken. Zonder dat ik in kwaliteit verlies. Ik denk juist dat ik daar beter van word. Soms die oogkleppen af kan doen. En meer genieten van het moment. Ik moet nu ook kunnen zeggen: we zijn olympisch kampioen geworden, ik ben happy.’
Foto: Willem Vernes
Het gebrek van de stip aan de horizon
Zijn gedachten schieten even de andere kant op. ‘Ik was een paar weken terug in Parijs, met mijn vriendin. We gingen naar de bekende plekken. Het olympisch dorp, het stadion. Pas toen genoot ik van de randzaken. Zat het geluk niet alleen maar in een doelpunt. Ik vertelde haar over het bezoekje van Louis van Gaal aan onze groep. Hoe ik met Floris Middendorp onze slaapkamer heb omgebouwd. We met de bedden naast elkaar een serie keken. Daarna een koffietje dronken met Floris Wortelboer en Joep de Mol. De geintjes, de gesprekjes in de groep. Ik wil vaker de rust hebben om ook dat te waarderen, in plaats van dat het alleen maar om de volgende prestatie gaat. Het gaat ook om wat je samen meemaakt. Daar ga ik te vaak aan voorbij, denk ik. Misschien vind ik nog veel meer leuk aan het topsportleven dan dat ik eerst dacht.’
‘Aan de andere kant wil ik mezelf ook uitdagen. Een doel hebben. Dat hoort ook bij topsport. Op werkgebied zijn die plannen duidelijk. Op hockeygebied nog niet. Ik heb nu even geen hockeydromen, hoe raar dat misschien ook klinkt. Ik wilde vanaf mijn tiende olympisch kampioen worden. Maar ik ben nu niet bezig met het WK van volgend jaar. Of de volgende Olympische Spelen. Heb geen stip aan de horizon. Ik weet ook niet of die komt en zo ja wanneer. Maar de ambitie om van dit Oranje onderdeel uit te maken is er nog steeds.’
Een adempauze en een lach. ‘Zo. Dit was het script van de serie over mijzelf.’
1 Reactie
Arthurjdeboer
Wat een mooi en openhartig verhaal. Ik werk zelf vanuit de gedachte van positieve gezondheid, dit spreekt me wel aan om 2 redenen. Topsport is niet altijd gezond, je moet er veel voor laten. Je kiest zelf waar je (positief) gezond door voelt. Het plaatje aan de buitenkant is anders dan hoe je dat zelf beleeft! Super mooi en tegelijk inspirerend voor andere jongeren. Heb je gedacht aan "mindUs"?