Pruyser gevierd bij de club en bekritiseerd bij Oranje in 2016
41 goals maakte Amsterdam-spits Mirco Pruyser afgelopen seizoen voor zijn club. Hij verdiende daarmee een ticket naar de Olympische Spelen. Daar ging het mis voor het team en de spits die er heilig van overtuigd is dat hij ook internationaal kan vlammen.
Het olympische ticket kon hem niet ontgaan, na het beste seizoen uit z’n leven. Bondscoach Max Caldas was dan ook verbaasd over de zenuwen bij Pruyser op het moment dat de olympische selectie bekend werd gemaakt. Maar voor de Amsterdamse spits voelde dat zo. Hij kwam van ver.
‘Zoveel mensen dachten dat ik nooit de Olympische Spelen zou kunnen halen als hockeyer. Ik ben een laatbloeier,’ zegt de international die zich via jongens A2 en Heren 2 van Amsterdam en het Nederlands zaalteam boven het maaiveld hockeyde en pure goalgetters als voetballers Philippo Inzaghi en Klaas Jan Huntelaar graag als grote voorbeelden ziet. ‘In 2014 scoorde ik 24 keer. Toen werd ik door bondscoach Paul van Ass nooit uitgenodigd. Zelfs niet voor één training. Ik dacht: ga ik dit ooit nog overklassen?’ Hij wilde zich concentreren op zijn maatschappelijke carrière, maar zag nieuwe mogelijkheden toen Caldas bondscoach werd na het WK. Hij greep die kans met beide handen aan en maakte zijn olympische droom waar.
Van de Reigers naar Amsterdam
Wie dat had kunnen bedenken toen Pruyser – afkomstig uit een gezin van vijf kinderen – in de B-leeftijd van De Reigers in Hoofddorp overstapte naar Amsterdam. Het was een transfer waar hij over twijfelde, omdat hij de overstap van de mavo naar de havo al zwaar genoeg vond. Maar Pruyser heeft zijn hockey en zijn fysiek met de jaren zo knap geperfectioneerd, dat hij tegenwoordig hele defensies in z’n eentje bezig houdt met zijn lange lichaam en enorme reach.
Hij mailde een aantal weken geleden databedrijf Gracenote op om te vragen hoeveel hoofdklassedoelpunten hij heeft gescoord. Conclusie: 110 doelpunten in de Hoofdklasse tot nu toe in zijn carrière. In het olympische seizoen 2015-2016: 28 goals voor Amsterdam in de reguliere competitie, 4 in de play-offs en 9 in de Euro Hockey League. Totaal: 41. Pruyser interviewen is altijd met aantallen goals om de oren worden geslagen. Hij houdt alles punctueel bij.
‘Het draaide om millimeters’
Pruyser was dé speler waar het om draaide tijdens het seizoen en de play-offs om de landstitel. Hij leek met zijn dominante aanwezigheid zijn club naar de eerste titel sinds 2012 te schieten. Maar op een 1-2 tussenstand pushte hij op zondag in de derde wedstrijd een strafbal snoeihard op de paal. ‘Ik maakte een schijn en dwong de keeper naar de verkeerde hoek. Ik gooide hem daarna omhoog. Hij ging op de paal. Dat draaide om millimeters.’
De dag ervoor miste international Valentin Verga op een 2-1 voorsprong ook al een strafbal. Het betekende dat de Eindhovense tegenstander – op de dag dat voetbalclub PSV onverwacht de titel greep na een misstap van Ajax – voor de derde keer op rij de titel greep.
Voor iemand die zo verliefd is op het geluid van de bal tegen de plank, is het bijzonder om Pruyser het volgende te horen zeggen: ‘Ik had liever maar één keer gescoord en de titel wel gepakt. Het is zo zuur dat we met Amsterdam tweede zijn geworden om de landstitel en de Euro Hockey League. Toch ben ik trots. Omdat we niet de breedste selectie hadden en er stonden als we er moesten staan.’
‘Nu zou ik weer geen goede spits zijn in het internationale hockey’
Toch ging Pruyser dolgelukkig naar Brazilië, als de man in vorm, opgelucht dat de bondscoach niet om hem heen kon. Maar in Rio leek hij de tol te betalen van zijn beste, maar ook zwaarste seizoen ooit. Hij scoorde maar een keer en kreeg kritiek. Pruyser herhaalt het in zijn mooie kantoor aan de Amsterdamse grachten – dat hij deelt met zijn compagnon Billy Bakker – meerdere keren.
‘Nu zou ik weer geen goede spits zijn in het internationale hockey. Ik trek me daar weinig van aan. Ik werk altijd kneiterhard voor het team. Mensen zeiden tegen mij, toen ik terug was in Amsterdam: ‘Je hebt vooral veel verdedigd in Rio’. Maar dat is ook wat we na het EK hadden afgesproken, om vanuit de defensie te hockeyen. Ik moest als spits mijn verdediger mee naar achteren volgen. Als spits maak je in het ‘nieuwe hockey’, of eigenlijk moet ik zeggen het huidige hockey, dat ook heel leuk is, juist veel verdedigende meters.’
Centimeters
Zijn eigen conclusie: het zat vooral allemaal net niet niet mee. ‘Het scheelde elke keer centimeters. Tegen Argentinië (3-3) kon ik de 4-2 maken. Ik kreeg de bal en schoot expres in de korte hoek. Kwam de bal net tegen de teen van die 37-jarige keeper Vivaldi. Tegen India (2-1) kreeg ik een kans en schoot ik tegen de helm van de keeper. Tegen Duitsland tipte ik de bal expres in de korte hoek en kwam-ie tegen de paal. Het viel gewoon niet voor me in Rio. En dat zeker vier keer.’
Na de schitterende 4-0 galavoorstelling in de kwartfinale tegen Australië, volgde een verbijsterende 1-3 nederlaag tegen België in de halve finale. Ook het brons ging aan de neus van Pruyser en co tegen Duitsland na shoot-outs voorbij.
Wat was jouw emotie de eerste dagen na de wedstrijd tegen Duitsland?
‘Totaal mislukt, zo voelde het. Ik ben de dagen daarna vooral veel met mijn familie geweest.’
En nu?
‘Ik merk dat ik er nog wekelijks over praat met mensen. Hoe langer het geleden is, hoe meer ik inzie dat het een plek heeft in mijn sportcarrière. Dat merk ik soms met mijn kamergenoot Glenn Schuurman, als we over Rio praten. Ik was er toen niet zo mee bezig, maar de foto’s met tennisser Novak Djokovic en basketballer Pau Gasol zijn nu wél leuk. Het resultaat was kut, maar we hebben mee mogen doen met deze enorme belevenis. Ik kreeg een paar weken geleden een olympisch speldje van NOC*NSF in de brievenbus. Zo’n speldje met bewijs van deelname en een mooie brief. Dat is toch mooi. Ik vroeg me alleen af of waarom ik dit in een doosje kreeg en bijvoorbeeld niet op het Sportgala.’
Hoe langer geleden, hoe trotser je wordt?
‘Ja, het is ook raar om te merken hoe verschillend de perceptie is bij mensen. Als ik bij vrienden van mijn vriendin aankwam na de Spelen, zeiden ze: ‘Wat hebben we van je genoten.’ Zij vonden het geweldig dat ik meedeed. Het was weer eens wat anders dan dat ik las dat Mirco niet in Oranje thuis hoort.’
Weet je onderhand waarom het misging in Rio de Janeiro?
‘Ik ben denk ik niet de persoon die hier antwoord op zou moeten geven. Ik heb pas twee grote toernooien gespeeld met Oranje. Anderen mogen zich hierover uitspreken.’
Maar jullie hebben met elkaar geëvalueerd toch? Wat kwam daar uit?
Pruyser, met veel tegenzin: ‘Nogmaals, ik ben niet degene die hierover zou moeten praten. Misschien waren er onderling verschillende ideeën. Wilde de een wat aanvallend forceren. Wilde de ander het op een geduldige manier doen, met nog dertig minuten te spelen tegen België. Maar we gaan nu achteraf dingen als oorzaak aanwijzen, die ik toen als onbelangrijk heb ervaren. Ik had zelf altijd het geloof dat we het nog om konden draaien gedurende de wedstrijd. Wij stonden met rust maar 2-1 achter, terwijl we echt slecht speelden. België speelde heel erg goed. En dan nog steeds zaten we er zo dichtbij. Daarom had ik het gevoel dat het er nog in zat.’
Er wordt weinig over gezegd. Hoe gaan jullie nu verder hiermee om?
‘Er wordt weinig gezegd, omdat we het met het team ook nog niet hebben afgesloten. Dat doen we 9 januari. Dan gaan we nog een keer zitten met z’n allen om te besluiten wat er is misgegaan. Daarna maken we een nieuwe start. Er zijn verder geen geheimen. Er zijn geen klappen gevallen. Helemaal niet. Maar het is raar om dingen te roepen, als je nog niet met elkaar hebt bepaald wat de oorzaken zijn.’
Alvast jouw eigen conclusie: Mirco is niet alleen nationaal een topspits, maar ook iemand die internationaal het verschil kan maken. Ondanks die ene goal in Rio?
‘Ja, daar geloof ik zeker in. Mijn moyenne is ondanks de Spelen nu 16 goals uit 40 wedstrijden. Ik durfde tot het selectiemoment echt niet te geloven dat ik mee zou gaan naar de Olympische Spelen. Ik had Amsterdam nodig om te excelleren, zodat ik zeker zou zijn van een plaats. Misschien, als ik wat zekerder ben van m’n plek, dat het voor mij prettiger is. Dat ik me dan bij Oranje net zo goed kan voelen als bij Amsterdam.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.